In deze zaak heeft de kinderrechter op 2 juni 2023 uitspraak gedaan over het verzoek van de Raad voor de Kinderbescherming regio Rotterdam-Dordrecht tot ondertoezichtstelling van de minderjarige [voornaam minderjarige01], die sinds 2,5 week vermist is. De ouders van de minderjarige hebben het ouderlijk gezag, maar zijn onvoldoende in staat om de zorgen rondom hun kind weg te nemen. De Raad heeft zorgen geuit over de ontwikkeling van [voornaam minderjarige01], die in contact komt met de politie, drugs gebruikt en zich onttrekt aan gezag. De kinderrechter heeft de zaak behandeld met gesloten deuren, waarbij de ouders en vertegenwoordigers van de Raad en de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond aanwezig waren.
De kinderrechter heeft vastgesteld dat de situatie van [voornaam minderjarige01] zeer zorgelijk is, maar heeft het verzoek tot ondertoezichtstelling en machtiging tot uithuisplaatsing afgewezen. De kinderrechter oordeelt dat de ondertoezichtstelling en machtiging tot uithuisplaatsing geen meerwaarde hebben, gezien de korte tijd tot de meerderjarigheid van [voornaam minderjarige01] en het feit dat hij zich ook aan het strafrechtelijk kader onttrekt. De kinderrechter heeft begrip voor het verdriet van de ouders en hoopt dat [voornaam minderjarige01] snel wordt gevonden, waarbij er mogelijk nog hulpverlening kan plaatsvinden in het strafrechtelijk kader.