7.4.2.Rapportages
Psychiater [psychiater01] heeft een rapport over de verdachte opgemaakt, gedateerd 29 januari 2023. Dit rapport houdt onder meer het volgende in.
De verdachte is een 24-jarige vrouw die sinds de puberteit toenemend met psychische klachten kampt. Ze heeft veel ingrijpende en onveilige gebeurtenissen meegemaakt die gevoelens van machteloosheid, angst en wantrouwen hebben veroorzaakt. Sprake is van psychische stoornissen met forse beperkingen in het kader van een borderline persoonlijkheidsstoornis, een depressieve stoornis, ernstig, recidiverende episodes met psychotische kenmerken, een sociale angststoornis en een psychotische stoornis door alcohol en cannabis misbruik met wanen, volledig in remissie. De psychotische stoornis en de wanen die daarbij gepaard gingen, zijn deels het gevolg van middelengebruik (alcohol en cannabis).
Daarnaast is rond het 20e levensjaar van de verdachte vastgesteld dat zij lijdt aan het polycysteus ovarium syndroom (hierna: PCOS), waarvan bekend is dat dit depressieve klachten en angstklachten kan veroorzaken.
Ten tijde van het plegen van het tenlastegelegde hebben de beperkingen en gedragsproblemen die inherent zijn aan de borderline persoonlijkheidsstoornis, depressieve stoornis en sociale angststoornis een belangrijke rol gespeeld bij de totstandkoming van het tenlastegelegde. De verdachte was zo psychiatrisch ontregeld dat ervan uit wordt gegaan dat ze op het moment van de brandstichting zeer beperkte keuzevrijheid had en weinig mogelijkheid had om daar op een cognitief niveau op te reflecteren en dus adequaat om te gaan met de ervaren lijdensdruk. Daarom wordt geadviseerd het tenlastegelegde in verminderde mate toe te rekenen.
De verdachte is nooit goed in behandeling gekomen ondanks pogingen vanuit de reguliere GGZ om dit te bewerkstelligen. Ziektebesef is bij de verdachte aanwezig, maar inzicht ontbreekt volledig. De verdachte wil nu weliswaar behandeld worden, maar eerder is dit steeds niet gelukt mede wegens de angstklachten, ambivalentie en mijdgedrag. Het baart zorgen dat de verdachte suïcidale gedachten heeft gehad, dat zij tot tweemaal toe een zelfmoordpoging heeft verricht en dat er nauwelijks beschermende factoren bestaan omdat de verdachte geen dagbesteding heeft en erg afhankelijk is van haar naasten die overbelast dreigen te raken. De kans op recidive is gezien het voorgaande hoog.
Gezien het complexe psychopathologische ziektebeeld, ter afwending van recidivegevaar en om mijdgedrag of schijnverbetering te voorkomen is volgens de psychiater een (langdurige) klinische behandeling binnen een forensische psychiatrische kliniek (FPK) met een hoog beveiligingsniveau noodzakelijk, gevolgd door een ambulante behandeling met intensieve zorg waarin stabilisatie van het psychiatrisch beeld met medicamenteuze behandeling plaats kan vinden en de verdachte voldoende inzicht opbouwt zodat ze leert omgaan met de psychische klachten en beperkingen die zij heeft.
Van belang is dat de behandeling voortgezet wordt wanneer de verdachte ambivalent wordt of mijdgedrag gaat vertonen. De verwachting is dat de verdachte vanuit het ontbreken van ziekte-inzicht ten aanzien van de psychopathologie en vanuit onrijpe coping mechanismen zich niet geheel aan een behandeling zal committeren. Dit maakt het kader van een bijzondere voorwaarde bij een straf onvoldoende om het recidivegevaar terug te dringen.
De psychiater verwacht verder dat een zorgmachtiging niet toereikend zal zijn, omdat zowel klinische als ambulante behandelingen binnen de reguliere GGZ de psychopathologie niet blijvend tot remissie hebben laten komen. Daarnaast heeft de wet verplichte GGZ (wvggz) niet als specifiek doel om het recidivegevaar terug te dringen en biedt het onvoldoende garanties om duurzaam herstel van de psychopathologie van de verdachte te bewerkstelligen.
De psychiater vindt een tbs-maatregel met voorwaarden het meest kansrijk omdat de verdachte dan langdurig binnen een stevig intensief kader met zorg en het nodige veiligheidsniveau behandeld kan worden. Een tbs-maatregel met dwangverpleging wordt als niet proportioneel geacht omdat de verdachte nu wil mee werken aan een behandeling en ze is begonnen met het innemen van medicatie.
Psycholoog [psycholoog01] heeft een rapport over de verdachte opgemaakt, gedateerd 27 januari 2023. Dit rapport houdt onder andere het volgende in.
Er is sprake van een psychische stoornis in de zin van borderline persoonlijkheidsstoornis, een depressieve stoornis en een depressieve stoornis met psychotische kenmerken (in remissie). Mogelijk is er ook sprake van een stoornis in alcohol- en drugsgebruik. Daarnaast is de verdachte als gevolg van PCOS extra kwetsbaar voor wisselende stemmingen, angst en depressieve gevoelens.
In de periode van het tenlastegelegde was er sprake van een ernstige depressieve stoornis waardoor de verdachte voelde zich machteloos en moedeloos voelde. Zij wilde niet meer leven en wilde zichzelf door middel van verstikking om het leven brengen. Er is aldus een verband tussen de depressieve stoornis en het tenlastegelegde en om deze reden wordt geadviseerd het tenlastegelegde in een verminderde mate toe te rekenen.
Uit de opgevraagde behandelinformatie blijkt verder dat de verdachte sinds 2017
veel behandelingen is gestart en dat deze behandelingen voortijdig zijn afgebroken. Er kan nu zelfs gesproken worden van een toename van de klachten. De verdachte heeft in minder dan een halfjaar voor het ten laste gelegde twee keer brand gesticht en een keer geprobeerd zichzelf in brand te steken. De factoren die hieraan hebben bijgedragen zijn nog steeds aanwezig. Het recidiverisico wordt daarom als hoog beoordeeld en om deze reden is een intensieve behandeling geïndiceerd ter voorkoming van recidive. In eerste instantie zal de depressieve stoornis behandeld moeten worden, onder andere met medicatie. Later zal ook de persoonlijkheidsstoornis behandeld moeten worden waarbij de focus ligt op het vergroten van probleemoplossende en sociale vaardigheden, het verwerken van trauma’s en het reguleren van emoties en impulsen. Wanneer de verdachte voldoende psychisch gestabiliseerd is, en hiermee het recidiverisico tot een aanvaardbaar minimum is gereduceerd, kan er een traject van resocialisatie en ondersteuning plaatsvinden.
Op basis van bovengenoemde aspecten zijn de zorgprognose en de beïnvloedingsmogelijkheden onzeker en om deze reden is een behandeling binnen een
verplicht juridisch kader aangewezen. De aanvraag van een zorgmachtiging op grond van de Wvggz kan worden overwogen, maar mogelijk is dat de zorgmachtiging niet wordt verlengd. Aan een behandeling op vrijwillige basis (indien de zorgmachtiging niet wordt verlengd) zal de verdachte zich mogelijk onttrekken. Tevens zal de verdachte met een zorgmachtiging in de civiele GGZ wordt geplaatst; dan zal het beveiligingsniveau te laag zijn en ook zal de focus van de behandeling voornamelijk liggen op psychisch herstel en minder op het voorkomen van recidive.
Een andere optie is om de behandeling te laten plaatsvinden in het kader van een bijzondere
voorwaarde bij een voorwaardelijk strafdeel. Een risico hierbij is dat de verdachte zich onttrekt aan de behandeling en aan het naleven van de voorwaarden. Dan zal het voorwaardelijke strafdeel ten uitvoer worden gebracht en blijft de verdachte onbehandeld.
Vanuit gedragsdeskundig oogpunt is tbs met voorwaarden volgens de psycholoog de meest passende optie. Daarbij kan de verdachte opgenomen worden in een forensische setting met een gepast beveiligingsniveau, zoals een FPK en kan de reclassering langer en intensiever toezien op de behandeling. Binnen een forensische setting ligt de focus niet voornamelijk op psychisch herstel (zoals bij een zorgmachtiging), maar ook op vermindering van het recidiverisico. Indien de verdachte zich onttrekt aan de voorwaarden dan rest tbs met dwangverpleging, maar is wel een behandeling gegarandeerd.
Reclassering Nederland heeft naar aanleiding van de rapportages van de psychiater en psycholoog een rapport over de verdachte opgemaakt, gedateerd 9 maart 2023. Hierin wordt positief geadviseerd over het opleggen van tbs met voorwaarden. In het rapport zijn tevens voorwaarden geformuleerd. De reclassering kan het toezicht hierop uitoefenen en de verdachte heeft zich bereid verklaard tot medewerking aan de voorwaarden.