ECLI:NL:RBROT:2023:4772

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
22 maart 2023
Publicatiedatum
9 juni 2023
Zaaknummer
C/10/653527 / JE RK 23-466
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Onderzoek naar ondertoezichtstelling van minderjarige in verband met alcoholverslaving van de moeder

In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam op 22 maart 2023 een beschikking gegeven over de ondertoezichtstelling van een minderjarige, hierna te noemen [voornaam minderjarige01]. De Raad voor de Kinderbescherming Rotterdam-Dordrecht heeft op 27 februari 2023 een verzoekschrift ingediend voor de ondertoezichtstelling van [voornaam minderjarige01] voor de duur van een jaar. De moeder van [voornaam minderjarige01] heeft een alcoholverslaving en is meerdere keren in het ziekenhuis opgenomen, waardoor zij lange tijd niet beschikbaar was voor haar kind. Dit heeft geleid tot onveiligheid voor [voornaam minderjarige01], die op school een kwetsbare indruk maakt en moeite heeft om over zijn ervaringen te praten.

Tijdens de mondelinge behandeling waren zowel de moeder als de vader aanwezig, evenals een vertegenwoordigster van de Raad. De moeder heeft recent een klinische behandeling ondergaan voor haar verslaving en is nu blij met de ambulante hulpverlening die zij ontvangt. De vader steunt de moeder en maakt zich zorgen over de situatie, maar is ook positief over de hulpverlening. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de wettelijke criteria voor ondertoezichtstelling zijn vervuld, gezien de ernstige bedreiging van de ontwikkeling van [voornaam minderjarige01].

De kinderrechter heeft besloten om [voornaam minderjarige01] onder toezicht te stellen van de gecertificeerde instelling William Schrikker Stichting Jeugdbescherming en Jeugdreclassering, met ingang van 22 maart 2023 tot 22 maart 2024. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard. De beslissing is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken door de kinderrechter, en is schriftelijk vastgesteld op 6 april 2023. Hoger beroep kan worden ingesteld bij het gerechtshof te Den Haag.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

Team Jeugd
Zaaknummer: C/10/653527 / JE RK 23-466
Datum uitspraak: 22 maart 2023

Beschikking van de kinderrechter over een ondertoezichtstelling

in de zaak van

de Raad voor de Kinderbescherming Rotterdam-Dordrecht,

gevestigd te Rotterdam, hierna te noemen de Raad,
betreffende

[minderjarige01]

geboren op [geboortedatum01] 2011 te [geboorteplaats01] , hierna te noemen: [voornaam minderjarige01] .
De kinderrechter merkt als belanghebbende aan:

[moeder01] ,

hierna te noemen: de moeder, wonende te [woonplaats01] .
De kinderrechter merkt als informant aan:

[vader01] ,

hierna te noemen: de vader, wonende te [woonplaats01] .

Het procesverloop

Het verloop van de procedure blijkt uit het verzoekschrift met bijlagen van de Raad van
27 februari 2023, ingekomen bij de griffie op dezelfde datum.
Op 22 maart 2023 heeft de mondelinge behandeling plaatsgevonden en heeft de kinderrechter de zaak met gesloten deuren behandeld.
Verschenen zijn:
- de moeder en de vader;
- een vertegenwoordigster van de Raad, [naam01] .
Er is geen vertegenwoordiger van de gecertificeerde instelling William Schrikker Stichting Jeugdbescherming en Jeugdreclassering (hierna: de GI) verschenen. Gebleken is dat de rechtbank de GI per abuis niet heeft opgeroepen voor de zitting.

De feiten

De moeder is belast met het ouderlijk gezag over [voornaam minderjarige01] .
[voornaam minderjarige01] woont bij de ouders.

Het verzoek van de Raad

De Raad verzoekt een ondertoezichtstelling van [voornaam minderjarige01] voor de duur van een jaar, met uitvoerbaarverklaring van de beschikking bij voorraad.
De Raad handhaaft het verzoek ter zitting en licht dit als volgt toe. De moeder heeft een alcoholverslaving, waarvoor zij meerdere keren is opgenomen in het ziekenhuis. Hierdoor is zij een lange periode niet beschikbaar geweest voor [voornaam minderjarige01] en heeft [voornaam minderjarige01] veel onveiligheid meegemaakt. Daymïen is op deze jonge leeftijd en zijn ontwikkelingsniveau afhankelijk van de moeder. Hij maakt op school een kwetsbare en belaste indruk en kan moeilijk praten over wat hij heeft meegemaakt. De moeder heeft niet altijd toestemming gegeven voor hulpverlening. Het is belangrijk dat de jeugdbeschermer individuele hulpverlening voor [voornaam minderjarige01] inzet zodat hij met iemand kan praten over wat hij heeft meegemaakt. De Raad vindt psycho-educatie voor de ouders en ondersteuning voor [voornaam minderjarige01] , bijvoorbeeld van een schoolmaatschappelijk werker, van belang.

De standpunten

De moeder is het eens met het verzoek. De moeder is drie maanden in een kliniek opgenomen geweest, om te werken aan haar verslaving. Zij is blij dat ze weer thuis is, met ambulante hulpverlening. De moeder krijgt veel steun van haar familie. De moeder zag eerst niet in dat zij een verslaving heeft, maar door de behandeling heeft zij dit wel onder ogen gezien en accepteert zij nu de hulpverlening. Vorige maand had de moeder een kleine terugval, maar nu heeft zij de situatie weer onder controle. [voornaam minderjarige01] praat sinds kort met een praatjuf. Over de thuissituatie geeft de moeder aan dat zij nog een eigen woning heeft, maar de ouders nu feitelijk met de kinderen samenwonen. Het is de bedoeling dat de ouders op termijn officieel samen gaan wonen. De moeder vindt het fijn dat er iemand komt die [voornaam minderjarige01] kan helpen. Het is gelet op de kwetsbaarheid van [voornaam minderjarige01] van belang dat hij niet wordt geconfronteerd met verschillende hulpverleners.
De vader is het ook eens met het verzoek. Het gezin heeft een vervelende periode achter de rug. De vader maakt zich zorgen over de situatie van de moeder en is er gespannen door. De kinderen zijn er de dupe van. De moeder is altijd een goede moeder geweest, maar zij moet geen alcohol meer drinken. De vader hoopt dat de moeder de hulpverlening blijft accepteren en de afspraken blijft nakomen. Het is belangrijk dat er hulp voor het gezin komt. De vader geeft verder aan dat de ouders vlak voor de zitting bij deze rechtbank het gezamenlijk gezag hebben aangevraagd.

De beoordeling

Op basis van de stukken en de mondelinge behandeling is de kinderrechter van oordeel dat is voldaan aan de wettelijke criteria voor een ondertoezichtstelling [1] .
[voornaam minderjarige01] wordt ernstig in zijn ontwikkeling bedreigd. De moeder is vanwege haar alcoholverslaving lange tijd niet volledig emotioneel en fysiek beschikbaar geweest voor [voornaam minderjarige01] . Ook de vader was door zijn werk niet altijd beschikbaar. Daarnaast zijn er zorgen over de ontwikkeling van [voornaam minderjarige01] . [voornaam minderjarige01] ontwikkelt zich niet leeftijdsadequaat en functioneert op zwakbegaafd niveau. Hij is geconfronteerd met de gevolgen van de verslaving van de moeder en heeft gevoelens van onveiligheid gekend. Op school maakt hij een belaste indruk en vindt hij het moeilijk om te praten over wat hij heeft meegemaakt.
De moeder heeft niet altijd opengestaan voor hulpverlening voor haar persoonlijke problematiek en heeft geen toestemming gegeven voor hulpverlening voor [voornaam minderjarige01] . Er is nu sprake van een positieve ontwikkeling. De moeder is voor haar alcoholverslaving een paar maanden opgenomen geweest in een kliniek. Sindsdien gaat het volgens de moeder beter met haar. Zij erkent nu dat zij een verslaving heeft en accepteert hulpverlening. Deze ontwikkeling is echter nog pril.
Het is belangrijk dat de moeder stabiel blijft. De betrokkenheid van de GI is nodig om individuele hulpverlening voor [voornaam minderjarige01] en psycho-educatie voor de ouders in te zetten en zicht te houden op de ontwikkeling van [voornaam minderjarige01] . De kinderrechter zal daarom [voornaam minderjarige01] onder toezicht stellen voor de duur van een jaar. Voor zover dat mogelijk is, acht de kinderrechter het van belang dat er vaste hulpverleners komen, zodat [voornaam minderjarige01] niet te veel verschillende gezichten ziet.

De beslissing

De kinderrechter:
stelt [voornaam minderjarige01] onder toezicht van de gecertificeerde instelling William Schrikker Stichting Jeugdbescherming en Jeugdreclassering, gevestigd te Amsterdam, met ingang van
22 maart 2023 tot 22 maart 2024;
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beslissing is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 22 maart 2023 door mr. K.T.F. Chocolaad-de Bos, kinderrechter, in tegenwoordigheid van mr. L.M. Ruijgrok, als griffier en schriftelijk vastgesteld op 6 april 2023.
Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld:
- door de verzoekers en de belanghebbende(n) aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak;
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.
Het hoger beroep moet, door tussenkomst van een advocaat, worden ingediend bij de griffie van het gerechtshof te Den Haag.

Voetnoten

1.Zie artikel 1:255 van het Burgerlijk Wetboek.