ECLI:NL:RBROT:2023:4559
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid officier van justitie in ontnemingsvordering na vrijspraak verdachte
Op 17 mei 2023 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een strafzaak waarbij de verdachte, geboren in 1966, vrijgesproken is van de feiten waarop de vordering van de officier van justitie is gebaseerd. De officier van justitie, X.C. van Balen, had een vordering ingediend tot het vaststellen van het wederrechtelijk verkregen voordeel en het opleggen van een verplichting tot betaling aan de staat van een geldbedrag ter ontneming van dat voordeel, tot een maximum van € 135.365,--. Tijdens de zitting op dezelfde datum heeft de officier van justitie geconcludeerd tot haar niet-ontvankelijkheid in de vordering, een standpunt dat door de verdediging werd ondersteund. De rechtbank heeft geoordeeld dat, aangezien de verdachte in de hoofdzaak is vrijgesproken, de officier van justitie niet-ontvankelijk moet worden verklaard in de ontnemingsvordering. De rechtbank heeft vervolgens de officier van justitie niet-ontvankelijk verklaard in de vordering tot ontneming van het wederrechtelijk verkregen voordeel. Dit vonnis is uitgesproken op de openbare terechtzitting van de rechtbank op 17 mei 2023, door de voorzitter en twee andere rechters, in aanwezigheid van de griffier.