Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..Onderzoek op de terechtzitting
2..Tenlastelegging
3..Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1 tot en met 6 ten laste gelegde, te weten feitelijke aanranding van de eerbaarheid, meermaals gepleegd en één poging daartoe;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 94 dagen met aftrek van voorarrest, waarvan 90 dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar en oplegging van de bijzondere voorwaarden zoals geadviseerd door de reclassering in haar rapport van 22 februari 2023. Verder tot een taakstraf voor de duur van 240 uren.
4..Waardering van het bewijs
- Donkere mountainbike zonder licht;
- Donker gekleed;
- Grijs mondkapje;
- Tussen de 1.70 en de 1.80 meter;
- Fel blauwe ogen;
- Een zon gebruinde huid met dikkere rimpels op zijn voorhoofd;
- Geschatte leeftijd tussen de 40 en de 60 jaar;
- Normaal postuur.
- Blanke man;
- Slank postuur;
- Ongeveer 1.80 meter lang;
- Geschatte leeftijd tussen de 30 en 40 jaar oud;
- Sprak goed Nederlands;
- Gekleed in:
- Blanke man;
- Sprak ABN;
- In het donker gekleed;
- Reed op een donker grijze tot zwarte herenfiets met recht stuur;
- Geen gezichtsbeharing;
- Grijs/licht kort haar;
- Slank;
- Normale lengte;
- Geschatte leeftijd tussen de 50 en 60 jaar oud.
modus operandi) redengevend voor het bewijs.
We gaan vanavond lekker vieze dingen doen.” Enkel het kordate optreden van [aangeefster05] heeft gemaakt dat de verdachte zijn intentie niet heeft kunnen uitvoeren en het dus bij een poging is gebleven.
defeitelijkheden hebben bestaan uit het
5..Strafbaarheid feiten
6..Strafbaarheid verdachte
7..Motivering straffen
.Deze rapportages houden onder meer het volgende in.
8..Vorderingen benadeelde partijen/ schadevergoedingsmaatregelen
9..Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.. Bijlagen
11.. Beslissing
240 (tweehonderdveertig) uren, waarbij de Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
120 (honderdtwintig) dagen;
gevangenisstraf voor de duur van 94 (vierennegentig) dagen;
€ 969,95 (zegge: negenhonderdnegenenzestig euro en vijfennegentig eurocent), bestaande uit € 219,95 aan materiële schade en € 750,00 aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 1 maart 2021 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [benadeelde partij01] te betalen
€ 969,95(hoofdsom,
zegge: negenhonderdnegenenzestig euro en vijfennegentig eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 1 maart 2021 tot aan de dag van de algehele voldoening;
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
19 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
€ 541,65 (zegge: vijfhonderdeenenveertig euro en vijfenzestig eurocent), bestaande uit € 41,65 aan materiële schade en € 500,00 aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 19 april 2021 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [benadeelde partij02] te betalen
€ 541,65(hoofdsom,
zegge: vijfhonderdeenenveertig euro en vijfenzestig eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 19 april 2021 tot aan de dag van de algehele voldoening;
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
10 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
€ 750,00 (zegge: zevenhonderdvijftig euro), bestaande uit immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [benadeelde partij03] te betalen
€ 750,00(hoofdsom,
zegge: zevenhonderdvijftig euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 24 april 2021 tot aan de dag van de algehele voldoening;
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
15 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;