ECLI:NL:RBROT:2023:3812

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
2 mei 2023
Publicatiedatum
4 mei 2023
Zaaknummer
10.019250.23 (zaak A); 10.163030.22 (zaak B); 10.249425.22 (zaak C); 10.293479.22 (zaak D); 10.327360.22 (zaak E); 10.314020.22 (zaak F) (gevoegd ter terechtzitting)
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor meerdere strafbare feiten, waaronder bedreiging, vernieling, mishandeling en diefstal

Op 2 mei 2023 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen de verdachte, geboren in 1976 en ten tijde van de zitting preventief gedetineerd. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld voor een reeks van strafbare feiten, waaronder vier bedreigingen, vier vernielingen, twee mishandelingen en twee diefstallen, waarvan één met verbreking. De verdachte is vrijgesproken van brandstichting en dwang. De rechtbank heeft een gevangenisstraf van acht maanden opgelegd, waarvan drie maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar en bijzondere voorwaarden zoals voorgesteld door de reclassering. De zaak omvat meerdere parketnummers, waarbij de rechtbank de zaken heeft gevoegd. De verdachte heeft zich in een jaar tijd schuldig gemaakt aan elf strafbare feiten, waarbij zijn agressieve gedrag en herhaaldelijke bedreigingen tegen verschillende slachtoffers, waaronder politieambtenaren, zijn opgevallen. De rechtbank heeft de ernst van de feiten en de impact op de slachtoffers zwaar meegewogen in de strafmaat. De verdachte heeft geen verantwoordelijkheid genomen voor zijn daden en heeft herhaaldelijk de regels van de reclassering overtreden. De rechtbank heeft ook rekening gehouden met de vorderingen van benadeelde partijen, waaronder de Nationale Politie en Snel Express B.V., die materiële schadevergoeding hebben gevorderd. De rechtbank heeft deze vorderingen toegewezen, met wettelijke rente, en de verdachte veroordeeld in de proceskosten van de benadeelde partijen.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team straf 1
Parketnummers: 10.019250.23 (zaak A); 10.163030.22 (zaak B); 10.249425.22 (zaak C); 10.293479.22 (zaak D); 10.327360.22 (zaak E); 10.314020.22 (zaak F) (gevoegd ter terechtzitting)
Datum uitspraak: 2 mei 2023
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de gevoegde zaken tegen de verdachte:
[verdachte01] ,
geboren te [geboorteplaats01] op [geboortedatum01] 1976,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres
[adres01] [postcode01] [plaats01] ,
ten tijde van het onderzoek op de terechtzitting preventief gedetineerd in de
Penitentiaire Inrichting Alphen aan den Rijn,
raadsman mr. L.A.R. Newoor, advocaat te Rotterdam.

1.Onderzoek op de terechtzitting

Gelet is op het onderzoek op de terechtzitting van 18 april 2023.
De rechtbank heeft de zaken, die bij afzonderlijke dagvaardingen onder de bovenvermelde parketnummers zijn aangebracht, ter terechtzitting gevoegd. Deze zaken worden hierna als respectievelijk zaak A, zaak B, zaak C, zaak D, zaak E en zaak F aangeduid.

2.Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaardingen. De tekst van de dagvaarding inzake feit 1 zaak E is op de terechtzitting overeenkomstig de vordering van de officier van justitie gewijzigd. De tekst van de (gewijzigde) tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3.Eis officier van justitie

De officier van justitie mr. N.G.H. Verschaeren heeft gevorderd:
  • vrijspraak van het onder 1 primair in zaak A ten laste gelegde;
  • bewezenverklaring van het onder 1 subsidiair, 2 en 3 in zaak A, het in zaak B, het in zaak C, het onder 1 t/m 3 in zaak D, het onder 1 primair en 2 in zaak E en het in zaak F ten laste gelegde;
  • veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 8 maanden met aftrek van voorarrest, waarvan 3 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaren en met oplegging van de bijzondere voorwaarden zoals geadviseerd door de reclassering in het rapport van 5 april 2023, te weten een meldplicht, opname in een zorginstelling, ambulante behandeling, begeleid wonen of maatschappelijke opvang, een locatieverbod en meewerken aan middelencontrole;
  • dadelijke uitvoerbaarheid van de bijzondere voorwaarden.

4.Waardering van het bewijs

Vrijspraak zonder nadere motivering onder 1 primair in zaak A
Met de officier van justitie en de verdediging is de rechtbank van oordeel dat het onder
feit 1 primair in zaak A ten laste gelegde niet wettig en overtuigend is bewezen, zodat de verdachte daarvan zonder nadere motivering zal worden vrijgesproken.
Bewezenverklaring zonder nadere motivering
De feiten onder 1 subsidiair en onder 3 in zaak A, onder 1 en onder 3 in zaak D, onder 2 in zaak E en het in zaak F ten laste gelegd zullen zonder nadere bespreking bewezen worden verklaard nu er geen verweer is gevoerd dat strekt tot vrijspraak.
Bewijswaardering onder 2 in zaak A, het in zaak B, onder 2 in zaak D
en onder 1 primair in zaak E ten laste gelegde (telkens bedreiging)
Door de verdediging is aangevoerd dat vrijspraak moet volgen. Door de handelingen van verdachte is bij aangevers geen redelijke vrees ontstaan dat zij door toedoen van de verdachte het leven zouden verliezen, dan wel slachtoffer zouden worden van een zware mishandeling.
Beoordeling
De rechtbank stelt voorop dat volgens vaste jurisprudentie niet is vereist dat de bedreiging in het concrete geval op de bedreigde een zodanige indruk heeft gemaakt dat werkelijk vrees is opgewekt. De bedreiging moet van dien aard zijn en onder zulke omstandigheden zijn gedaan dat deze in het algemeen een dergelijke vrees opwekken.
De rechtbank is van oordeel dat, gelet op de context, de samenhang van de handelingen en de daarbij geuite verbale bedreigingen van de verdachte, bij aangevers wel degelijk de redelijke vrees op zwaar lichamelijk letsel dan wel een misdrijf tegen het leven kon ontstaan. Het verweer wordt daarom verworpen.
Bewijswaardering het in zaak C ten laste gelegde
Door de verdediging is vrijspraak bepleit. Het signalement dat is opgesteld naar aanleiding van de camerabeelden is te vaag. Een herkenning ontbreekt.
Beoordeling
De rechtbank is van oordeel dat wettig en overtuigend kan worden bewezen dat de verdachte de snorfiets heeft gestolen. De verdachte is binnen 24 uur na vermissing van de snorfiets hierop aangetroffen. Hij voldoet aan het signalement van de persoon die op de beelden te zien is ten tijde van de diefstal. En de verklaring van de verdachte, dat hij de snorfiets heeft geleend, vindt geen steun in het strafdossier, en is niet te verifiëren omdat hij daarover geen nadere informatie heeft willen geven. Het verweer wordt daarom verworpen.
Bewezenverklaring
In bijlage II heeft de rechtbank de inhoud van wettige bewijsmiddelen opgenomen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Op grond daarvan, en op grond van de redengevende inhoud van het voorgaande, is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder feit 1 subsidiair en feit 2 in zaak A, het in zaak B, het in zaak C, de feiten 1 t/m 3 in zaak D en feit 1 primair en feit 2 in zaak E ten laste gelegde heeft begaan.
In bijlage III heeft de rechtbank een opgave gedaan van wettige bewijsmiddelen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Met deze opgave wordt volstaan, nu de verdachte het bewezen verklaarde heeft bekend en geen verweer is gevoerd dat strekt tot vrijspraak. Op grond daarvan is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder feit 3 in zaak A en onder feit 1 in zaak F ten laste gelegde heeft begaan.
De verdachte heeft de bewezen verklaarde feiten op die wijze begaan dat:
zaak A
feit 1 subsidiair
hij op 11 januari 2023 te Dordrecht, opzettelijk en wederrechtelijk een rolcontainer die geheel of ten dele aan de Gemeente Dordrecht, toebehoorde heeft vernield;
feit 2
hij op 18 januari 2023 te Dordrecht, [slachtoffer01] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, door:
- dreigend de woorden toe te voegen "Ik ga je doodmaken" en "Ik snij je keel eraf", althans woorden van gelijke (dreigende) aard en strekking en/of (vervolgens) (daarbij) dreigend met zijn (rechter)hand een snijdende beweging langs zijn, verdachtes keel te maken en
- dreigend de woorden toe te voegen "Ik hak je kop eraf" en "Ik maak je dood" en "Ik pak jou" en "Nog een keer en dan sla ik je", althans woorden van gelijke (dreigende) aard en strekking;
feit 3
hij op 22 januari 2023 te Dordrecht, opzettelijk en wederrechtelijk een telefoon (dect 1), t die geheel of ten dele aan (de arrestantenafdeling van) de Politie aan de Overkampweg 109 te Dordrecht, toebehoorde heeft vernield,
zaak B
hij op 29 juni 2022 te Dordrecht [slachtoffer02] heeft bedreigd met zware mishandeling, door
- op die [slachtoffer02] af te lopen, en vervolgens
- die [slachtoffer02] een bloempot te tonen en deze neer te gooien op het asfalt
,en vervolgens
- wederom op die [slachtoffer02] af te lopen, en vervolgens
- die [slachtoffer02] een stalen pijn te tonen, en vervolgens
- die stalen pijp met twee handen schuin omhoog houden, en vervolgens
- een gooiende beweging maken met die stalen pijp richting die [slachtoffer02] , en vervolgens
- die stalen pijp daadwerkelijk richting die [slachtoffer02] te gooien, en vervolgens
- een fietsbel en een schep te tonen aan die [slachtoffer02] , en vervolgens
- een gooiende beweging te maken met die fietsbel met daarbij de woorden toe te voegen: "Kan je koppen?", en woorden van gelijkende aard of strekking, en vervolgens
- dreigend met een schep op zijn schouders op die [slachtoffer02] af te lopen en daarbij
de woorden toe te voegen "Ik moet jou hebben!" en woorden van gelijkende aard
en/of strekking, en vervolgens
- die [slachtoffer02] te achtervolgen;
zaak C
hij op 30 september 2022 te Dordrecht een snorfiets (kenteken [kenteken01] die geheel aan [slachtoffer03] , toebehoorde heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte dat weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van verbreking;
zaak D
feit 1
hij op 9 november 2022 te Dordrecht, opzettelijk en wederrechtelijk een ruit, die geheel aan Trivire gelegen aan de Callistolaan 2, toebehoorde heeft vernield,
feit 2
hij op 10 november 2022 te Dordrecht, een ambtenaar, te weten [slachtoffer04] , hoofdagent Politie Eenheid Rotterdam heeft bedreigd met zware mishandeling, door die [slachtoffer04] dreigend de woorden toe te voegen "weet je wat ik in mijn handen heb? Kokend water, dit gooi ik in je gezicht als je mijn kant op komt.";
feit 3
hij op 10 november 2022 te Dordrecht, opzettelijk niet heeft voldaan aan een bevel of een vordering, krachtens enig wettelijk voorschrift, te weten artikel 55e lid 3 Wetboek van Strafvordering, gedaan door een ambtenaar, te weten, hulpofficier van justitie [slachtoffer05] , belast met en bevoegd
verklaard tot het opsporen en onderzoeken van strafbare feiten, door, nadat deze ambtenaar hem had bevolen of van hem had gevorderd medewerking te verlenen aan een bloedonderzoek, hieraan geen gevolg te geven;
zaak E
feit 1
hij in de periode van 2 december 2022 tot en met 9 december 2022 te Hoogvliet Rotterdam, gemeente Rotterdam en Hendrik-Ido-Ambacht, [slachtoffer06] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en, door die [slachtoffer06] telefonisch via één voicemailbericht dreigend de woorden toe te voegen
- Ik hoop dat ik de 14e vrij kom, dan krijg je een bloedbad in Zwijndrecht
althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking;
feit 2
hij in de periode 4 november 2022 tot en met 5 november 2022 te Zwijndrecht opzettelijk en wederrechtelijk een toegangspoort, die geheel aan de Nederlandse Spoorwegen, toebehoorde heeft vernield, ;
zaak F
hij op 01 december 2022 te Dordrecht, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een bestelauto, merk/type Renault Traffic, wit van kleur en voorzien van het kenteken [kenteken02] , geheel toebehorende aan Snel Express B.V., ;
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken. Kennelijke verschrijvingen in de tenlastelegging zijn verbeterd. De verdachte is daardoor niet in zijn verdediging geschaad.

5.Strafbaarheid feiten

De bewezen feiten leveren op:
feit 1 subsidiair in zaak A:
opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, vernielen;
feit 2 in zaak A:
bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht;
feit 3 in zaak A:
opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, vernielen;
in zaak B:
bedreiging met zware mishandeling;
in zaak C:
diefstal, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van verbreking;
feit 1 in zaak D:
opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, vernielen;
feit 2 in zaak D:
bedreiging met zware mishandeling;
feit 3 in zaak D:
opzettelijk niet voldoen aan een bevel of vordering, krachtens wettelijk voorschrift gedaan door een ambtenaar bevoegd verklaard tot het opsporen of onderzoeken van strafbare feiten;
feit 1 primair in zaak E:
bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht;
feit 2 in zaak E:
opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, vernielen;
in zaak F:
diefstal.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten. De feiten zijn dus strafbaar.

6.Strafbaarheid verdachte

Er zijn geen omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluiten. De verdachte is dus strafbaar.

7.Motivering straf

7.1.
Algemene overweging
De straf die aan de verdachte wordt opgelegd, is gegrond op de ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder de feiten zijn begaan en de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte.
Daarbij wordt in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
De verdachte heeft zich in één jaar schuldig gemaakt aan elf strafbare feiten. Keer op keer komt de verdachte door zijn agressieve gedrag weer in aanraking met justitie. Vaak gaat het om bedreigingen. Daarmee veroorzaakt de verdachte veel overlast en maakt hij inbreuk op de veiligheid en het welzijn van anderen, waaronder de medewerkers van de stichting De Hoop waar hij juist een bewoner was en zijn ex-partner. Ook zijn de bedreigingen gericht tegen politieambtenaren en weigert hij mee te werken aan een bloedonderzoek. Daarmee toont de verdachte aan geen respect te hebben voor deze agenten en justitie in het algemeen. Verder heeft de verdachte zich schuldig gemaakt aan verschillende vernielingen en de diefstal van een fiets en een auto, waarbij hij die auto zelfs total-loss heeft gereden. De verdachte heeft hiermee aangetoond geen enkel respect te hebben voor de eigendommen van anderen en bij de minste aanleiding bereid te zijn daarop een inbreuk te maken zonder zich om de slachtoffers van die feiten te bekommeren. Dit alles rekent de rechtbank de verdachte zwaar aan.
Het grootste deel van de strafbare feiten wordt door de verdachte daarnaast ontkend. Hiermee neemt hij geen verantwoordelijkheid voor zijn handelen.
7.2.
Persoonlijke omstandigheden van de verdachte
De rechtbank heeft acht geslagen op een uittreksel uit de justitiële documentatie van 16 maart 2023. Hieruit blijkt dat verdachte tussen 2016 en juni 2022 niet meer in aanraking is geweest met politie en justitie. Tijdens de zitting komt naar voren dat de verdachte in de tussenliggende periode stabiliteit had door middel van een dagritme. Hij verbleef destijds in de begeleide woonvorm Profila. Met het aanvragen van een bankpas zijn er dingen misgegaan waardoor verdachte het ene financiële gat met het andere probeer te dichten. De bestaande stabiliteit begon daarmee af te nemen en uiteindelijk heeft dit geleid tot een strafbaar feit in juni 2022, waarna een delictpatroon is ontstaan.
7.2.1.
Rapportage reclassering
Reclassering Nederland heeft een rapport over de verdachte opgemaakt, gedateerd 5 april 2023. De verdachte is op 3 februari 2023 geplaatst in een beschermde woonvorm van [GGZ-instelling01] aan de [locatie01] te Rotterdam. Tussendoor wordt verdachte op 16 februari 2023 opgenomen voor een kortdurende detoxificatie op de Afdeling Forensische Zorg van Fivoor. Deze opname wordt echter op 27 februari 2023 voortijdig negatief beëindigd vanwege overtreding van de afdelingsregels en agressief gedrag. Gedurende zijn
verblijf aan de [locatie01] veroorzaakt de verdachte meerdere incidenten. Hij wordt meerdere keren op zijn gedrag aangesproken, maar dit lijkt niet te beklijven. Op 20 maart 2023 krijgt de verdachte naar aanleiding van zijn houding binnen de beschermde woonvorm een officiële waarschuwing van zijn reclasseringswerker. Nadat verdachte dezelfde dag weer betrokken is bij incidenten besluit het hoofd van de beschermde woonvorm dat hij de woonvorm dient te verlaten.
Omdat de verdachte momenteel niet over een vaste woon- of verblijfplaats beschikt, merkt de reclassering dit leefgebied aan als risicoverhogende factor. De reclassering acht het noodzakelijk dat de verdachte over een verblijfplaats beschikt om het risico op recidive te beperken. Gezien wordt dat de verdachte baat heeft bij het huidige regime binnen de penitentiaire inrichting. Het geeft hem rust en structuur. De reclassering is van mening dat verdachte binnen een forensische kliniek een zelfde soort rust en structuur geboden
kan worden. De rechtbank heeft acht geslagen op dit rapport.
7.3.
Conclusies van de rechtbank
Gelet op hetgeen de rechtbank hierboven heeft overwogen, komt zij tot de volgende conclusies.
Gezien de ernst van de feiten en veelvoud aan feiten acht de rechtbank een gevangenisstraf passend en geboden. Bij de bepaling van de duur van de gevangenisstraf heeft de rechtbank gekeken naar straffen die in soortgelijke zaken worden opgelegd.
Nu de reclassering bijzondere voorwaarden noodzakelijk acht, zal de rechtbank een deel van de voorgenomen straf voorwaardelijk opleggen, met de voorwaarden die hierna worden genoemd. Dit voorwaardelijk strafdeel dient er tevens toe de verdachte ervan te weerhouden in de toekomst opnieuw strafbare feiten te plegen.
Gelet op de reeks van delicten die de verdachte heeft begaan, waarbij er sprake is geweest van ernstige bedreigingen, waaronder richting aangever [slachtoffer02] , waarbij het weinig gescheeld heeft om deze was daarbij in zijn lichaam aangetast, een verkeersongeluk met een gestolen auto en het hoge recidiverisico dat ook de reclassering inschat, moet er ernstig rekening mee worden gehouden dat de verdachte wederom een misdrijf zal begaan dat gericht is tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen. De op te leggen bijzondere voorwaarden zullen daarom dadelijk uitvoerbaar worden verklaard.
Alles afwegend acht de rechtbank de hierna te noemen straf passend en geboden.

8.Vorderingen benadeelde partijen en schadevergoedingsmaatregelen

Als benadeelde partijen hebben zich in het geding gevoegd: [benadeelde01] namens de nationale politie ter zake van feit 3, zaak A, [benadeelde02] namens Snel Express en [benadeelde03] ter zake van feit 1, zaak F waarmee bij de strafoplegging rekening is gehouden. De Nationale Politie vordert een vergoeding van € 293,27 aan materiële schade. De benadeelde partij [benadeelde03] vordert een vergoeding van € 455,- aan materiële schade. De benadeelde partij Snel Express B.V. vordert een vergoeding van € 3.847,58 aan materiële schade.
Standpunt officier van justitie
De officier van justitie acht de vorderingen van de Nationale Politie en Snel Express B.V. volledig toewijsbaar en heeft oplegging van de wettelijke rente en de schadevergoedingsmaatregel gevorderd. Met betrekking tot de vordering van [benadeelde03] kan het causale verband tussen het verlies van de jas en de diefstal van de bus niet worden vastgesteld. Gelet op het voorgaande dient de vordering niet-ontvankelijk te worden verklaard.
Standpunt verdediging
De verdediging stelt zich ten aanzien van de vordering van [benadeelde03] op het standpunt dat ongeloofwaardig is dat ineens een jas is verdwenen. De vordering wordt betwist en dient te worden afgewezen, dan wel niet-ontvankelijk te worden verklaard.
Beoordeling
De benadeelde partij [benadeelde03] zal in de vordering niet-ontvankelijk worden verklaard, nu thans onvoldoende is komen vast te staan dat de schade waarvan vergoeding wordt gevorderd rechtstreeks verband houdt met in zaak F bewezen verklaarde feit waarmee bij de strafoplegging rekening is gehouden. Gelet op de gemotiveerde betwisting levert een nadere behandeling van de vordering van de benadeelde partij een onevenredige belasting van het strafgeding op. De vordering kan slechts bij de burgerlijke rechter worden aangebracht.
Nu is komen vast te staan dat aan de benadeelde partijen de Nationale Politie en Snel Express B.V. door het in zaak F en onder 3 zaak A bewezen verklaarde strafbare feiten, rechtstreeks materiële schade is toegebracht en de vorderingen genoegzaam zijn onderbouwd, zullen deze worden toegewezen.
De benadeelde partijen hebben gevorderd het te vergoeden bedrag te vermeerderen met wettelijke rente. De rechtbank bepaalt dat het te vergoeden schadebedrag aan de Nationale Politie vermeerderd wordt met wettelijke rente vanaf 22 januari 2023 en het te vergoeden schadebedrag aan Snel Express B.V. vermeerderd wordt met wettelijke rente vanaf 1 december 2022.
Nu de vorderingen van de benadeelde partijen de Nationale Politie en Snel Express B.V. zullen worden toegewezen, zal de verdachte worden veroordeeld in de kosten door de benadeelde partijen gemaakt, tot op heden begroot op nihil en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken.
Nu de vordering van de benadeelde partij [benadeelde03] niet-ontvankelijk zal worden verklaard, zal de benadeelde partij worden veroordeeld in de kosten door de verdachte ter verdediging van de vordering gemaakt, welke kosten tot op heden worden begroot op nihil.
8.1.
Conclusie
De verdachte moet de benadeelde partij de Nationale Politie een schadevergoeding betalen van € 293,27, vermeerderd met de wettelijke rente en kosten als hieronder in de beslissing vermeld. Aan de benadeelde partij Snel Express B.V. moet de verdachte een schadevergoeding betalen van € 3.847,58, vermeerderd met de wettelijke rente en kosten als hieronder in de beslissing vermeld. Tevens wordt in beide gevallen oplegging van de hierna te noemen maatregel als bedoeld in artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht passend en geboden geacht.
In deze procedure wordt over de gevorderde schadevergoeding van [benadeelde03] geen inhoudelijke beslissing genomen.

9.Toepasselijke wettelijke voorschriften

Gelet is op de artikelen 14a, 14b, 14c, 36f, 57, 184, 285, 310, 311 en 350 van het Wetboek van Strafrecht.

10.Bijlagen

De in dit vonnis genoemde bijlagen maken deel uit van dit vonnis.

11.Beslissing

De rechtbank:
verklaart niet bewezen, dat de verdachte het onder 1 primair in zaak A ten laste gelegde feit heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij;
verklaart bewezen, dat de verdachte de feiten ten laste gelegd onder 1 subsidiair t/m 3 in zaak A, in zaak B, in zaak C, onder 1 t/m 3 in zaak D, onder 1 primair en onder 2 in zaak E en in zaak F, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt de verdachte ook daarvan vrij;
stelt vast dat het bewezen verklaarde oplevert de hiervoor vermelde strafbare feiten;
verklaart de verdachte strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstraf voor de duur van 8 (acht) maanden;
bepaalt dat de gevangenisstraf een gedeelte, groot
3 (drie) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
verbindt hieraan een proeftijd, die wordt gesteld op
2 (twee) jaren;
tenuitvoerlegging kan worden gelast als de veroordeelde de algemene voorwaarde niet naleeft en ook als de veroordeelde gedurende de proeftijd de bijzondere voorwaarde niet naleeft of een voorwaarde die daaraan van rechtswege is verbonden;
stelt als
algemene voorwaarde:
de veroordeelde zal zich vóór het einde van de proeftijd niet aan een strafbaar feit schuldig maken;
stelt als
bijzondere voorwaarden:
1. de veroordeelde zal zich melden bij Fivoor Reclassering op het adres [adres02] te [plaats02] . De veroordeelde blijft zich melden op afspraken met de reclassering, zo vaak en zolang de reclassering dat nodig vindt;
2. de veroordeelde laat zich opnemen in een forensische kliniek of een soortgelijke zorginstelling, te bepalen door de justitiële instantie die verantwoordelijk is voor plaatsing. De opname start zo spoedig mogelijk. De opname duurt een jaar of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. De veroordeelde houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorginstelling geeft voor de behandeling. Als de reclassering een overgang naar ambulante zorg, begeleid wonen of maatschappelijke opvang gewenst vindt, werkt de veroordeelde mee aan de indicatiestelling en plaatsing;
3. de veroordeelde laat zich behandelen door een forensische polikliniek of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering. De behandeling start aansluitend op de opname in een zorginstelling. De behandeling duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. Veroordeelde houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling. Gelet op de problematiek kan hieronder ook het innemen van medicijnen vallen, als de zorgverlener dat nodig vindt;
4. de veroordeelde zal verblijven een instelling voor beschermd wonen of maatschappelijke opvang, te bepalen door de reclassering. Het verblijf start na opname in een zorginstelling. Het verblijf duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. Veroordeelde houdt zich aan de huisregels en het dagprogramma dat de instelling in overleg met de reclassering voor hem heeft opgesteld;
5. de veroordeelde zal zich niet bevinden op of in de nabijheid van het terrein waar de ' [naam01] ' gesitueerd zijn ( [locatie02] te [plaats02] ), zolang het Openbaar Ministerie dit verbod nodig vindt;
6. de veroordeelde werkt mee aan controle van het gebruik van drugs om het middelengebruik te beheersen. De reclassering kan urineonderzoek gebruiken voor de controle. De reclassering bepaalt hoe vaak de veroordeelde wordt gecontroleerd.
verstaat dat van rechtswege de volgende voorwaarden zijn verbonden aan de hierboven
genoemde bijzondere voorwaarden:
- de veroordeelde zal ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verlenen aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbieden;
- de veroordeelde zal medewerking verlenen aan reclasseringstoezicht, daaronder begrepen de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht;
geeft aan genoemde reclasseringsinstelling opdracht toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden;
beveelt dat de genoemde bijzondere voorwaarden 1 t/m 6 en het aan genoemde reclasseringsinstelling opgedragen toezicht dadelijk uitvoerbaar zijn;
beveelt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht, voor zover deze tijd niet reeds op een andere vrijheidsstraf in mindering is gebracht;
verklaart de benadeelde partij [benadeelde03] niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering slechts kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter. Veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door de verdachte ter verdediging tegen de vordering gemaakt, en begroot deze kosten op nihil;
veroordeelt de verdachte om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan de benadeelde partij, De Nationale Politie te betalen een bedrag van
€ 293,27 (zegge: tweehonderd drieënnegentig euro en zevenentwintig cent)bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 22 januari 2023 tot aan de dag der algehele voldoening;
veroordeelt de verdachte om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan de benadeelde partij Snel Express B.V. te betalen een bedrag van
€ 3.847,58 (zegge: drieduizend achthonderd zevenenveertig euro en achtenvijftig cent), bestaande uit materiële schade te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 1 december 2022 tot aan de dag der algehele voldoening;
veroordeelt de verdachte in de proceskosten door de benadeelde partij De Nationale Politie gemaakt, tot op heden aan de zijde van de benadeelde partij begroot op nihil en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken;
veroordeelt de verdachte in de proceskosten door de benadeelde partij Snel Express B.V. gemaakt, tot op heden aan de zijde van de benadeelde partij begroot op nihil en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken;
legt aan de verdachte
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van De Nationale Politie te betalen
€ 293,27(hoofdsom,
zegge: tweehonderddrieënnegentig euro en zevenentwintig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 22 januari 2023 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal van de hoofdsom van € 293,27 niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
5 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
legt aan de verdachte
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van Snel Express B.V. te betalen
€ 3.847,58(hoofdsom,
zegge: drieduizend achthonderdzevenenveertig euro en achtenvijftig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 1 december 2022 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal van de hoofdsom van € 3.847,58 niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van 38 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
verstaat dat betaling aan elke benadeelde partij tevens geldt als betaling aan de staat ten behoeve van die benadeelde partij en omgekeerd.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.V. Scheffers, voorzitter,
en mr. L. Daum en mr. H. Wielhouwer, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. C.D. van der Veeke, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting op 2 mei 2023.
De voorzitter en jongste rechter zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage I
Tekst tenlastelegging en gewijzigde tekst tenlastelegging onder 1 zaak E
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
Zaak A
feit 1
hij op of omstreeks 11 januari 2023 te Dordrecht, althans Nederland,
opzettelijk brand heeft gesticht door open vuur in aanraking te brengen met een
onbekend gebleven (brandbare) vloeistof en/of afval, althans met een brandbare
(vloei)stof ten gevolge waarvan de (rol)container geheel of gedeeltelijk is verbrand,
in elk geval brand is ontstaan, en daarvan gemeen gevaar voor goederen
(lantaarnpaal en/of hekwerk en/of tegels en/of gras), in elk geval gemeen gevaar
voor goederen, te duchten was;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou
kunnen leiden:
hij op of omstreeks 11 januari 2023 te Dordrecht, althans Nederland,
opzettelijk en wederrechtelijk een (rol)container en/of hekwerk en/of een
lantaarnpaal en/of meerdere althans één tegel(s), in elk geval enig goed, dat/die
geheel of ten dele aan het Leger des Heils en/of Gemeente Dordrecht, in elk geval
aan een ander toebehoorde(n) heeft vernield, beschadigd, onbruikbaar gemaakt
en/of weggemaakt;
feit 2
hij op of omstreeks 18 januari 2023 te Dordrecht, althans Nederland,
[slachtoffer01] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of met zware
mishandeling, door:
- dreigend de woorden toe te voegen "Ik ga je doodmaken" en/of "Ik snij je keel
eraf", althans woorden van gelijke (dreigende) aard en strekking en/of (vervolgens)
(daarbij) dreigend met zijn (rechter)hand een snijdende beweging langs zijn,
verdachtes keel te maken en/of
- dreigend de woorden toe te voegen "Ik hak je kop eraf" en/of "Ik maak je dood"
en/of "Ik pak jou" en/of "Nog een keer en dan sla ik je", althans woorden van gelijke
(dreigende) aard en strekking;
feit 3
hij op of omstreeks 22 januari 2023 te Dordrecht, althans Nederland,
opzettelijk en wederrechtelijk een telefoon (dect 1), in elk geval enig goed, dat
geheel of ten dele aan (de arrestantenafdeling van) de Politie aan de Overkampweg
109 te Dordrecht, in elk geval aan een ander en/of anderen toebehoorde(n) heeft
vernield, beschadigd, onbruikbaar gemaakt en/of weggemaakt;
Zaak B
feit 1
hij op of omstreeks 29 juni 2022 te Dordrecht
[slachtoffer02] heeft bedreigd
met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of met zware mishandeling,
door
- op die [slachtoffer02] af te lopen, en/of vervolgens
- die [slachtoffer02] een bloempot te tonen en deze neer te gooien op het asvalt, en/of
vervolgens
- wederom op die [slachtoffer02] af te lopen, en/of vervolgens
- die [slachtoffer02] een stalen pijn te tonen, en/of vervolgens
- die stalen pijp met twee handen schuin omhoog houden, en/of vervolgens
- een gooiende beweging maken met die stalen pijp richting die [slachtoffer02] , en/of
vervolgens
- die stalen pijp daadwerkelijk richting die [slachtoffer02] te gooien, en/of vervolgens
- een fietsbel en een schep te tonen aan die [slachtoffer02] , en/of vervolgens
- een gooiende beweging te maken met die fietsbel met daarbij de woorden toe te
voegen: "Kan je koppen?", en/of woorden van gelijkende aard of strekking, en/of
vervolgens
- dreigend met een schep op zijn schouders op die [slachtoffer02] af te lopen en daarbij
de woorden toe te voegen "Ik moet jou hebben!" en/of woorden van gelijkende aard
en/of strekking, en/of vervolgens
- die [slachtoffer02] (telkens) te achtervolgen;
Zaak C
feit 1
hij op of omstreeks 30 september 2022 te Dordrecht
een snorfiets (kenteken [kenteken01] ), in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele
aan [slachtoffer03] , in
elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om
het
zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de
plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of dat weg te nemen
goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak/verbreking;
Zaak D
feit 1
hij op of omstreeks 9 november 2022 te Dordrecht,
opzettelijk en wederrechtelijk een ruit, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten
dele aan Trivire gelegen aan de Callistolaan 2, in elk geval aan een ander
toebehoorde(n) heeft vernield, beschadigd, onbruikbaar gemaakt en/of
weggemaakt
feit 2
hij op of omstreeks 10 november 2022 te Dordrecht,
een ambtenaar, te weten [slachtoffer04] , hoofdagent Politie Eenheid Rotterdam
heeft bedreigd
met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of met zware mishandeling,
door die [slachtoffer04] dreigend de woorden toe te voegen "weet je wat ik in mijn
handen heb? Kokend water, dit gooi ik in je gezicht als je mijn kant op komt.",
althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking;
feit 3
hij op of omstreeks 10 november 2022 te Dordrecht,
opzettelijk
niet heeft voldaan aan een bevel of een vordering, krachtens enig wettelijk
voorschrift, te weten artikel 55e lid 3 Wetboek van Strafvordering,
gedaan door een ambtenaar, te weten, hulpofficier van justitie [slachtoffer05]
, belast met de uitoefening van enig toezicht en/of belast met en/of bevoegd
verklaard tot het opsporen en/of onderzoeken van strafbare feiten,
door, nadat deze ambtenaar hem had bevolen of van hem
had gevorderd medewerking te verlenen aan een
bloedonderzoek, hieraan geen gevolg te geven;
Zaak E
feit 1
hij in of omstreeks de periode van 2 december 2022 tot en met 9 december 2022 te
Hoogvliet Rotterdam , gemeente Rotterdam en/of Hendrik-Ido-Ambacht, althans in
Nederland,
[slachtoffer06] heeft bedreigd
met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of met zware mishandeling,
door die [slachtoffer06] telefonisch via één of meer voicemailbericht(en) dreigend de
woorden toe te voegen
- " Mij negeren, dat kun je beter niet doen" en/of
- " Zorg dat er geld in mijn richting komt, anders wordt het een chaos. Wis dit
bericht uit je telefoon, anders heb je zelf ook een groot probleem. Als ik op klappen
sta, dan weet je waartoe ik in staat ben. Ik doe alles zelf, ik maak een einde aan die
kankerchaos in Dordrecht en Zwijndrecht. Ik ben er helemaal klaar mee, met jullie
allemaal, diep teleurgesteld" en/of
- " Jacq, zorg dat ik kleren heb, geld op mijn rekening en een pak shag. Als je dit
bewaart en hiermee naar de politie gaat, dan heb je een groot probleem.
Godverdomme, heb ik hulp nodig, dan laat je me barsten, regel het, ik kom buiten,
vergeet dat niet" en/of
- " waarom nemen [naam02] en jij de telefoon niet op ga geld verzenden naar mij
Ook jij kunt te ver gaan, valt me naar tegen Ik hoop dat ik de 14e vrij kom, dan krijg
je een bloedbad in Zwijndrecht." en/of
- " Jacq, ik bel je over een half uur weer op, neem deze dan wel op, anders is er een
probleem. Wil je bij [naam02] een briefje in de bus doen dat ik vast zit in Hoogvliet, ik
heb zijn telefoonnummer nodig." en/of
-"Fijn dat je me blokkeert, maakt niet uit, je komt er vanzelf wel achter, doe [naam02]
de groeten, doei stumperd",
althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou
kunnen leiden:
hij in of omstreeks de periode van 2 december 2022 tot en met 9 december 2022 te
Hoogvliet Rotterdam, gemeente Rotterdam en/of Hendrik-Ido-Ambacht althans in
Nederland,
ter uitvoering van het voorgenomen misdrijf
om een ander, te weten [slachtoffer06] ,
door geweld of enige andere feitelijkheid en/of door bedreiging met geweld of
enige andere feitelijkheid gericht tegen die ander en/of derden, te weten [slachtoffer06] ,
wederrechtelijk te dwingen iets te doen, niet te doen en/of te dulden,
te weten het geven en/of overmaken van geld aan verdachte,
die [slachtoffer06] voicemailberichten heeft verstuurd met de volgende dreigende
teksten:
- " Mij negeren, dat kun je beter niet doen" en/of
- " Zorg dat er geld in mijn richting komt, anders wordt het een chaos. Wis dit
bericht uit je telefoon, anders heb je zelf ook een groot probleem. Als ik op klappen
sta, dan weet je waartoe ik in staat ben. Ik doe alles zelf, ik maak een einde aan die
kankerchaos in Dordrecht en Zwijndrecht. Ik ben er helemaal klaar mee, met jullie
allemaal, diep teleurgesteld" en/of
- " Jacq, zorg dat ik kleren heb, geld op mijn rekening en een pak shag. Als je dit
bewaart en hiermee naar de politie gaat, dan heb je een groot probleem.
Godverdomme, heb ik hulp nodig, dan laat je me barsten, regel het, ik kom buiten,
vergeet dat niet" en/of
- " waarom nemen [naam02] en jij de telefoon niet op ga geld verzenden naar mij
Ook jij kunt te ver gaan, valt me naar tegen Ik hoop dat ik de 14e vrij kom, dan krijg
je een bloedbad in Zwijndrecht." en/of
- " Jacq, ik bel je over een half uur weer op, neem deze dan wel op, anders is er een
probleem. Wil je bij [naam02] een briefje in de bus doen dat ik vast zit in Hoogvliet, ik
heb zijn telefoonnummer nodig." en/of
-"Fijn dat je me blokkeert, maakt niet uit, je komt er vanzelf wel achter, doe [naam02]
de groeten, doei stumperd",
althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking;
feit 2
hij in of omstreeks 4 november 2022 tot en met 5 november 2022 te Zwijndrecht
opzettelijk en wederrechtelijk een toegangspoort, in elk geval enig goed, dat/die
geheel of ten dele aan de Nederlandse Spoorwegen, in elk geval aan een ander
toebehoorde(n) heeft vernield, beschadigd, onbruikbaar gemaakt en/of
weggemaakt;
Zaak F
feit 1
hij
op of omstreeks 01 december 2022 te Dordrecht,
met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een
bestelauto, merk/type Renault Traffic, wit van kleur en voorzien van het kenteken
[kenteken02] , in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan Snel Express
B.V., in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte;