In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam op 21 februari 2023 uitspraak gedaan over de verlenging van de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige, hierna te noemen [kind01]. De kinderrechter heeft de ondertoezichtstelling van [kind01] verlengd voor de duur van een jaar, tot 5 maart 2024, en de machtiging tot uithuisplaatsing in een gezinsgerichte voorziening verlengd tot 5 mei 2023. De zaak is behandeld met gesloten deuren, waarbij de moeder telefonisch is gehoord en een vertegenwoordigster van de gecertificeerde instelling (GI) aanwezig was. De vader is niet verschenen.
De GI, Leger des Heils Jeugdbescherming en Reclassering, heeft verzocht om de verlenging van de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing, omdat [kind01] momenteel met haar ouders en halfbroer verblijft bij Horizon Harreveld voor een gezinsopname. De moeder heeft geen verweer gevoerd tegen de verlenging van de ondertoezichtstelling, maar heeft wel verweer gevoerd tegen de verlenging van de machtiging tot uithuisplaatsing. Zij is van mening dat de gezinsopname een kans biedt voor het gezin en dat [kind01] niet terug hoeft naar het [gezinshuis01].
De kinderrechter heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing noodzakelijk zijn in het belang van de verzorging en opvoeding van [kind01]. De kinderrechter heeft de GI verzocht om uiterlijk drie werkdagen voor de volgende zitting te rapporteren over de stand van zaken. De beslissing is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, met een schriftelijke uitwerking die op 14 maart 2023 is vastgesteld.