Op 6 januari 2023 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende de ondertoezichtstelling en uithuisplaatsing van een minderjarige, hierna te noemen [naam kind]. De kinderrechter heeft de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond en de Raad voor de Kinderbescherming regio Rotterdam - Dordrecht gehoord. De moeder van [naam kind], hierna te noemen de moeder, heeft een problematische relatie met haar partner, wat leidt tot een onveilige opvoedsituatie voor de kinderen. Er zijn meerdere meldingen van geweld en overlast gedaan, en de moeder heeft in het verleden te maken gehad met verslavingsproblematiek. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de veiligheid van [naam kind] niet kan worden gewaarborgd bij de moeder, vooral gezien de recente incidenten van geweld en de instabiele situatie. De kinderrechter heeft daarom besloten om [naam kind] onder toezicht te stellen voor de duur van elf maanden en een machtiging tot uithuisplaatsing te verlenen, waarbij [naam kind] bij de grootouders moederszijde zal verblijven. De beslissing is genomen in het belang van de verzorging en opvoeding van [naam kind]. De kinderrechter heeft het verzoek van de GI tot verlenging van de ondertoezichtstelling afgewezen, omdat de termijn te kort was om dit verzoek tijdig te behandelen. De kinderrechter heeft de beschikking mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, met de mogelijkheid voor hoger beroep binnen drie maanden na de uitspraak.