Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 9 maanden, waarvan 4 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar.
4.Waardering van het bewijs
5.Strafbaarheid feit
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straffen
8.Vordering benadeelde partij
€ 3.991,10 en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken.
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Bijlagen
11.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 4 (vier) maanden;
niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
200 (tweehonderd) uren, waarbij de Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
€ 139.570,03 (zegge: honderdnegenendertigduizend vijfhonderdzeventig euro en drie cent), bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 5 november 2020 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van Brenntag Nederland B.V. te betalen
€ 139.570,03(
hoofdsom, zegge: honderdnegenendertigduizend vijfhonderdzeventig euro en drie cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 5 november 2020 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal van de hoofdsom van
€ 139.570,03niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
540 (vijfhonderdveertig) dagen;de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;