ECLI:NL:RBROT:2023:3150

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
13 april 2023
Publicatiedatum
17 april 2023
Zaaknummer
10/209656-22 vordering TUL VV: 10/750137-19
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bewezenverklaring van ontucht met minderjarige prostituee, vervaardigen kinderpornografisch materiaal en heimelijk filmen

In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 13 april 2023 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen de verdachte, die beschuldigd werd van ontucht met een minderjarige prostituee, het vervaardigen van kinderpornografisch materiaal en het heimelijk filmen van het slachtoffer. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte in de periode van 24 februari 2022 tot en met 9 juni 2022 meermalen ontucht heeft gepleegd met een minderjarige, die zich beschikbaar stelde voor seksuele handelingen tegen betaling. Daarnaast heeft de verdachte in de periode van 1 april 2022 tot en met 8 november 2022 kinderpornografisch materiaal vervaardigd en in bezit gehad, en op 1 april 2022 heimelijk een afbeelding van het slachtoffer gemaakt. De verdachte heeft de feiten bekend en er is geen verweer gevoerd dat tot vrijspraak zou leiden. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 15 maanden, waarvan 5 maanden voorwaardelijk, met aftrek van voorarrest en oplegging van bijzondere voorwaarden. De rechtbank heeft rekening gehouden met de recidive van de verdachte, die eerder voor soortgelijke feiten was veroordeeld. De vordering tot tenuitvoerlegging van de voorwaardelijke straf uit een eerdere veroordeling is toegewezen, wat resulteert in een gevangenisstraf van 2 maanden. De rechtbank heeft bijzondere voorwaarden opgelegd, waaronder een meldplicht bij de reclassering en een contactverbod met het slachtoffer. De uitspraak is gedaan in tegenspraak en de rechtbank heeft de nodige wettelijke voorschriften in acht genomen.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam
Team straf 3
Parketnummer: 10/209656-22
Parketnummer vordering TUL VV: 10/750137-19
Datum uitspraak: 13 april 2023
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[verdachte01]
geboren te [geboorteplaats01] op [geboortedatum01],
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres:
[adres01], [postcode01] te [plaats01] ,
ten tijde van het onderzoek op de terechtzitting preventief gedetineerd in de Penitentiaire Inrichting [detentieadres01] ,
raadsvrouw mr. K. Kuster, advocaat te Rotterdam.

1..Onderzoek op de terechtzitting

Gelet is op het onderzoek op de terechtzitting van 30 maart 2023.

2..Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding. De tekst van de tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3..Eis officier van justitie

De officier van justitie mr. H.A. van Wijk heeft gevorderd:
  • bewezenverklaring van de ten laste gelegde feiten;
  • veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 18 maanden, met aftrek van voorarrest, waarvan 8 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 3 jaar met daarbij de bijzondere voorwaarden zoals geadviseerd door de reclassering in het over de verdachte opgestelde reclasseringsrapport van 1 februari 2023;
  • de bijzondere voorwaarden en het toezicht door de reclassering direct uitvoerbaar te verklaren;
  • tenuitvoerlegging van het voorwaardelijk opgelegde strafdeel in de zaak met parketnummer 10/750137-19, te weten een gevangenisstraf voor de duur van 2 maanden;
  • verbeurdverklaring van de in beslag genomen Apple iPhone Zwart en de Apple iPhone A1429 en teruggave aan de verdachte van de in beslag genomen Macbook grijs, USB stick Kingston 16G, USB stick Sandisk 16G, USB stick zwart wit, Apple iPhone 6 en de Acer Laptop zwart.

4..Waardering van het bewijs

4.1.
Bewezenverklaring zonder nadere motivering
Alle ten laste gelegde feiten zijn door de verdachte bekend. Deze feiten zullen zonder nadere bespreking bewezen worden verklaard.
4.2.
Bewezenverklaring
In bijlage II heeft de rechtbank een opgave gedaan van wettige bewijsmiddelen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Met deze opgave wordt volstaan, nu de verdachte het bewezen verklaarde heeft bekend en geen verweer is gevoerd dat strekt tot vrijspraak. Op grond daarvan is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde heeft begaan op die wijze dat:
1
hij in de periode van 24 februari 2022 tot en met 9 juni 2022 te [plaats01] , meermalen, telkens ontucht heeft gepleegd met [slachtoffer01] , geboren op [geboortedatum02] 2004, die zich beschikbaar stelde tot het verrichten van seksuele handelingen met een derde tegen betaling en die de leeftijd van zestien jaren maar nog niet de leeftijd van achttien jaren had bereikt, welke ontuchtige handelingen bestonden uit het meermalen brengen en houden van zijn, verdachtes, penis in de mond en de anus van die [slachtoffer01] ;
2
hij, in de periode
van1 april 2022 tot en met 8
november 2022 te [plaats01] , één afbeelding, te weten een film
heeft vervaardigd- en een gegevensdrager bevattende voornoemde afbeelding, te weten een mobiele telefoon (merk/type Apple Iphone 11) -
in bezit
heeftgehad , terwijl op die afbeelding seksuele gedragingen zichtbaar zijn, waarbij (telkens) een persoon die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, was betrokken , welke voornoemde seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit (onder meer):het met de mond oraal penetreren van het lichaam van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, en
het met de handen betasten en aanraken van de borsten van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet had bereikt, en waarbij de (ontblote) borsten in beeld worden gebracht, waarbij de afbeelding aldus een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en strekt tot seksuele prikkeling,
(bestandsnaam: [bestandsnaam01] );
3
hij, op 1 april 2022 te [plaats01] , gebruik makende van een technisch hulpmiddel, waarvan de aanwezigheid niet op duidelijke wijze kenbaar was gemaakt, opzettelijk en wederrechtelijk van een persoon, te weten [slachtoffer01] (geboren op [geboortedatum02] 2004), aanwezig in een woning (aan de [straatnaam01] ), een afbeelding heeft vervaardigd;
(bestandsnaam: [bestandsnaam01] ).
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten staan, zijn deze verbeterd.
De verdachte is hierdoor niet in de verdediging geschaad.

5..Strafbaarheid feiten

De bewezen feiten leveren op:
feit 1: ontucht plegen met iemand die zich beschikbaar stelt tot het verrichten van seksuele handelingen met een derde tegen betaling en die de leeftijd van zestien jaren maar nog niet de leeftijd van achttien jaren heeft bereikt, meermalen gepleegd;
feit 2: een afbeelding en een gegevensdrager bevattende een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, vervaardigen en in bezit hebben;
feit 3: gebruikmakende van een technisch hulpmiddel waarvan de aanwezigheid niet op duidelijke wijze kenbaar is gemaakt, opzettelijk en wederrechtelijk van een persoon, aanwezig in een woning of op een andere niet voor het publiek toegankelijke plaats, een afbeelding vervaardigen.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.
De feiten zijn dus strafbaar.

6..Strafbaarheid verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit. De verdachte is dus strafbaar.

7..Motivering straf

7.1.
Algemene overweging
De straf die aan de verdachte wordt opgelegd, is gegrond op de ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder de feiten zijn begaan en de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. Daarbij wordt in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
7.2.
Feiten waarop de straf is gebaseerd
De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan seks tegen betaling met een minderjarige. De verdachte heeft door zijn handelen bijgedragen aan het in stand houden van jeugdprostitutie. Dat is een ernstig zedendelict. Bovendien heeft hij de lichamelijke integriteit van het slachtoffer geschonden. Uit het dossier blijkt dat de verdachte meerdere malen seks heeft gehad met de minderjarige en dat hij zowel bij het pijpen als bij de anale seks geen condoom heeft gebruikt. De rechtbank houdt hier in strafverzwarende zin rekening mee.
Daarnaast heeft de verdachte kinderpornografisch materiaal vervaardigd en in bezit gehad door hetzelfde minderjarige slachtoffer heimelijk te filmen, terwijl seksuele handelingen plaatsvonden. Hierdoor heeft de verdachte ernstig inbreuk gemaakt op haar persoonlijke levenssfeer en haar vertrouwen geschonden.
7.3.
Strafmaatverweer
De verdediging heeft aangevoerd dat in strafverlagende zin dient te worden meegenomen dat de verdachte niet bewust op zoek is gegaan naar minderjarige prostituees, het slachtoffer zelf de seks heeft geïnitieerd door op de advertentie van de verdachte te reageren, de verdachte van het begin af aan heeft verklaard, zijn verantwoordelijkheid neemt en een open en eerlijke houding aanneemt.
De rechtbank gaat daarin niet mee.
Minderjarigen worden, gelet op hun jeugdige leeftijd, geacht niet of onvoldoende in staat te zijn zelf hun (seksuele) integriteit te bewaken en de draagwijdte van hun gedrag in dit opzicht te overzien. De wet beschermt deze jeugdige personen om die reden ook tegen verleiding die mede van henzelf kan uitgaan. De verdachte moet zich hiervan, mede gelet op zijn eerder veroordeling, ten volle bewust zijn geweest. Ondanks die veroordeling en de forse voorwaardelijke straf die boven zijn hoofd hing, heeft hij echter (wederom) niet voldaan aan de zware onderzoeksplicht die op hem rustte, om met zekerheid vast te stellen dat hij met een meerderjarige te maken had. Hij heeft derhalve opnieuw slechts oog gehad voor zijn eigen lustgevoelens en op geen enkele wijze rekening gehouden met de belangen van het minderjarige slachtoffer. De rechtbank rekent dit de verdachte zwaar aan.
7.4.
Persoonlijke omstandigheden van de verdachte
7.4.1.
Strafblad
De rechtbank heeft acht geslagen op een uittreksel uit de justitiële documentatie van 7 maart 2023, waaruit blijkt dat de verdachte op 1 juli 2020 is veroordeeld voor exact dezelfde strafbare feiten.
7.4.2.
Rapportage
Reclassering Nederland heeft op 1 februari 2023 een rapport over de verdachte opgemaakt.
Dit rapport houdt onder meer het volgende in.
Bij een veroordeling van het ten laste gelegde is volgens de reclassering sprake van recidive, waardoor gesproken kan worden van een delictpatroon in seksueel misbruik. Dat patroon is niet onderbroken door de eerdere veroordeling, de daaruit voortgekomen reclasseringsinzet en een zeden specifiek hulpverleningsaanbod. “Omdat betrokkene, bij veroordeling, binnen de proeftijd voor vergelijkend delictgedrag is gerecidiveerd zijn er aanwijzingen voor het bestaan van (tenminste) een grensoverschrijdende parafi[e]le voorkeur. Een voorkeur voor post-puberale adolescenten / oudere tieners en voor heimelijk filmen, zonder toestemming, tijdens seks of seksuele handelingen. Daarnaast lijkt het lopen van het risico van het plegen van het strafbare zedenfeit zelf, deel uit te maken van de grensoverschrijdende voorkeur.”
Gelet op het traject dat de verdachte reeds bij de forensische instelling Fivoor heeft doorlopen, kan, aldus de reclassering, worden gesteld dat de verdachte meer (in)zicht had op zijn grensoverschrijdende gedrag, maar alsnog zijn gedrag niet voldoende in de hand heeft gehad en niet op tijd heeft bijgestuurd om recidive te voorkomen. Het ten laste gelegde heeft ervoor gezorgd dat er diverse sociaal maatschappelijke problemen zijn ontstaan in het leven van de verdachte en zijn gezin. Er dreigt dak- en thuisloosheid, er zijn schulden ontstaan, de verdachte heeft zijn baan verloren en hij raakte zijn leaseauto en werkgereedschap kwijt. Het risico op recidive wordt ingeschat als gemiddeld evenals het risico op letselschade. Het risico op onttrekking aan voorwaarden wordt ingeschat als laag.
Bij een veroordeling wordt door de reclassering een (deels) voorwaardelijke straf met de volgende bijzondere voorwaarden geadviseerd: een meldplicht bij de reclassering, een ambulante behandeling, ambulante begeleiding, het vermijden van kinderporno en een contactverbod met het slachtoffer. Aangevuld met een bijzondere voorwaarde gericht op hulp en ondersteuning bij re-integratie, zodat de verdachte geholpen kan worden bij zijn sociaal maatschappelijke problemen. De dadelijke uitvoerbaarheid van de voorwaarden en het reclasseringstoezicht wordt daarbij geadviseerd.
7.5.
Conclusies van de rechtbank
Gelet op hetgeen de rechtbank hierboven heeft overwogen, komt zij tot de volgende conclusies.
Gezien de aard en ernst van de feiten, in combinatie met de eerdere veroordeling van de verdachte voor soortgelijke feiten, kan niet anders worden gereageerd dan met het opleggen van een gevangenisstraf. Bij de bepaling van de duur daarvan heeft de rechtbank acht geslagen op straffen die in soortgelijke zaken plegen te worden opgelegd. Voorts heeft de rechtbank acht geslagen op de oriëntatiepunten van het Landelijk Overleg Vakinhoud Strafrecht (LOVS). Dit maakt dat aan de verdachte een gevangenisstraf van na te noemen duur zal worden opgelegd.
De rechtbank is van oordeel dat een onvoorwaardelijke gevangenisstraf gelijk aan de duur van het voorarrest – zoals bepleit door de verdediging – geen recht doet aan de ernst van de feiten en de omstandigheid dat de verdachte eerder voor dezelfde feiten is veroordeeld en daarvan nog in een proeftijd liep. De rechtbank ziet – met de reclassering, de officier van justitie en de raadsvrouw – wel het belang van een deels voorwaardelijke gevangenisstraf, met oplegging van de voorwaarden die hierna worden genoemd. Dit voorwaardelijk strafdeel dient ertoe het recidivegevaar in te perken en de verdachte ervan te weerhouden in de toekomst opnieuw strafbare feiten te plegen.
Omdat de verdachte eerder is veroordeeld voor dezelfde feiten, houdt de rechtbank er ernstig rekening mee dat de verdachte wederom een misdrijf zal begaan dat gericht is tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van één of meer personen. De op te leggen bijzondere voorwaarden, inhoudende een meldplicht, een ambulante behandeling, ambulante begeleiding, het vermijden van kinderporno, een contactverbod met het slachtoffer en het op te leggen reclasseringstoezicht, zullen daarom dadelijk uitvoerbaar worden verklaard.
Alles afwegend acht de rechtbank de hierna te noemen straffen, waaronder de hieronder besproken verbeurdverklaring, passend en geboden.
Tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat de veroordeelde in aanmerking komt voor deelname aan een penitentiair programma, als bedoeld in artikel 4 Penitentiaire beginselenwet, dan wel de regeling van voorwaardelijke invrijheidsstelling, als bedoeld in artikel 6:2:10 Wetboek van Strafvordering, aan de orde is.

8..In beslag genomen voorwerpen

8.1.
Standpunt officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd de in beslag genomen Apple iPhone zwart en de Apple iPhone A1429 verbeurd te verklaren en de in beslag genomen Macbook grijs, USB stick Kingston 16G, USB stick Sandisk 16G, USB stick zwart wit, Apple iPhone 6 en de Acer laptop zwart terug te geven aan de verdachte. De verdediging heeft zich hierbij aangesloten.
8.2.
Beoordeling
De in beslag genomen Apple iPhone zwart en de Apple iPhone A1429 zullen worden verbeurd verklaard. De bewezen verklaarde feiten zijn met behulp van deze voorwerpen begaan en voorbereid. Nu het strafvorderlijk belang het verder in beslag houden van de Macbook grijs, USB stick Kingston 16G, USB stick Sandisk 16G, USB stick zwart wit, Apple iPhone 6 en de Acer laptop zwart niet langer vordert, zal een last worden gegeven tot teruggave van die goederen aan de verdachte.

9..Vordering tenuitvoerlegging

9.1.
Vonnis waarvan tenuitvoerlegging wordt gevorderd
Bij vonnis van 1 juli 2020 van de meervoudige kamer van deze rechtbank, locatie Dordrecht, is de verdachte ter zake van ontucht met een minderjarige prostituee, het vervaardigen van kinderpornografisch materiaal van zijn dochter en het heimelijk filmen van de dochter van zijn ex-vrouw veroordeeld – voor zover van belang – tot een gevangenisstraf van zes maanden, waarvan twee maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van drie jaren. De proeftijd is ingegaan op 16 juli 2020.
9.2.
Standpunt officier van justitie
De officier van justitie heeft verzocht om gehele tenuitvoerlegging van de voorwaardelijke straf, omdat de verdachte meerdere strafbare feiten heeft begaan in de proeftijd, waarmee de algemene voorwaarde is overtreden.
9.3.
Standpunt verdediging
De verdediging heeft verzocht om de vordering tenuitvoerlegging van de voorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf af te wijzen, zodat de verdachte zo spoedig mogelijk kan starten met zijn behandeling.
9.4.
Beoordeling
De hierboven bewezen verklaarde feiten zijn na het wijzen van genoemd vonnis en voor het einde van de proeftijd gepleegd. Door het plegen van de bewezen feiten heeft de verdachte de aan het vonnis verbonden algemene voorwaarde, dat hij voor het einde van de proeftijd geen nieuwe strafbare feiten zou plegen, verwijtbaar niet nageleefd. De rechtbank ziet daarin aanleiding om de vordering toe te wijzen, mede gelet op het feit dat de verdachte zich thans opnieuw schuldig heeft gemaakt aan soortgelijke ernstige feiten.
De rechtbank gelast derhalve de tenuitvoerlegging van de voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van twee maanden, opgelegd bij voormeld vonnis.

10.. Toepasselijke wettelijke voorschriften

Gelet is op de artikelen 14a, 14b, 14c, 33, 33a, 57, 139f, 240b en 248b van het Wetboek van Strafrecht.

11.. Bijlagen

De in dit vonnis genoemde bijlagen maken deel uit van dit vonnis.

12..Beslissing

De rechtbank:
verklaart bewezen, dat de verdachte de onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde feiten, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;
stelt vast dat het bewezen verklaarde oplevert de hiervoor vermelde strafbare feiten;
verklaart de verdachte strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstraf voor de duur van 15 (vijftien) maanden,
bepaalt dat van deze gevangenisstraf een gedeelte, groot
5 (vijf) maandenniet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
verbindt hieraan een proeftijd, die wordt gesteld op 3 jaar;
tenuitvoerlegging kan worden gelast als de veroordeelde de algemene voorwaarde niet naleeft en ook als de veroordeelde gedurende de proeftijd een bijzondere voorwaarde niet naleeft of een voorwaarde die daaraan van rechtswege is verbonden;
stelt als algemene voorwaarde:
de veroordeelde zal zich vóór het einde van de proeftijd niet aan een strafbaar feit schuldig maken;
stelt als bijzondere voorwaarden:
1. de veroordeelde zal op geen enkele wijze – direct of indirect – contact opnemen, zoeken of hebben met [slachtoffer01] (geboren op [geboortedatum02] 2004), gedurende de proeftijd, of zoveel korter als het Openbaar Ministerie dat nodig vindt. De politie ziet toe op de handhaving van dit verbod;
2. de veroordeelde zal zich, gedurende de proeftijd, melden bij Reclassering Nederland, op het adres Marconistraat 2 te Rotterdam, zolang en frequent als die reclasseringsinstelling dat noodzakelijk vindt;
3. de veroordeelde zal zich onder ambulante behandeling stellen van Fivoor of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering. De behandeling duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering dat nodig vindt. De veroordeelde houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling;
4. de veroordeelde zal zich, gedurende de proeftijd, laten begeleiden door de ambulante zorg van Fivoor of een soortgelijke zorgverlener. De begeleiding duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering dat nodig vindt. De veroordeelde houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de begeleiding;
5. de veroordeelde zal zich op welke wijze dan ook onthouden van:
a) het seksueel getint communiceren met minderjarigen;
b) gedragingen die zijn gericht op deelname aan digitale omgevingen, waarin kinderpornografisch materiaal kan worden verkregen;
c) gedragingen die zijn gericht op deelname aan digitale omgevingen, waarin over seksuele handelingen met minderjarigen wordt gecommuniceerd;
de veroordeelde dient aan de controles hierop (zoals hieronder beschreven) mee te werken tijdens een huisbezoek;
verstaat dat van rechtswege de volgende voorwaarden zijn verbonden aan de hierboven genoemde bijzondere voorwaarden:
- de veroordeelde zal ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verlenen aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbieden;
- de veroordeelde zal medewerking verlenen aan reclasseringstoezicht, daaronder begrepen de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht;
geeft aan genoemde reclasseringsinstelling opdracht toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden;
het toezicht op de onder 5 vermelde voorwaarde kan onder andere bestaan uit controles van geautomatiseerde werken en digitale gegevensdragers in gebruik bij de veroordeelde. Deze controles vinden op de volgende wijze plaats:
de controle van de onder 5 b) en c) gestelde voorwaarden mag slechts op zodanige wijze worden uitgevoerd dat niet door een persoon kennis wordt genomen van de inhoud van digitale bestanden (geautomatiseerde controle is derhalve wel toegestaan);
een specialist (ook zijnde een opsporingsambtenaar, die deskundig is op digitaal gebied) mag de reclassering technische ondersteuning bieden ten behoeve van de controles;
de controles mogen gedurende de proeftijd van 3 jaren maximaal 3 keer per jaar worden uitgevoerd;
beveelt dat de onder nummers 1, 2, 3, 4 en 5 genoemde bijzondere voorwaarden en het aan genoemde reclasseringsinstelling opgedragen toezicht dadelijk uitvoerbaar zijn;
beveelt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht, voor zover deze tijd niet reeds op een andere vrijheidsstraf in mindering is gebracht;
beslist ten aanzien van de voorwerpen, geplaatst op de lijst van inbeslaggenomen en nog niet teruggegeven voorwerpen, als volgt:
- verklaart verbeurd als bijkomende straf voor de feiten 1, 2 en 3:
1. Apple iPhone Zwart
(IBN-code/Voorwerpnummer: A.01.01.001 RTRCC22018_742928)
2. Apple iPhone A1429
(IBN-code/Voorwerpnummer: A.01.01.003 RTRCC22018_742976)
- gelast de teruggave aan verdachte van:
1. Macbook grijs
(IBN-code/Voorwerpnummer: A.01.01.002 RTRCC22018_742934)
2. USB stick Kingston 16G
(IBN-code/Voorwerpnummer: A.01.01.004 RTRCC22018_742978)
3. USB stick Sandisk 16G
(IBN-code/Voorwerpnummer: A.01.01.005 RTRCC22018_742980)
4. USB stick zwart wit
(IBN-code/Voorwerpnummer: A.01.01.006 RTRCC22018_742989)
5. Apple iPhone 6
(IBN-code/Voorwerpnummer: A.01.02.001 RTRCC22018_742932)
6. Acer Laptop zwart ( [nummer01] )
(IBN-code/Voorwerpnummer: A.01.03.001 RTRCC22018_742992);
gelast de
tenuitvoerleggingvan de voorwaardelijke
gevangenisstraf voor de duur van 2 (twee) maanden, opgelegd bij vonnis van 1 juli 2020 door de meervoudige kamer van deze rechtbank, locatie Dordrecht, gewezen onder parketnummer 10/750137-19.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. R. Brand, voorzitter,
en mrs. W.J.M. Diekman en J. Montijn, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. J.A.M. van der Vleuten, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting op de datum die in de kop van dit vonnis is vermeld.
Bijlage I
Tekst tenlastelegging
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
1
hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 24 februari 2022 tot en
met 9 juni 2022 te [plaats01] , althans in Nederland,
meermalen, althans eenmaal, (telkens) ontucht heeft gepleegd met [slachtoffer01] ,
geboren op [geboortedatum02] 2004, die zich beschikbaar stelde tot het verrichten van
een of meer seksuele handelingen met een derde tegen betaling en die de leeftijd
van zestien jaren maar nog niet de leeftijd van achttien jaren had bereikt,
welke ontuchtige handeling(en) bestond(en) uit het (meermalen) brengen en/of
houden van zijn, verdachtes, penis in de mond en/of de anus van die [slachtoffer01] ;
2
hij, op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode 1 april 2022 tot en met 8
november 2022 te [plaats01] , in elk geval in Nederland, meermalen, althans
eenmaal,
één afbeelding, te weten een film
- en/of een gegevensdrager bevattende voornoemde afbeelding(en), te weten een
mobiele telefoon (merk/type Apple Iphone 11) –
heeft vervaardigd en/of verworven en/of in bezit gehad en/of
zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking
van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft,
terwijl op die afbeelding(en) (een) seksuele gedraging(en) zichtbaar is/zijn,
waarbij (telkens) een persoon die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog
niet had bereikt, was betrokken of schijnbaar was betrokken,
welke voornoemde seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit
(onder meer):
het met de/een mond oraal penetreren van het lichaam van een (ander) persoon
door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt,
en/of
het met de handen betasten en/of aanraken van de borsten van (een) perso(o)n(en)
die kennelijk
de leeftijd van 18 jaren nog niet had bereikt,
en/of waarbij de (ontblote) borsten in beeld worden gebracht,
(waarbij) de afbeelding (aldus) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft
en/of strekt tot seksuele prikkeling,
(bestandsnaam: [bestandsnaam01] );
3
hij, op of omstreeks 1 april 2022 te [plaats01] , in elk geval in Nederland,
gebruik makende van een technisch hulpmiddel, waarvan de aanwezigheid niet op
duidelijke wijze kenbaar was gemaakt,
opzettelijk en wederrechtelijk van een persoon, te weten [slachtoffer01] (geboren
op [geboortedatum02] 2004), aanwezig in een woning (aan de [straatnaam01] ),
een of meer afbeelding(en) heeft vervaardigd;
(bestandsnaam: [bestandsnaam01] ).