Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..Onderzoek op de terechtzitting
2..Tenlastelegging
3..Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het impliciet primair ten laste gelegde in de zaak met parketnummer 10/335456-22 (poging tot doodslag) en bewezenverklaring van het ten laste gelegde in de zaak met parketnummer 10/328923-22 (diefstal door middel van een valse sleutel);
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 16 maanden met aftrek van voorarrest;
- tenuitvoerlegging van het voorwaardelijk opgelegde strafdeel in de zaak met parketnummer 10/203878-21.
4..Waardering van het bewijs
5..Strafbaarheid feiten
6..Strafbaarheid verdachte
7..Motivering straf
8..Vordering benadeelde partij/ schadevergoedingsmaatregel
9..Vordering tenuitvoerlegging
10.. Toepasselijke wettelijke voorschriften
11..Bijlagen
12.. Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 12 (twaalf) maanden;
€ 1.239,95 (zegge: duizend tweehonderdnegenendertig en vijfennegentig cent), bestaande uit € 239,95 aan materiële schade en € 1.000,00 aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 24 december 2022 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [benadeelde partij01] te betalen
€ 1.293,95(hoofdsom,
zegge: duizend tweehonderdnegenendertig en vijfennegentig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 24 december 2022 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal van de hoofdsom van € 1.293,95 niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
22 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
tenuitvoerleggingvan de bij vonnis van 25 oktober 2021 van de politierechter in deze rechtbank aan de veroordeelde opgelegde voorwaardelijke gevangenisstraf voor de tijd van 5 weken.