In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam op 31 maart 2023 een beschikking gegeven inzake de machtiging tot uithuisplaatsing van twee kinderen, [naam kind 1] en [naam kind 2], bij hun moeder. De gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond heeft op 2 maart 2023 een verzoek ingediend voor deze machtiging, dat ter zitting met gesloten deuren is behandeld. De moeder en de vader van de kinderen waren aanwezig, bijgestaan door hun respectieve advocaten, mr. C.C. Sneper en mr. G.J. Schipper-de Bruijn.
De kinderrechter heeft vastgesteld dat de kinderen voorheen bij de vader woonden, maar dat er zorgen waren over zijn emotionele beschikbaarheid en de hygiëne in huis. De kinderen zijn inmiddels bij de moeder gaan wonen, en de kinderrechter heeft geconstateerd dat er sindsdien geen grote zorgen zijn gerezen. De moeder heeft aangegeven bereid te zijn om samen te werken met de hulpverlening, en de vader heeft zijn inzicht getoond door te erkennen dat de kinderen beter af zijn bij de moeder.
De kinderrechter heeft geoordeeld dat het in het belang van de kinderen is om de huidige situatie voort te zetten en heeft de machtiging tot uithuisplaatsing verleend, met ingang van 31 maart 2023 tot 4 oktober 2023. De beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, en de schriftelijke uitwerking is vastgesteld op 13 april 2023. Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld binnen drie maanden na de uitspraak.