ECLI:NL:RBROT:2023:3090

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
24 maart 2023
Publicatiedatum
13 april 2023
Zaaknummer
71.257186.22
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bewezenverklaring van voorbereiden dan wel bevorderen van terroristische misdrijven door minderjarige verdachte met rechtsextremistische motieven

In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 24 maart 2023 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een minderjarige verdachte, geboren in 2007, die beschuldigd werd van het voorbereiden en bevorderen van terroristische misdrijven vanuit rechtsextremistische motieven. De verdachte is verminderd toerekeningsvatbaar verklaard. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte zich gedurende een periode van meer dan een jaar heeft beziggehouden met activiteiten die gericht waren op het plegen van aanslagen, waaronder het maken van vuurwapenonderdelen met een 3D-printer en het zoeken naar explosieven. De verdachte heeft online contact gehad met anderen over mogelijke aanslagen op een moskee, synagoge en asielzoekerscentra. Ondanks zijn jonge leeftijd en persoonlijke problematiek, heeft de rechtbank geoordeeld dat de verdachte het oogmerk had om terroristische misdrijven voor te bereiden. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een deels voorwaardelijke jeugddetentie van 120 dagen, waarvan 78 dagen voorwaardelijk, en een taakstraf van 60 uur. De bijzondere voorwaarden zijn gericht op begeleiding en toezicht door de Jeugdreclassering, met als doel herhaling van strafbare feiten te voorkomen.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team straf 1
Parketnummer 71.257186.22
Datum uitspraak: 24 maart 2023
Tegenspraak
Verkort vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[verdachte01] ,
geboren te [geboorteplaats01] op [geboortedatum01] 2007,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres [adres01] [postcode01] [plaats01] ,
raadsman mr. W.N. Ramnun, advocaat te Breda.

1.Onderzoek op de terechtzitting

Gelet is op het onderzoek op de besloten terechtzitting van 24 maart 2023.

2.Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding. De tekst van de tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
Verdachte wordt in essentie verweten dat hij zich bezig heeft gehouden met het voorbereiden van een terroristische daad.

3.Eis officier van justitie

De officier van justitie mr. C.J. Kroon heeft gevorderd:
  • bewezenverklaring van het ten laste gelegde;
  • veroordeling van de verdachte tot een jeugddetentie voor de duur van 120 dagen met aftrek van voorarrest, waarvan 78 dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar, met als algemene voorwaarde dat de veroordeelde voor het einde van de proeftijd geen strafbare feiten pleegt en de bijzondere voorwaarden zoals die door de Raad voor de Kinderbescherming en de Jeugdreclassering zijn geformuleerd, met een bevel tot dadelijke uitvoerbaarheid van de bijzondere voorwaarden en een taakstraf in de vorm van een werkstraf voor de duur van zestig uur, te vervangen door dertig dagen jeugddetentie.

4.Waardering van het bewijs

4.1
Standpunt van de verdediging
De verdachte dient vrijgesproken te worden van het ten laste gelegde. De verdachte bekent dat hij de feitelijke gedragingen die in de tenlastelegging zijn opgenomen heeft verricht.
De verdachte heeft daarbij echter niet het oogmerk gehad op het voorbereiden dan wel bevorderen van terroristische misdrijven. Vereist is dat met een voldoende mate van zekerheid vaststaat dat de verdachte de ten laste gelegde gedragingen beging met de bedoeling die misdrijven voor te bereiden en/of te bevorderen dan wel moet hebben beseft dat de voorbereiding en/of bevordering van die misdrijven het gevolg was van zijn activiteiten. Naast de objectieve bewijsmiddelen dient bij de toetsing of sprake is van genoemd oogmerk ook de persoon van de verdachte te worden betrokken. Tijdens zijn verhoren heeft de verdachte gezegd dat hij niet van plan was om daadwerkelijk een aanslag te (doen) plegen. Een aantal van de door hem gedane uitingen viel bovendien in de categorie ‘harde humor’. Daarnaast blijkt uit het rapport van het Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en Psychologie (NIFP) van 17 maart 2023 dat er bij de verdachte sprake is van sociaal-emotionele beperkingen en van opvoedingsproblemen. De verdachte overziet sociale situaties minder snel, heeft moeite om non-verbale signalen en emoties goed te interpreteren waardoor hij zijn gedrag minder adequaat en tijdig af kan stemmen en - waar nodig - af kan remmen. De verdachte radicaliseerde hierdoor binnen het (rechts)extremisme en kon onvoldoende overzien welke ernstige gevolgen zijn gedrag zou (kunnen) hebben. Hierdoor en door zijn neiging om zaken te bagatelliseren was hij niet in staat zich tijdig terug te trekken uit de geradicaliseerde online groepen, aldus het NIFP.
Als de verdachte al een oogmerk had, dan was dat oogmerk gericht op het krijgen van aandacht, vrienden, liefde, bevestiging en zelfvertrouwen. Mede door de vastgestelde diagnose en opvoedproblemen is de verdachte niet in staat geweest om de gevolgen van zijn handelen te overzien en onder die omstandigheden kan niet gesproken worden van het hebben van het oogmerk tot het voorbereiden dan wel bevorderen van terroristische misdrijven. Het noodzakelijkheidsbewustzijn ontbrak bij zijn handelen.
4.2
Oordeel van de rechtbank
De verdachte heeft op zitting verklaard over zijn (online) activiteiten en dat hij er een extreemrechtse ideologie op na hield. Hij heeft verklaard over de contacten die hij opdeed en de reden die hij had om die contacten te onderhouden. Ook heeft de verdachte verteld dat hij inziet hoe risicovol zijn activiteiten zijn geweest, dat hij snapt dat hij hierdoor verkeerd bezig was en dat het niet zijn bedoeling was daadwerkelijk een aanslag te plegen.
Uit het dossier volgt dat de verdachte in gesprekken met verschillende personen in een periode van meer dan een jaar concreet heeft gesproken over aanslagen met extreemrechts ideologische motieven. Het ging daarbij over mogelijke doelen voor aanslagen, zoals een moskee of een synagoge en asielzoekerscentra. De verdachte heeft suggesties gedaan voor de middelen die daarbij gebuikt zouden kunnen worden. Online heeft hij personen benaderd over de aankoop van vuurwapens, patroonhouders en munitie. Met zijn 3D-printer heeft hij onderdelen van een vuurwapen gemaakt. Ook heeft hij anderen gesuggereerd dat zij op die manier aan een vuurwapen konden komen. Op een gegevensdrager van de verdachte zijn handleidingen voor het maken van explosieven en het printen van vuurwapens aangetroffen. Verdachte maakte bij zijn online activiteiten veelal gebruik van versleutelde communicatie.
Door deze activiteiten heeft de verdachte voorbereidingen getroffen voor een terroristische aanslag. De vraag die de rechtbank moet beantwoorden is of de verdachte daarbij ook het
oogmerkhad om een terroristisch misdrijf voor te bereiden dan wel te bevorderen.
De rechtbank beantwoordt die vraag bevestigend. De verdachte heeft namelijk niet alleen gesprekken over aanslagen gevoerd maar is (vervolgens) ook op zoek gegaan naar middelen die daarbij gebruikt zouden kunnen worden en heeft anderen daarover geadviseerd.
Dat verdachte er rekening mee hield dat anderen daadwerkelijk een aanslag zouden kunnen plegen, blijkt uit de waarschuwing die hij gaf om digitale sporen die naar hem zouden kunnen leiden te wissen. Wanneer niet zou zijn ingegrepen, had de weg die verdachte was ingeslagen kunnen leiden tot een daadwerkelijk aanslag. Hieruit volgt dat verdachte in de periode die in het dossier is beschreven de bedoeling had een aanslag te plegen en zich ook bewust was van de mogelijke consequenties van zijn gedragingen. Daarmee had de verdachte het oogmerk om een terroristisch misdrijf voor te bereiden of te bevorderen.
Dat de verdachte door zijn jonge leeftijd en zijn persoonlijke problematiek mogelijk de gevolgen van zijn handelen niet goed heeft kunnen overzien, is iets waarmee rekening wordt gehouden in de strafmaat. Dit neemt echter het oogmerk van de verdachte op het moment dat hij de voorbereidingshandelingen pleegde niet weg. Ook het gegeven dat bij de verdachte geen voorwerpen zijn aangetroffen die direct gebruikt hadden kunnen worden en dat hij uiteindelijk geen concreet uitgewerkt plan voor een aanslag had, doet niet af aan het oogmerk.
Conclusie
Het verweer wordt verworpen.
4.3
Bewezenverklaring
Wettig en overtuigend is bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan op die wijze dat:
hij in de periode van
1 oktober 2021 tot en met 07 oktober 2022 te Woensdrecht, althans één of meer
plaats(en) in Nederland, meermalen, telkens
opzettelijk, met het oogmerk om ter voorbereiding en/of ter bevordering van de/het
(meermalen) te plegen misdrij(f)(ven) omschreven in artikel 83 en/of 157 en/of
289(a) en/of 288a van het Wetboek van Strafrecht, te weten:
- moord en/of doodslag, (te) begaan met een terroristisch oogmerk, en/of
- het opzettelijk een ontploffing teweegbrengen,
terwijl daarvan gemeen gevaar voor goederen te duchten is en/of
levensgevaar voor een ander te duchten is en/of gevaar voor zwaar lichamelijk
letsel voor een ander te duchten is en/of
levensgevaar voor een ander te duchten is en dit feit iemands dood ten
gevolge heeft, (te) begaan met een terroristisch oogmerk
- een ander heeft trachten te bewegen om het misdrijf te plegen, te doen
plegen of mede te plegen, om daarbij behulpzaam te zijn of om daartoe
gelegenheid, middelen of inlichtingen te verschaffen en/of
- gelegenheid, middelen en/of inlichtingen tot het plegen van het misdrijf
aan zich en/of anderen heeft verschaft en/of heeft trachten te verschaffen
en/of
- voorwerpen voorhanden heeft gehad waarvan hij wist dat zij bestemd zijn tot
het plegen van het misdrijf,
immers heeft verdachte ten behoeve van één of meer (te plegen)
aanslag(en) op een moskee en/of synagoge in Bergen op Zoom, althans één of
meer locatie(s) in Nederland en/of op een asielzoekerscentrum op één of meer
locatie(s) in Nederland en/of op één of meer perso(o)n(en) door het gebruik
van één of meer vuurwapen(s) en/of één of meer ander(e) wapen(s) en/of
één of meer explosie(f)(ven)
zich het radicaal rechtsextremistisch gedachtegoed met een terroristisch
oogmerk eigen gemaakt, en
tijdens/middels gesprekken en/of digitale contacten, waaronder
via Telegram en Signal, (versluierd) gesproken over en/of plannen gemaakt met
betrekking tot (de voorbereiding van) één of meer (te plegen) aanslag(en), en
personen benaderd (via Protonmail) om één
of meer Glocks, althans één of meer (vuur)wapens en (bijbehorend(e))
magazijn(en)/patroonhouder(s) en munitie te leveren , en
op internet gezocht naar en het downloaden van
handleiding(en)/ontwerp(en) voor het maken van één of meer 3D (vuur)wapen(s)
en/of één of meer 3D vuurwapenonderde(e)l(en) van het
merk/model FGC-9 MKII, en
op internet gezocht naar en/of het downloaden en/of het
voorhanden hebben en/of het bekijken van handleiding(en) voor het vervaardigen
van één of meer explosie(f)(ven), waaronder:
- de video “You must fight them o Muwahhid” waarin onder meer wordt uitgelegd
hoe je een explosief kunt maken en
- een video waarin wordt weergegeven hoe een ontsteker kan worden vervaardigd
die met een telefoon kan worden geactiveerd en- een schematische afbeelding met betrekking tot het vervaardigen van een
explosief met een claymore-werking en
- een video waarin wordt weergegeven hoe een Molotov cocktail kan worden
vervaardigd van een gloeilamp en brandbare vloeistoffen, en
3D vuurwapen onderdelen, te weten
een lower receiver (onderkast) bestemd voor een 3D-geprint vuurwapen van het
merk/model: FGC-9; kaliber 9mmx19 en onderdelen van de trekker inrichting
en vuurregelaar en spangreep en patroonuitwerper geprint.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.
De overtuiging dat de verdachte het bewezen verklaarde heeft begaan is gegrond op de redengevende inhoud van het voorgaande en op de inhoud van de wettige bewijsmiddelen, houdende tot bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Het vonnis zal in die gevallen waarin de wet dit vereist worden aangevuld met een later bij dit vonnis te voegen bijlage met daarin de inhoud dan wel de opgave van de bewijsmiddelen.

5.Strafbaarheid feit

Het bewezen feit levert op:
met het oogmerk om een in artikel 83 en/of 157 en/of 289(a) en/of 288a van het Wetboek van Strafrecht omschreven misdrijf, telkens te begaan met een terroristisch oogmerk, voor te bereiden of te bevorderen,
een ander trachten te bewegen om het misdrijf te plegen, te doen plegen of mede te plegen, om daarbij behulpzaam te zijn of om daartoe gelegenheid, middelen of inlichtingen te verschaffen,
gelegenheid, middelen of inlichtingen tot het plegen van het misdrijf zich/anderen verschaffen of trachten te verschaffen,
en voorwerpen voorhanden hebben waarvan hij weet dat zij bestemd zijn tot het plegen van het misdrijf, meermalen gepleegd.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het feit uitsluiten.
Het feit is dus strafbaar.

6.Strafbaarheid verdachte

Er zijn geen feiten of omstandigheden gebleken die de strafbaarheid van de verdachte uitsluiten.
De verdachte is dus strafbaar.

7.Motivering straffen

De straffen die aan de verdachte worden opgelegd, zijn gegrond op de ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder de feiten zijn begaan en de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. Daarbij wordt in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
De verdachte, die het grootste deel van de bewezenverklaarde pleegperiode slechts 14 jaar oud was, heeft zich schuldig gemaakt aan het voorbereiden dan wel bevorderen van terroristische misdrijven vanuit rechtsextremistische motieven. Hij heeft zich gedurende een periode van een jaar bezig gehouden met diverse (online) activiteiten die gericht waren op het plegen van een aanslag. Zo kwam hij onder andere via een versleuteld e-mailcontact en versleutelde berichtenapplicaties in contact met personen die vuurwapens verkochten, heeft hij met een 3D-printer onderdelen van vuurwapens geprint en besprak hij met anderen potentiële doelen en hoe je een aanslag kon plegen.
Dit is een zeer ernstig feit. Terroristische aanslagen hebben ontzettend veel leed tot gevolg en brengen grote angst en onrust in de samenleving teweeg. De voorbeelden daarvan die zich de afgelopen jaren hebben voorgedaan – en die de verdachte in zijn communicatie met anderen letterlijk noemde – spreken wat dit betreft voor zich. Ook de dreiging van dergelijke aanslagen maakt mensen bang en onrustig.
Hoever de verdachte daadwerkelijk zou zijn gekomen of zou zijn gegaan zullen we, dankzij het tijdig ingrijpen van de politie, nooit weten, maar dat doet niet af aan de gevaarlijke ontwikkeling die de verdachte doormaakte.
De rechtbank heeft acht geslagen op een uittreksel uit de justitiële documentatie van
28 februari 2023, waaruit blijkt dat de verdachte niet eerder is veroordeeld voor strafbare feiten.
De Raad voor de Kinderbescherming heeft een rapport over de verdachte opgemaakt, gedateerd 23 maart 2023. Dit rapport houdt, voor zover hier van belang en kort weergegeven, het volgende in.
De verdachte woont de ene week bij zijn vader en de andere week bij zijn moeder, maar verblijft wanneer hij wil bij zijn vader. De verdachte gaat naar school, hij zit in het derde jaar van de havo, hij spijbelt niet en lijkt het redelijk goed te doen. Op school wordt hij gezien als een rustige, teruggetrokken leerling. Hij lijkt op zoek naar goedkeuring en kan zich door anderen ‘voor het karretje laten spannen’. Het feit dat hij dagelijks naar school gaat, zijn best doet op school, niet spijbelt en zijn diploma wil halen, verkleint de kans op herhaling. Om het risico op herhaling nog meer te verkleinen, is het van belang dat er zicht is op de contacten die hij heeft en dat de verdachte zijn zelfvertrouwen en gevoel van eigenwaarde vergroot. Het is van belang dat de verdachte positieve contacten opdoet en leert deze contacten te onderhouden en te laten groeien. Een detentie is niet passend voor de verdachte, omdat leeftijdsgenoten in een justitiële jeugdinrichting de verdachte mogelijk negatief kunnen beïnvloeden.
Geadviseerd wordt om aan de verdachte een voorwaardelijke jeugddetentie met begeleiding door de jeugdreclassering op te leggen. Daarnaast wordt geadviseerd aan de verdachte een onvoorwaardelijke taakstraf in de vorm van een werkstraf op te leggen.
Namens het NIFP is door de deskundigen [naam01] (GZ-psycholoog) en
[naam02] (forensisch milieuonderzoeker) op 17 maart 2023 een rapport over de verdachte uitgebracht. Dit rapport houdt, voor zover hier van belang en kort weergegeven, het volgende in.
De kans op extremistisch gewelddadige recidive op korte termijn wordt, zonder interventie, als matig geschat. De verdachte is in sociaal-emotioneel opzicht beperkt, waardoor hij overwegend als een einzelgänger door het leven gaat. De verdachte heeft sinds de kindertijd een fascinatie voor vuurwapens en geweld, die naarmate hij ouder wordt ook meer volwassen en extremistische vormen aanneemt. De opvoedingssituatie van de verdachte is een bron van spanning. Al deze factoren dragen bij aan een gevoeligheid voor aandacht en gezien worden binnen een online-netwerk waarmee de verdachte enerzijds zijn fascinatie voor en humor over vuurwapens en geweld kon delen. Anderzijds voorzien de onlineactiviteiten de verdachte in zijn behoefte aan spanning en een (digitaal) sociaal netwerk. Het is voorstelbaar dat de verdachte zonder interventies bij gelijkblijvende omstandigheden kan recidiveren.
De verdachte heeft sociaal-emotionele beperkingen. Daarnaast zijn er spanningen in het gezin waardoor verdachte niet altijd de ondersteuning krijgt die hij nodig heeft.
Het is aannemelijk dat deze problematiek van invloed is geweest op het handelen van de verdachte in de ten laste gelegde periode en dat dit de keuzes die hij maakte en de dingen die hij deed heeft beïnvloed.
De deskundigen adviseren om de verdachte het bewezenverklaarde feit verminderd toe te rekenen.
Omdat de conclusies van de deskundigen gedragen worden door hun bevindingen en door hetgeen ook overigens op de terechtzitting is gebleken, neemt de rechtbank die conclusies over en maakt die tot de hare. De verdachte wordt dus verminderd toerekeningsvatbaar geacht.
Gezien de ernst van het feit kan in beginsel niet anders worden gereageerd dan met het opleggen van een jeugddetentie. Gelet echter op de inhoud van de hiervoor besproken rapporten en hetgeen op het onderzoek ter terechtzitting is gebleken, ziet de rechtbank af van het opleggen van een onvoorwaardelijke jeugddetentie die langer duurt dan de tijd die de verdachte al in voorarrest heeft gezeten (42 dagen). In plaats daarvan wordt een taakstraf in de vorm van een werkstraf opgelegd en een voorwaardelijke jeugddetentie met de voorwaarden die hierna worden genoemd. Dit voorwaardelijk strafdeel dient er tevens toe de verdachte ervan te weerhouden in de toekomst opnieuw strafbare feiten te plegen.
De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan een misdrijf dat is gericht tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen. Wanneer de verdachte verder geen behandeling, begeleiding of ondersteuning krijgt, is de kans aanwezig dat hij opnieuw strafbare feiten pleegt die een gevaar kunnen opleveren voor andere mensen. Het is van belang dat de behandeling zo snel mogelijk van start gaat en dat de begeleiding door de Jeugdreclassering voortduurt. De rechtbank zal daarom bevelen dat de bijzondere voorwaarden en het uit te oefenen toezicht dadelijk uitvoerbaar zijn.
Alles afwegend acht de rechtbank de hierna te noemen straffen passend en geboden.

8.Toepasselijke wettelijke voorschriften

Gelet is op de artikelen 14e, 77a, 77g, 77i, 77m, 77n, 77x, 77y, 77z, 77aa en 96 van het Wetboek van Strafrecht.

9.Bijlage

De in dit vonnis genoemde bijlage maakt deel uit van dit vonnis.

10.Beslissing

De rechtbank:
verklaart bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde feit, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;
stelt vast dat het bewezen verklaarde oplevert het hiervoor vermelde strafbare feit;
verklaart de verdachte strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een
jeugddetentievoor de duur van
120 (honderdtwintig) dagen;
bepaalt dat deze jeugddetentie een gedeelte van de jeugddetentie groot
78 (achtenzeventig) dagen, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
verbindt hieraan een
proeftijd, die wordt vastgesteld op
2 (twee) jaren;
tenuitvoerlegging kan worden gelast als de veroordeelde de algemene voorwaarde niet naleeft en ook als de veroordeelde gedurende de proeftijd een bijzondere voorwaarde niet naleeft of een voorwaarde die daaraan van rechtswege is verbonden;
stelt als
algemene voorwaardedat de veroordeelde zich voor het einde van die proeftijd niet zal schuldig maken aan een strafbaar feit;
stelt als
bijzondere voorwaardendat de veroordeelde:
1.meewerkt aan behandeling door een instelling voor forensische jeugdhulp/forensische jeugd-GGZ zoals De Waag of een soortgelijke instelling, zolang als dat nodig wordt geacht door de behandelaars;
2meewerkt aan de vervolghulp en adviezen die uit de behandeling zoals genoemd onder 1. voortkomen;
3zich zal laten begeleiden door het Landelijk Steunpunt Extremisme (LSE) of een soortgelijke instantie, zo lang als dat nodig wordt geacht door de Jeugdreclassering;
4zich houdt aan de aanwijzingen die zullen worden gegeven door of namens de gecertificeerde instelling [naam instelling01] , locatie [locatie01] , afdeling Jeugdreclassering;
5vermijdt dat hij in aanraking komt met extremistisch materiaal en vermijdt dat er extremistisch materiaal op zijn digitale gegevensdragers komt. Hij onthoudt zich van het communiceren met extremistische personen of groepen. Hij onthoudt zich op welke wijze dan ook van:
- het bezoeken van een digitale omgeving waarin materiaal met extremistische inhoud kan worden verkregen
- het bezoeken van een digitale omgeving waarin over extremistische ideologie wordt gecommuniceerd.
Hij bespreekt tijdens de gesprekken met de Jeugdreclassering hoe hij denkt dit gedrag te voorkomen;
6meewerkt met controle van al zijn gegevensdragers tijdens een huisbezoek. Hij verschaft toegang tot alle aanwezige computers, smartphones en andere digitale gegevensdragers waarop gegevens kunnen worden opgeslagen of waarmee het internet kan worden benaderd. Hij verstrekt de wachtwoorden die nodig zijn voor deze controle. De controle is slechts gericht op de vraag of de veroordeelde zich houdt aan voorwaarde 5. De controle strekt er niet toe een beeld te krijgen van het persoonlijk leven van [voornaam verdachte01] . De controle vindt maximaal drie keer per jaar plaats. De Jeugdreclassering die de controle verricht kan voor technische ondersteuning een persoon meenemen die deskundig is op digitaal gebied. De content van de gegevensdragers die naar voren komt tijdens de controle komt alleen ter kennis van de Jeugdreclassering en dus niet van de deskundige die mogelijk technische ondersteuning biedt;
geeft opdracht aan de Jeugdreclassering tot het houden van toezicht op de naleving van voormelde bijzondere voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden;
beveelt dat de gestelde voorwaarden en het aan genoemde Jeugdreclassering opgedragen toezicht dadelijk uitvoerbaar zijn;
beveelt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde jeugddetentie in mindering wordt gebracht, voor zover deze tijd niet reeds op een andere vrijheidsstraf in mindering is gebracht;
legt de verdachte een taakstraf op, bestaande uit een
werkstrafvoor de duur van
60 (zestig) uren,waarbij de Raad voor de Kinderbescherming dient te bepalen uit welke werkzaamheden de werkstraf dient te bestaan;
beveelt dat, voor het geval de veroordeelde de werkstraf niet naar behoren verricht,
vervangende jeugddetentiezal worden toegepast voor de duur van
30 (dertig) dagen;
heft op het bevel tot voorlopige hechtenis van de verdachte; de voorlopige hechtenis is bij eerdere beslissing geschorst.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. D.C.J. Peeck, voorzitter, tevens kinderrechter,
en mrs. L. Amperse en D. van Putten, rechters,
in tegenwoordigheid van R. Meulendijk, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank op 24 maart 2023.
De jongste rechter en de griffier zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage
Tekst tenlastelegging
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
hij op één of meer tijdstip(pen) gelegen in of omstreeks de periode van
1 oktober 2021 tot en met 07 oktober 2022 te Woensdrecht, althans één of meer
plaats(en) in Nederland,
meermalen, althans eenmaal, (telkens)
opzettelijk, met het oogmerk om ter voorbereiding en/of ter bevordering van de/het
(meermalen) te plegen misdrij(f)(ven) omschreven in artikel 83 en/of 157 en/of
289(a) en/of 288a van het Wetboek van Strafrecht, te weten:
- moord en/of doodslag, (te) begaan met een terroristisch oogmerk, en/of
- het opzettelijk een ontploffing teweegbrengen,
terwijl daarvan gemeen gevaar voor goederen te duchten is en/of
levensgevaar voor een ander te duchten is en/of gevaar voor zwaar lichamelijk
letsel voor een ander te duchten is en/of
levensgevaar voor een ander te duchten is en dit feit iemands dood ten
gevolge heeft, (te) begaan met een terroristisch oogmerk
- een ander heeft trachten te bewegen om het misdrijf te plegen, te doen
plegen of mede te plegen, om daarbij behulpzaam te zijn of om daartoe
gelegenheid, middelen of inlichtingen te verschaffen en/of
- gelegenheid, middelen en/of inlichtingen tot het plegen van het misdrijf
aan zich en/of anderen heeft verschaft en/of heeft trachten te verschaffen
en/of
- voorwerpen voorhanden heeft gehad waarvan hij wist dat zij bestemd zijn tot
het plegen van het misdrijf,
immers heeft verdachte (telkens) ten behoeve van één of meer (te plegen)
aanslag(en) op een moskee en/of synagoge in Bergen op Zoom, althans één of
meer locatie(s) in Nederland en/of op een asielzoekerscentrum op één of meer
locatie(s) in Nederland en/of op één of meer perso(o)n(en) door het gebruik
van één of meer (hand)vuurwapen(s) en/of één of meer ander(e) wapen(s) en/of
één of meer explosie(f)(ven)
A. zich het radicaal rechtsextremistisch gedachtegoed met een terroristisch
oogmerk eigen gemaakt, en/of
B. tijdens/middels één of meer gesprek(ken) en/of digitale contact(en) (waaronder
via Telegram en Signal) (versluierd) gesproken over en/of plannen gemaakt met
betrekking tot (de voorbereiding van) één of meer (te plegen) aanslag(en), en/of
C. één of meer perso(o)n(en) benaderd en/of overgehaald (via Protonmail) om één
of meer Glock(s), althans één of meer (vuur)wapens met/en (bijbehorend(e))
magazijn(en)/patroonhouder(s) en/of munitie te leveren en/of af te nemen, en/of
D. (op internet) gezocht naar en/of het (vervolgens) downloaden van
handleiding(en)/ontwerp(en) voor het maken van één of meer 3D (vuur)wapen(s)
en/of één of meer 3D (vuur)wapen onderde(e)l(en) en/of andere benodigdheden
ten behoeve van het maken van één of meer 3D (vuur)wapen(s) van het
merk/model FGC-9 MKII, en/of
E. (op internet) gezocht naar en/of het (vervolgens) downloaden en/of het
voorhanden hebben en/of het bekijken van handleiding(en) voor het vervaardigen
van één of meer explosie(f)(ven), waaronder:
- de video “You must fight them o Muwahhid” waarin onder meer wordt uitgelegd
hoe je een explosief kunt maken en/of
- een video waarin wordt weergegeven hoe een ontsteker kan worden vervaardigd
die met een telefoon kan worden geactiveerd en/of
- een schematische afbeelding met betrekking tot het vervaardigen van een
explosief met een claymore-werking en/of
- een video waarin wordt weergegeven hoe een Molotov cocktail kan worden
vervaardigd van een gloeilamp en brandbare vloeistoffen, en/of
F. één of meer 3D (vuur)wapen(s) en/of 3D (vuur)wapen onderde(e)l(en), te weten
een lower receiver (onderkast) bestemd voor een 3D-geprint vuurwapen van het
merk/model: FGC-9; kaliber 9mmx19 en/of onderdelen van de trekker inrichting
en/of vuurregelaar en/of spangreep en/of patroonuitwerper, en/of (een) ander(e)
3D wapen(s) geprint.