Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..Onderzoek op de terechtzitting
2..Tenlastelegging
3..Eis officier van justitie
- vrijspraak van het onder 2 en 5 ten laste gelegde;
- bewezenverklaring van het onder 1, 3 en 4 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 12 maanden met aftrek van voorarrest, waarvan 4 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaren, met daarbij oplegging van de bijzondere voorwaarden zoals geadviseerd door de reclassering in het rapport van 2 maart 2023.
4..Waardering van het bewijs
,[slachtoffer01] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht , door
opvuurwapen gelijkend voorwerp (op korte afstand), op die [slachtoffer01] te richten en
ten ammoniak bestemd tot het begaan van dat misdrijf, heeft verworven, vervaardigd, en/of voorhanden heeft gehad.
5..Strafbaarheid feiten
1..bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht;
3. handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie en het feit begaan met betrekking tot een vuurwapen van categorie III;
4. voorbereiding van opzettelijk een ontploffing teweeg brengen, terwijl daarvan gemeen gevaar voor goederen en personen te duchten is.
6..Strafbaarheid verdachte
7..Motivering straf
8..Toepasselijke wettelijke voorschriften
9..Bijlagen
10..Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 12 (twaalf) maanden;
een gedeelte, groot 6 (zes) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;