ECLI:NL:RBROT:2023:2510

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
9 maart 2023
Publicatiedatum
23 maart 2023
Zaaknummer
C/10/640366 / JE RK 22-1476 en C/10/653999 / JE RK 23-535
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige in het kader van jeugdzorg

Op 9 maart 2023 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven in de zaak van een minderjarige, hierna te noemen [voornaam minderjarige], die onder toezicht is gesteld. De kinderrechter heeft de verzoeken van de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond (hierna: de GI) beoordeeld. De GI had een machtiging tot uithuisplaatsing van [voornaam minderjarige] in een accommodatie van een jeugdhulpaanbieder verzocht, met uitvoerbaarverklaring bij voorraad. De kinderrechter heeft vastgesteld dat [voornaam minderjarige] sinds 3 februari 2023 op de open groep van Zorg, Hoop en Liefde verblijft en dat hij zich daar positief ontwikkelt. De moeder van [voornaam minderjarige] steunt het verzoek van de GI, terwijl de vader niet is verschenen op de zitting. De kinderrechter heeft de noodzaak van de uithuisplaatsing onderbouwd met de ontwikkeling van [voornaam minderjarige] in de afgelopen jaren en de positieve veranderingen die hij heeft doorgemaakt. De kinderrechter heeft de machtiging tot uithuisplaatsing verleend voor de duur van de ondertoezichtstelling, tot 21 augustus 2023, en het verzoek om gesloten jeugdhulp afgewezen, aangezien de GI dit verzoek had ingetrokken. De beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 9 maart 2023.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

Team Jeugd
Zaaknummers: C/10/640366 / JE RK 22-1476 en C/10/653999 / JE RK 23-535
Datum uitspraak: 9 maart 2023

Beschikking van de kinderrechter over een machtiging tot uithuisplaatsing

in de zaak van

de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond ,

gevestigd te Rotterdam , hierna te noemen: de GI,
betreffende

[naam minderjarige] ,

geboren op [geboortdedatum minderjarige] 2007 te [geboorteplaats minderjarige] ( [geboorteland minderjarige] ), hierna te noemen: [voornaam minderjarige] .
De kinderrechter merkt als belanghebbenden aan:

[naam moeder] ,

hierna te noemen: de moeder, wonende te [woonplaats] ,

[naam vader] ,

hierna te noemen: de vader, wonende te [woonplaats] .

Het procesverloop

Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de beschikking van deze rechtbank van 7 december 2022 (C/10/640366) en de daarin genoemde stukken;
- de briefrapportage van de GI van 20 februari 2022, ingekomen bij de griffie op dezelfde datum;
- het verzoekschrift met bijlagen (C/10/653999) van de GI van 8 maart 2023, ingekomen bij de griffie op dezelfde datum.
Op 9 maart 2023 heeft de mondelinge behandeling plaatsgevonden en heeft de kinderrechter de zaak met gesloten deuren behandeld.
Verschenen zijn:
- [voornaam minderjarige] , die voorafgaand aan de zitting apart is gehoord;
- de moeder;
- vertegenwoordigers van de GI, [naam persoon 1] en [naam persoon 2] .
Aangezien de moeder de Nederlandse taal niet of onvoldoende machtig is, maar wel de Poolse taal, heeft de kinderrechter het verhoor doen plaatsvinden met bijstand van [naam tolk] , tolk in de Poolse taal. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de tolk is beëdigd overeenkomstig het bepaalde in artikel 12 van de Wet beëdigde tolken en vertalers.
Opgeroepen en niet verschenen is de vader.
De feiten
De ouders zijn belast met het ouderlijk gezag over [voornaam minderjarige] .
[voornaam minderjarige] verblijft op de open groep bij Zorg , Hoop en Liefde .
Bij beschikking van 21 februari 2018 is [voornaam minderjarige] onder toezicht gesteld. Deze maatregel is daarna steeds verlengd, voor het laatst tot 21 augustus 2023.
De kinderrechter in deze rechtbank heeft bij beschikking van 7 december 2022 een machtiging verleend voor een gesloten accommodatie van jeugdhulp voor [voornaam minderjarige] met ingang van 21 december 2022 tot 21 maart 2023. De beslissing is voor het overig verzochte aangehouden.

Het aangehouden verzoek (C/10/640366)

De GI verzoekt een machtiging om [voornaam minderjarige] in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp te doen opnemen en te doen verblijven voor de duur van negen maanden.
Nu resteert de periode tot 21 mei 2023.
De GI heeft het resterende deel van het verzoek van [voornaam minderjarige] ingetrokken.

Het verzoek (C/10/653999)

De GI verzoekt de machtiging tot uithuisplaatsing van [voornaam minderjarige] in een accommodatie van een jeugdhulpaanbieder voor de duur van de ondertoezichtstelling, met uitvoerbaarverklaring bij voorraad.
De GI heeft het verzoek ter zitting gehandhaafd en als volgt toegelicht. Op 3 februari 2023 is [voornaam minderjarige] vanaf de gesloten groep bij de open groep van Zorg , Hoop en Liefde geplaatst. Ook is hij met dagbesteding gestart. Het gaat goed met [voornaam minderjarige] . Het is een logische stap om vanuit de geslotenheid over te stappen naar deze open groep in Rotterdam . Het grootste risico is dat [voornaam minderjarige] zal terugvallen in zijn oude negatieve netwerk. Het is belangrijk dat hij een positief netwerk opbouwt. De komende tijd zal gekeken worden hoe het met [voornaam minderjarige] op de nieuwe groep gaat en aan de hand daarvan zal een plan van aanpak worden gemaakt. Zorg , Hoop en Liefde zal samen met [voornaam minderjarige] gaan werken aan meer zelfstandigheid. Belangrijk is dat hij op een goede manier leert omgaan met de verantwoordelijkheid en vrijheid die daarbij horen.

Het standpunt van de moeder

De moeder is het eens met het verzoek. [voornaam minderjarige] komt elk weekend naar huis. Het verlof gaat steeds beter. De moeder vindt de groep van Zorg , Hoop en Liefde een goede plek voor [voornaam minderjarige] .

De mening van [voornaam minderjarige]

heeft aan de kinderrechter verteld dat het goed met hem gaat op de nieuwe groep. Hij houdt zich aan de afspraken. Hij blowt soms nog wel, maar met mate. [voornaam minderjarige] gaat elke dag naar dagbesteding en is op zoek naar een bijbaan. [voornaam minderjarige] wil het liefst terug naar huis, maar begrijpt dat dat nu niet kan. Daarom kan [voornaam minderjarige] achter het verzoek van de GI staan om de komende periode bij Zorg , Hoop en Liefde te verblijven.

De beoordeling

Ten aanzien van het resterende verzoek machtiging gesloten jeugdhulp (C/10/640366):
Nu de GI het resterende deel van het verzoek om [voornaam minderjarige] in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp te doen opnemen en te doen verblijven intrekt, kunnen de gronden daarvan niet meer worden onderzocht. De kinderrechter wijst het resterende verzoek daarom af.
Ten aanzien van het verzoek machtiging tot uithuisplaatsing (C/10/653999):
Op basis van de stukken en de mondelinge behandeling is de kinderrechter van oordeel dat de machtiging tot uithuisplaatsing van [voornaam minderjarige] noodzakelijk is in het belang van de verzorging en opvoeding (artikel 1:265b, eerste lid, Burgerlijk Wetboek).
De afgelopen jaren is [voornaam minderjarige] verschillende keren op een gesloten groep geplaatst. Op de gesloten groepen heeft hij laten zien dat hij met duidelijkheid en structuur goed kan functioneren en behandeling kan volgen. De afgelopen periode heeft hij zich op de gesloten groep in Castricum positief ontwikkeld. [voornaam minderjarige] heeft laten zien dat hij leerbaar is en afspraken kan nakomen. Ook het verlof naar huis verliep goed. Op 3 februari 2023 is [voornaam minderjarige] daarom op de open groep van Zorg , Hoop en Liefde geplaatst. Ook is hij gestart bij DiverCity Coaching, waar hij dagbesteding krijgt aangeboden. Het is in het belang van [voornaam minderjarige] om de komende periode op de huidige open groep te blijven wonen. Belangrijk is dat [voornaam minderjarige] met ondersteuning van zijn omgeving de positieve lijn weet vast te houden, ook op de moeilijke momenten, en dat hij op een goede manier kan toewerken naar meer zelfstandigheid.
De kinderrechter zal een machtiging tot uithuisplaatsing in een accommodatie van een jeugdhulpaanbieder verlenen voor de duur van de ondertoezichtstelling.

De beslissing

De kinderrechter:
verleent een machtiging tot uithuisplaatsing van [voornaam minderjarige] in een accommodatie van een jeugdhulpaanbieder met ingang van 9 maart 2023 tot 21 augustus 2023;
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad;
wijst het meer of anders verzochte af, voor zover daarop niet eerder is beslist.
Deze beslissing is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 9 maart 2023 door mr. J.C.M. Persoon, kinderrechter, in tegenwoordigheid van mr. L.M. Ruijgrok, als griffier en schriftelijk vastgesteld op 14 maart 2023.
Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld:
- door de verzoekers en de belanghebbende(n) aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak;
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.
Het hoger beroep moet, door tussenkomst van een advocaat, worden ingediend bij de griffie van het gerechtshof te Den Haag.