Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding met producties;
- de conclusie van antwoord in conventie en van eis in reconventie met producties;
- de brieven van de rechtbank van 31 maart 2022 waarbij partijen zijn opgeroepen voor een mondelinge behandeling op 30 mei 2022;
- de brieven van de rechtbank van 11 april 2022 met nadere informatie over de zitting;
- de brief van de advocaat van [bedrijf B] van 12 mei 2022 met productie 10 van [bedrijf B] ;
- de brief van de advocaat van [bedrijf A] van 24 mei 2022 met kopieën van de facturen waarvan [bedrijf A] betaling vordert;
- de conclusie van antwoord in reconventie;
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling, gehouden op 30 mei 2022, waar de zaak is verwezen naar de parkeerrol en is beslist dat indien een partij de zaak weer opbrengt, een nieuwe mondelinge behandeling zal worden bepaald;
- de spreekaantekeningen van de advocaat van [bedrijf A] , voorgedragen ter zitting van 30 mei 2022;
- de spreekaantekeningen van de advocaat van [bedrijf B] , voorgedragen ter zitting van 30 mei 2022;
- de B-formulieren van de advocaat van [bedrijf B] van 28 juli 2022 en 8 augustus 2022, waarmee is verzocht de zaak op de rol te plaatsen voor voortprocederen;
- de brieven van de rechtbank van 8 september 2022 waarbij partijen zijn opgeroepen voor een mondelinge behandeling op 7 november 2022;
- de brieven van de rechtbank van 30 september 2022 met nadere informatie over de zitting van 7 november 2022;
- de brief van de advocaat van [bedrijf B] van 27 oktober 2022 en de daarbij gevoegde akte vermeerdering van eis tevens akte overlegging producties 12 tot en met 14 van [bedrijf B] ;
- de brief van de advocaat van [bedrijf A] van 31 oktober 2022 met productie 9 van [bedrijf A] ;
- de brief van de advocaat van [bedrijf B] van 2 november 2022;
- de e-mail van de rechtbank van 3 november 2022;
- de akte vermeerdering van eis tevens akte overlegging producties 15 en 16 van [bedrijf B] van 7 november 2022;
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling, gehouden op 7 november 2022, tijdens welke ook de heren [naam01] , [naam02] en [naam03] als getuigen zijn gehoord;
- de spreekaantekeningen van de advocaat van [bedrijf A] , voorgedragen ter zitting van 7 november 2022;
- de akte uitlaten van [bedrijf A] van 23 november 2022;
- de brief van de advocaat van [bedrijf B] van 29 november 2022;
- het B-formulier van de advocaat van [bedrijf A] van 6 december 2022;
- de brief van de rechtbank van 9 december 2022 met de mededeling dat ing. [deskundige01] van Arcadis bereid is om als deskundige op te treden en waarin partijen wordt verzocht aan te geven of zij instemmen met de in de algemene voorwaarden van Arcadis vervatte aansprakelijkheidsbeperking;
- de brief van de advocaat van [bedrijf B] van 13 december 2022;
- de e-mail van de advocaat van [bedrijf A] van 13 december 2022.
2.De feiten
3.Het geschil
in conventie
- de overeenkomst tussen [bedrijf B] en [bedrijf A] gedeeltelijk ontbindt, te weten voor het gedeelte dat ziet op het aanbrengen van de natuurstenen bestrating en onderliggende straatlaag;
- [bedrijf A] veroordeelt tot (terug)betaling van € 20.425,80, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag van indiening van de conclusie d.d. 16 maart 2022 tot aan de dag der algehele voldoening;
- [bedrijf A] veroordeelt tot betaling van € 250.000,00, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag van indiening van deze akte d.d. 4 november 2022 tot aan de dag der algehele voldoening;
- [bedrijf A] veroordeelt tot betaling van€ 2.400,00, te vermeerderen met de door Top Expertise aan [bedrijf B] te berekenen kosten voor het te verrichten laboratoriumonderzoek, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag van indiening van de akte d.d. 27 oktober 2022 tot aan de dag der algehele voldoening;
4.De beoordeling in conventie en in reconventie
5.De beslissing
binnen twee wekenna de datum van de nota met betaalinstructies van het Landelijk Dienstencentrum voor de Rechtspraak;
- de deskundige voor aanvang van het onderzoek dient kennis te nemen van de Leidraad deskundigen in civiele zaken (te raadplegen op www.rechtspraak.nl of desgevraagd te verkrijgen bij de griffie);
- de deskundige pas met het onderzoek dient te beginnen na bericht van de griffier dat het voorschot is betaald;
- de deskundige het onderzoek onmiddellijk dient te staken en contact dient op te nemen met de griffier, indien tijdens de uitvoering van de werkzaamheden het voorschot niet toereikend blijkt te zijn;
- de deskundige partijen bij een onderzoek van een object ter plaatse gelegenheid dient te geven dit onderzoek bij te wonen; indien slechts één partij, althans niet alle partijen, bij het onderzoek van objecten ter plaatse aanwezig is of zijn, de deskundige dit onderzoek niet mag uitvoeren tenzij alle partijen zijn uitgenodigd om bij dat onderzoek aanwezig te zijn, en dat uit het rapport moet blijken dat hieraan is voldaan;
- indien partijen bij het onderzoek van objecten ter plaatse aanwezig zijn geweest, uit het rapport moet blijken welke opmerkingen zij hebben gemaakt en welke verzoeken zij hebben gedaan, en hoe de deskundige hierop heeft gereageerd;
- uit het rapport moet blijken op welke stukken het oordeel van de deskundige is gebaseerd;
- de deskundige een concept van het rapport aan partijen moet toezenden, opdat partijen de gelegenheid krijgen binnen vier weken daarover bij de deskundige opmerkingen te maken en verzoeken te doen, en dat de deskundige in het definitieve rapport de door partijen gemaakte opmerkingen en verzoeken en de reactie van de deskundige daarop moet vermelden;
5 april 2023;
- indien het voorschot niet binnen de daarvoor bepaalde (eventueel verlengde) termijn is ontvangen: voor akte uitlating voortprocederen aan beide zijden op een termijn van twee weken; of
- na ontvangst ter griffie van het deskundigenbericht: voor conclusie na deskundigenbericht aan de zijde van [bedrijf B] op een termijn van vier weken;