Op 7 februari 2023 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven over de verlenging van de ondertoezichtstelling van twee minderjarigen, [voornaam minderjarige01] en [voornaam minderjarige02]. De kinderrechter heeft de zaak behandeld met gesloten deuren, waarbij de moeder en een vertegenwoordiger van de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond (GI) aanwezig waren. De GI had verzocht om de ondertoezichtstelling met een jaar te verlengen, maar de kinderrechter oordeelde dat een kortere verlenging van drie maanden tot 18 mei 2023 voldoende was om een goede overdracht naar het vrijwillig kader te waarborgen.
De moeder, die belast is met het ouderlijk gezag over de minderjarigen, heeft in de afgelopen periode aanzienlijke vooruitgang geboekt. Ze heeft een stabiel leven opgebouwd, is financieel onafhankelijk en heeft een veilig opvoedklimaat gecreëerd voor haar kinderen. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de ernstige zorgen die eerder bestonden, zijn afgenomen en dat de moeder goed samenwerkt met hulpverleners. De kinderrechter heeft besloten dat de ondertoezichtstelling niet langer dan noodzakelijk moet worden verlengd, om de overgang naar vrijwillige hulpverlening te faciliteren.
De beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, en de moeder is geïnformeerd over de mogelijkheid om hoger beroep in te stellen. De kinderrechter heeft de beschikking uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de beslissing onmiddellijk van kracht is, ongeacht een eventueel hoger beroep.