Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..Onderzoek op de terechtzitting
2..Tenlastelegging
3..Eis officier van justitie
- vrijspraak van het ten laste gelegde;
- opheffing van de voorlopige hechtenis van de verdachte.
Rechtbank Rotterdam
Op 16 februari 2023 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van deelname aan een organisatie met terroristisch oogmerk. De zaak werd behandeld door een meervoudige kamer voor strafzaken. De officier van justitie, mr. C.J. Kroon, had vrijspraak gevorderd van het ten laste gelegde en opheffing van de voorlopige hechtenis van de verdachte. De rechtbank heeft het bewijs beoordeeld en is tot de conclusie gekomen dat het ten laste gelegde niet wettig en overtuigend is bewezen. De rechtbank heeft daarom de verdachte vrijgesproken van de beschuldigingen, die onder andere betrekking hadden op het opzettelijk brand stichten, doodslag, moord en het voorhanden hebben van wapens met een terroristisch oogmerk. De rechtbank heeft tevens het bevel tot voorlopige hechtenis opgeheven, dat eerder was geschorst. Dit vonnis is uitgesproken in aanwezigheid van de griffier, M.J. Grootendorst, en de jongste rechter was buiten staat om het vonnis mede te ondertekenen. De zaak betreft een verdachte die in de periode van 1 januari 2013 tot en met 31 december 2017 in Syrië zou hebben deelgenomen aan een organisatie die de gewapende jihad voorstaat, met als doel het plegen van terroristische misdrijven.