In deze zaak heeft de kinderrechter op 27 januari 2023 een beschikking gegeven in een geschil tussen de vader en de moeder van de minderjarige [voornaam minderjarige01]. De vader heeft verzocht om de uitvoering van de ondertoezichtstelling en de uithuisplaatsing van [voornaam minderjarige01] bij hem te laten plaatsvinden. De minderjarige verblijft sinds oktober 2022 bij de moeder, ondanks een eerdere beschikking die haar verblijf bij de vader regelt. De vader uit zijn zorgen over de ontwikkeling van [voornaam minderjarige01] bij de moeder, die bekend is met psychiatrische problematiek en middelengebruik. De kinderrechter heeft de zaak behandeld met gesloten deuren, waarbij de moeder bijgestaan werd door een tolk vanwege taalproblemen. De kinderrechter heeft vastgesteld dat er onvoldoende informatie beschikbaar is om een gegrond oordeel te vellen over de veiligheid van [voornaam minderjarige01] bij de moeder en de uitvoering van de hulpverlening door Jeugdbescherming West. De kinderrechter heeft daarom besloten het verzoek van de vader aan te houden en verdere behandeling van de zaak te plannen op 10 februari 2023, waarbij de vaste jeugdbeschermer aanwezig moet zijn. De kinderrechter heeft ook gevraagd om rapportages en plannen van de GI en MST-CAN om de situatie van [voornaam minderjarige01] te verbeteren.