Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1 t/m 6 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 12 maanden met aftrek van voorarrest, waarvan zes maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van vijf jaren en oplegging van de bijzondere voorwaarden zoals door de reclassering in het rapport van 18 april 2023 geadviseerd. Een en ander met het verzoek deze bijzondere voorwaarden dadelijk uitvoerbaar te verklaren;
- oplegging van de vrijheidsbeperkende maatregel als bedoeld in artikel 38v Sr inhoudende een contact- en locatieverbod voor de duur van vijf jaren en verzoekt deze maatregel dadelijk uitvoerbaar te verklaren.
4.Waardering van het bewijs
tegen hethoofd/gezicht te duwen;
dere
5.Strafbaarheid feiten
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
8.Vordering benadeelde partij en schadevergoedingsmaatregel
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Bijlagen
11.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 12 (twaalf) maanden;
8 (acht) maandenniet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
2 (twee) jaren;
algemene voorwaarde:
bijzondere voorwaarden:
€ 3.111,15(
zegge: drieduizend elfhonderd elf euro en vijftien cent ), bestaande uit € 611,15 aan materiële schade en € 2.500,- aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 29 juni 2022 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [slachtoffer01] te betalen
€ 3.111,15(hoofdsom,
zegge: drieduizend elfhonderd elf euro en vijftien eurocent ), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 29 juni 2022 tot aan de dag van de algehele voldoening;
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
62 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;