Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 6 december 2023 in de zaak tussen
[naam eiser] , uit [plaats 1] , eiser
[naam vergunninghouder]uit [plaats 2] (de vergunninghouder).
Inleiding
Feiten en totstandkoming van het bestreden besluit
Beoordeling door de rechtbank
6.1. Partijen zijn verdeeld over de vraag of de kamerbewoning een positieve invloed op het woonmilieu en de leefbaarheid in de buurt zal hebben en of het college daarbij een juiste toetsingsmaatstaf heeft gehanteerd, waarbij het gaat om artikel 3.2.5, aanhef en onder b van de Huisvestingsverordening.
Huisvesting van studenten […] kan in bepaalde omstandigheden een impuls geven aan de leefbaarheid in een gebied. Het is aan het college van burgemeester en wethouders om te beoordelen of dit in het specifieke geval van toepassing is. Hier is bijvoorbeeld sprake van in het geval dat de in de woning te huisvesten studenten minimaal één dagdeel per maand vrijwilligerswerk uitvoeren waar de leefbaarheid in de buurt baat bij heeft."
Vrijwilligerswerk
In het licht van wat hiervoor onder 6.2. is overwogen, acht de rechtbank het enkel afgaan op een clausule in het huurcontract over het verrichten van vrijwilligerswerk onvoldoende, zodat het college zich niet op het standpunt heeft kunnen stellen dat de vergunde kamerbewoning een positieve invloed op het woonmilieu en de leefbaarheid in de buurt heeft.
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit;
- herroept het primaire besluit en wijst de vergunningsaanvraag van 14 april 2020 af;
- bepaalt dat deze uitspraak in de plaats komt van het vernietigde besluit;
- bepaalt dat verweerder aan eiser het betaalde griffierecht van € 181,- vergoedt.