ECLI:NL:RBROT:2023:12626

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
29 augustus 2023
Publicatiedatum
12 januari 2024
Zaaknummer
10520272
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Arbeidsrecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling in de proceskosten na intrekking verzoekschrift in arbeidszaak

In deze zaak, behandeld door de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam, is op 26 mei 2023 een verzoekschrift ontvangen van [verzoeker01] op basis van artikel 7:681 lid 1 sub a BW. De verweerster, Stichting Distinto, heeft hierop een verweerschrift ingediend. Op 4 augustus 2023 heeft [verzoeker01] echter meegedeeld het verzoekschrift in te trekken. Naar aanleiding van deze intrekking heeft Distinto verzocht om [verzoeker01] te veroordelen in de proceskosten.

[Verzoeker01] heeft de gelegenheid gekregen om op dit verzoek te reageren en heeft betoogd dat de proceskosten, in overeenstemming met Aanbeveling 3.1 van de ‘Aanbevelingen schikking en proceskosten Wwz’, maximaal moeten aansluiten bij het tarief voor een kort geding in kantonzaken. De kantonrechter heeft echter geoordeeld dat er voldoende redenen zijn om [verzoeker01] in de proceskosten te veroordelen, wat ook in zijn eigen reactie is besloten.

De kantonrechter heeft besloten om uit te gaan van het tarief dat hoort bij een arbeidszaak van gemiddelde moeilijkheid. Uiteindelijk heeft de kantonrechter [verzoeker01] veroordeeld in de proceskosten, die aan de kant van Distinto tot de datum van de uitspraak zijn vastgesteld op € 793,-. Deze beschikking is gegeven door mr. S.H. Poiesz en in het openbaar uitgesproken op 29 augustus 2023.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Rotterdam
zaaknummer: 10520272 VZ VERZ 23-5933
datum uitspraak: 29 augustus 2023
Beschikking van de kantonrechter
in de zaak van
[verzoeker01] ,
woonplaats: [woonplaats01] ,
verzoeker,
gemachtigde: mr. drs. S. Bergwerff,
tegen
Stichting Distinto,
vestigingsplaats: Barendrecht,
verweerster,
gemachtigde: mr. H. van der Wilt.
Partijen worden hierna ‘ [verzoeker01] ’ en ‘Distinto’ genoemd

1.De beoordeling

1.1.
Op 26 mei 2023 is van [verzoeker01] een verzoekschrift ex artikel 7:681 lid 1 sub a BW ontvangen. Distinto heeft een verweerschrift ingediend. Bij e-mailbericht van 4 augustus 2023 heeft [verzoeker01] meegedeeld het verzoekschrift in te trekken. Van de zijde van Distinto is verzocht om [verzoeker01] te veroordelen in de proceskosten. [verzoeker01] is in de gelegenheid gesteld hierop te reageren en heeft zich op het standpunt gesteld dat, overeenkomstig Aanbeveling 3.1 van de ‘Aanbevelingen schikking en proceskosten Wwz’, maximaal aangesloten dient te worden bij het tarief dat geldt voor een kort geding in kantonzaken (zaak met maximaal een ‘gemiddelde’ omvang).
1.2.
Er is reden om [verzoeker01] in de proceskosten te veroordelen, wat ook in zijn eigen reactie besloten ligt. Daarom beslist de kantonrechter als volgt, waarbij wordt uitgegaan van het tarief behorend bij een arbeidszaak van gemiddelde moeilijkheid.

2.De beslissing

De kantonrechter:
veroordeelt [verzoeker01] in de proceskosten, die aan de kant van Distinto tot vandaag worden vastgesteld op € 793,-.
Deze beschikking is gegeven door mr. S.H. Poiesz en in het openbaar uitgesproken.
465