ECLI:NL:RBROT:2023:12393

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
15 december 2023
Publicatiedatum
3 januari 2024
Zaaknummer
10627919 CV EXPL 23-21181
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van onbetaalde facturen en bewijsopdracht in geschil tussen onderneming en voormalige vennoten

In deze zaak vordert A. Vollebregt B.V., een onderneming gespecialiseerd in de reparatie en verhuur van (bouw)machines, betaling van onbetaalde facturen van in totaal € 1.833,46 van de voormalige vennoten van de ontbonden vennootschap onder firma [naam V.O.F.01]. De facturen zijn gerelateerd aan reparatiewerkzaamheden en verhuur van vorkheftrucks in de periode 2018-2019. De gedaagden, [gedaagde01] en [gedaagde02], betwisten de vordering en stellen dat zij nooit opdracht hebben gegeven voor de werkzaamheden aan de vorkheftruck van het merk Komatsu en dat alle facturen met betrekking tot de Mitsubishi al zijn betaald.

Tijdens de mondelinge behandeling op 15 november 2023 hebben de partijen hun standpunten toegelicht. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de gedaagden de factuur van € 133,57 voor de Mitsubishi moeten betalen, maar dat Vollebregt moet bewijzen dat de gedaagden opdracht hebben gegeven voor de werkzaamheden aan de Komatsu. De kantonrechter heeft een bewijsopdracht aan Vollebregt gegeven en de procedure verder aangehouden voor het leveren van bewijs door beide partijen.

De kantonrechter heeft bepaald dat Vollebregt uiterlijk een dag voor de rolzitting op 11 januari 2024 schriftelijk bewijs moet leveren en dat getuigen uiterlijk een dag voor de rolzitting moeten worden opgegeven. De verdere beslissing is aangehouden.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Rotterdam
zaaknummer: 10627919 CV EXPL 23-21181
datum uitspraak: 15 december 2023
Vonnis van de kantonrechter
in de zaak van
A. Vollebregt B.V.,
vestigingsplaats: Bleiswijk,
eiseres,
gemachtigde: gerechtsdeurwaarder E.S.A. Wiggers,
tegen

1.[gedaagde01] ,

woonplaats: [woonplaats01] ,
2. [gedaagde02] ,
woonplaats: [woonplaats01] ,
voormalig vennoten van de inmiddels ontbonden vennootschap onder firma [naam V.O.F.01] v.o.f.,
gedaagden,
die zelf procederen.
De partijen worden hierna ‘Vollebregt’, ‘ [gedaagde01] ’ en ‘ [gedaagde02] ’ genoemd. [gedaagde01] en [gedaagde02] worden hierna tezamen aangeduid als ‘ [gedaagde01] c.s.’.
De inmiddels ontbonden vennootschap onder firma [naam V.O.F.01] v.o.f. wordt hierna ‘ [naam V.O.F.01] ’ genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:
  • de dagvaarding van 14 juli 2023, met bijlagen;
  • het mondelinge antwoord van [gedaagde02] ;
  • het schriftelijke antwoord van [gedaagde02] , met bijlagen.
1.2.
Op 15 november 2023 is de zaak tijdens een mondelinge behandeling besproken. Daarbij waren aanwezig: de heer [naam01] (namens Vollebregt), [gedaagde01] en [gedaagde02] .

2.De beoordeling

Waar gaat het om?
2.1.
Partijen hebben een zakelijke relatie met elkaar gehad. Vollebregt is een onderneming die gericht is op de reparatie en verhuur van (bouw)machines. [naam V.O.F.01] heeft diverse malen van de diensten van Vollebregt gebruik gemaakt.
2.2.
Vollebregt heeft in de periode 2018-2019 facturen aan [naam V.O.F.01] toegezonden vanwege uitgevoerde reparatiewerkzaamheden aan vorkheftrucks en de verhuur van een vorkheftruck. De volgende 6 facturen met een totaalbedrag van € 1.833,46 zijn volgens Vollebregt onbetaald gebleven:
Datum: Factuurnummer: Bedrag: Betreft:
29-09-2018 18006829 € 187,40 vorkheftruck Komatsu
23-10-2018 18007134 € 109,08 vorkheftruck Komatsu
31-10-2018 18007621 € 217,80 huur oktober 2018
07-11-2018 18007735 € 243,21 huur november 2018
31-12-2018 18009268 € 942,40 vorkheftruck Komatsu
01-02-2019 19000552 € 133,57 vorkheftruck Mitsubishi
€ 1.833,46 in totaal
Vollebregt eist betaling van deze facturen met rente en kosten.
2.3.
[gedaagde01] c.s. zijn het niet eens met de eis van Vollebregt. Alle facturen die betrekking hebben op de vorkheftruck van het merk Mitsubishi (hierna: de Mitsubishi) zijn al betaald.
2.3.1.
De vorkheftruck van het merk Komatsu (hierna: de Komatsu) is nooit van [naam V.O.F.01] geweest. [gedaagde01] c.s. hebben bovendien nooit opdracht aan Vollebregt gegeven voor reparatie van de Komatsu of voor de huur van een vorkheftruck tijdens reparaties aan de Komatsu.
2.3.2.
Volgens [gedaagde01] c.s. is het als volgt gegaan. Begin 2018 werkten zij samen met een partij genaamd [naam02] . [naam02] heeft de Komatsu gekocht en zonder medeweten van [gedaagde01] c.s. op naam van [naam V.O.F.01] laten zetten. Toen [gedaagde01] c.s. daarachter kwamen, heeft [gedaagde02] op 15 augustus 2018 een e-mail aan Vollebregt gestuurd met het verzoek om kosten voor de Komatsu in het vervolg niet zonder zijn akkoord bij [naam V.O.F.01] in rekening te brengen. Voor de in de periode daarna door Vollebregt gefactureerde werkzaamheden aan de Komatsu en verhuur hebben [gedaagde01] c.s. geen uitdrukkelijk akkoord gegeven, aldus [gedaagde01] c.s. Zij vinden daarom dat zij deze facturen niet hoeven te betalen.
Conclusie
2.4.
De factuur van € 133,57 met betrekking tot de Mitsubishi moet door [gedaagde01] c.s. aan Vollebregt worden betaald. Verder wordt aan Vollebregt opgedragen om te bewijzen dat [gedaagde01] c.s. opdracht hebben gegeven voor de reparaties aan de Komatsu die zij bij [naam V.O.F.01] in rekening heeft gebracht. Hierna wordt toegelicht waarom.
Factuur voor reparatiewerkzaamheden aan de Mitsubishi
2.5.
[gedaagde01] c.s. erkennen dat zij facturen met betrekking tot de Mitsubishi aan Vollebregt moeten betalen. Zij voeren aan dat alle facturen voor de Mitsubishi al zijn betaald, maar zij hebben geen betaalbewijs ingediend waaruit blijkt dat de onder 2.2. genoemde factuur van € 133,57 al is voldaan. Dit deel van de eis is daarom toewijsbaar.
Bewijsopdracht ten aanzien van de andere facturen
2.6.
Vollebregt stelt zich op het standpunt dat [gedaagde01] c.s. deze facturen moeten betalen, omdat zij voor de gefactureerde werkzaamheden c.q. verhuur opdracht heeft gekregen van een persoon die zei te handelen namens [naam V.O.F.01] . [gedaagde01] c.s. betwisten de verschuldigdheid van de facturen, omdat de hiervoor bedoelde persoon niet bevoegd was om namens [naam V.O.F.01] te handelen en zij zelf geen akkoord hebben gegeven, zoals wel was verzocht door [gedaagde02] in zijn e-mail van 15 augustus 2018.
2.7.
Vollebregt heeft de bewijslast van haar stelling dat namens [naam V.O.F.01] wel degelijk rechtsgeldig opdracht is gegeven voor de gefactureerde werkzaamheden aan de Komatsu en de huur van een andere vorkheftruck tijdens reparaties aan de Komatsu. Vollebregt krijgt daarom een bewijsopdracht.
2.8.
Direct nadat Vollebregt bewijs heeft geleverd, mogen [gedaagde01] c.s. (tegen)bewijs leveren. Partijen mogen pas op elkaars bewijs reageren als het leveren van bewijs door beide partijen is afgerond. De kantonrechter beoordeelt daarna of bewijs geleverd is.

3.De beslissing

De kantonrechter:
3.1.
draagt Vollebregt op om te bewijzen dat namens [naam V.O.F.01] rechtsgeldig opdracht is gegeven voor de gefactureerde werkzaamheden aan de Komatsu en de huur van een andere vorkheftruck tijdens reparaties aan de Komatsu;
schriftelijk bewijs
3.2.
bepaalt dat als Vollebregt schriftelijk bewijs wil leveren dit bewijs uiterlijk een dag voor de rolzitting van
donderdag 11 januari 2024 om 11:30 uurin tweevoud moet zijn ontvangen op de rechtbank;
getuigenbewijs
3.3.
bepaalt dat als Vollebregt getuigen wil laten horen, zij uiterlijk een dag voor de rolzitting die hiervoor is genoemd het aantal en de personalia van de getuigen moet opgeven en de verhinderdata van de getuigen en
beidepartijen voor de maanden februari, maart en april 2024;
3.4.
wijst erop dat Vollebregt na het bepalen van een datum en plaats voor het getuigenverhoor zelf de getuigen moet oproepen;
ander bewijs
3.5.
bepaalt dat als Vollebregt op een andere manier bewijs wil leveren, zij uiterlijk een dag voor de rolzitting die hiervoor is genoemd aan de kantonrechter moet laten weten hoe;
3.6.
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.J.M. van Breevoort en in het openbaar uitgesproken.
43416