In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 29 november 2023 uitspraak gedaan in een verzoek tot het toewijzen van een dwangakkoord voor een schuldregeling. Verzoekster, die te maken heeft met een aanzienlijke schuldenlast van € 38.771,55, heeft op 26 september 2023 een verzoek ingediend om een schuldregeling aan te bieden aan haar schuldeisers, waaronder T-Mobile Netherlands B.V. en Direct Pay Services B.V. De aangeboden regeling voorziet in een betaling van 2,57% aan de concurrente schuldeisers tegen finale kwijting. Tijdens de zitting op 22 november 2023 hebben de meeste schuldeisers ingestemd met de regeling, met uitzondering van Flitsmeister, die een vordering van € 207,82 heeft en zich verzet tegen de regeling.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de vordering van Flitsmeister slechts 0,6% van de totale schuldenlast bedraagt en dat achttien van de negentien schuldeisers akkoord zijn gegaan met de regeling. De rechtbank heeft ook overwogen dat de aangeboden regeling is getoetst door een deskundige partij, Kredietbank Rotterdam, en dat verzoekster gemotiveerd is om haar schulden aan te pakken. Gezien de medische klachten van verzoekster en haar huidige financiële situatie, heeft de rechtbank geoordeeld dat het voorstel het uiterste is wat verzoekster kan bieden.
De rechtbank heeft uiteindelijk besloten dat de belangen van verzoekster en de overige schuldeisers zwaarder wegen dan die van Flitsmeister. Het verzoek om Flitsmeister te bevelen in te stemmen met de schuldregeling is toegewezen, en Flitsmeister is veroordeeld in de kosten van de procedure, die op nihil zijn begroot. De rechtbank heeft ook bepaald dat dit vonnis in de plaats treedt van de vrijwillige instemming van de schuldeisers, en het verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling is afgewezen.