In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 10 november 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen Entjes Schilderwerk B.V. en een gedaagde partij, aangeduid als [gedaagde01]. Entjes, gevestigd in Vlaardingen, vorderde betaling van € 2.553,10 van [gedaagde01] voor de helft van de kosten van werkzaamheden aan een in- en uitrit, die volgens Entjes onder de erfdienstbaarheid vallen. De gedaagde heeft de eis gemotiveerd betwist en aangevoerd dat Entjes niet de eigenaar is van het pand aan [adres01], maar dat [bedrijf01] daarop het recht van erfpacht heeft. De kantonrechter oordeelde dat de vordering van Entjes niet kon worden toegewezen, omdat er onduidelijkheid bestond over de bevoegdheid van Entjes om de eis in te stellen en omdat de erfdienstbaarheidbepaling niet van toepassing was op de kosten die Entjes vorderde. De kantonrechter wees de vorderingen van Entjes af en veroordeelde haar in de proceskosten van [gedaagde01].