ECLI:NL:RBROT:2023:12141

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
20 november 2023
Publicatiedatum
21 december 2023
Zaaknummer
10729950 VZ VERZ 23-9197
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Arbeidsrecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing gefixeerde schadevergoeding en toewijzing van transitievergoeding en billijke vergoeding in arbeidszaak

In deze zaak, behandeld door de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 20 november 2023, heeft verzoeker, aangeduid als [verzoeker01], een verzoek ingediend tegen YunExpress Europe B.V. over de beëindiging van zijn arbeidsovereenkomst. Verzoeker was sinds 1 september 2020 in dienst als IT Projectmanager en had een tweede arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd die eindigde op 31 augustus 2023. Na een melding van bedreigingen op de werkplek heeft YunExpress de arbeidsovereenkomst opgezegd. Verzoeker was het niet eens met deze opzegging en maakte aanspraak op verschillende vergoedingen.

De kantonrechter heeft de gefixeerde schadevergoeding afgewezen, omdat de opzegging niet in strijd was met de opzegtermijn, maar wel in strijd met de instemming van verzoeker. De transitievergoeding werd toegewezen en berekend op € 5.792,96 bruto. Daarnaast werd een billijke vergoeding toegekend van € 34.000,- bruto, omdat YunExpress in strijd met de wet de arbeidsovereenkomst had opgezegd zonder instemming van verzoeker. De kantonrechter oordeelde dat YunExpress onvoldoende zorgvuldigheid had betracht in de omgang met de melding van bedreigingen door verzoeker.

De proceskosten werden vastgesteld op € 1.486,-, die door YunExpress moesten worden vergoed. De beschikking werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat verzoeker direct recht heeft op de vergoedingen, ondanks mogelijke hoger beroep procedures. De kantonrechter heeft al het andere afgewezen.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Rotterdam
zaaknummer: 10729950 VZ VERZ 23-9197
datum uitspraak: 20 november 2023
Beschikking van de kantonrechter
in de zaak van
[verzoeker01] ,
woonplaats: [woonplaats01] ,
verzoeker,
gemachtigde: mr. S.B. de Jong,
tegen
YunExpress Europe B.V.,
vestigingsplaats: Rotterdam,
verweerster,
die niet is verschenen.
De partijen worden ‘ [verzoeker01] ’ en ‘YunExpress’ genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:
  • het verzoekschrift van [verzoeker01] ontvangen op 29 september 2023, met bijlagen;
  • de mails van [verzoeker01] van 6 november 2023, met bijlagen.
1.2.
Op 6 november 2023 is de zaak tijdens een mondelinge behandeling besproken met [verzoeker01] , bijgestaan door een tolk en zijn gemachtigde. Namens YunExpress is, met bericht, niemand verschenen.

2.De beoordeling

Waar gaat het om?
2.1.
[verzoeker01] , 43 jaar, is vanaf 1 september 2020 voor bepaalde tijd bij YunExpress in dienst getreden als IT Projectmanager tegen een salaris van € 5.361,- bruto per maand. Met ingang van 1 oktober 2022 is een tweede arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd aangegaan voor de duur van 35 maanden.
2.2.
In juli 2023 heeft [verzoeker01] bij YunExpress een melding gedaan van bedreigingen op de werkplek. Vervolgens heeft YunExpress bij mail van 26 juli 2023 de arbeidsovereenkomst met [verzoeker01] opgezegd per 31 augustus 2023. In die mail staat:
“First of all, thank you for your great effort and contributions to the company in the past few years. Unfortunately, I’m sorry to inform you that, because of the company business development adjustment, we are not going to extend your contract, so your last working day will be 3lst August 2023. I wish you all the best in the near future”
2.3.
[verzoeker01] is het niet eens met zijn ontslag. Aanvankelijk heeft hij verzocht de opzegging te vernietigen. Dat verzoek is niet gehandhaafd. Hij berust nu in het ontslag, maar maakt wel aanspraak op vergoedingen. Deze worden hierna besproken.
Gefixeerde schadevergoeding vanwege onregelmatige opzegging
2.4.
Deze vergoeding zal worden afgewezen. Het onregelmatige van de opzegging zit namelijk niet in de termijn van beëindiging, maar is gelegen in de opzegging in strijd met artikel 7:671 lid 1 BW. YunExpress heeft echter niet gehandeld in strijd met artikel 7:672 lid 11 BW. De toepasselijke opzegtermijn van één maand is in acht genomen, want op 26 juli 2023 is de arbeidsovereenkomst met ingang van 1 september 2023 opgezegd. Verder was tussentijdse opzegging contractueel mogelijk.
Transitievergoeding
2.5.
[verzoeker01] maakt terecht aanspraak op de transitievergoeding. Deze wordt, anders dan verzocht, berekend op € 5.792,96 bruto, gelet op de arbeidsduur en het maandsalaris.
Billijke vergoeding
2.6.
YunExpress heeft in strijd met artikel 7:671 lid 1 BW de arbeidsovereenkomst met [verzoeker01] opgezegd. [verzoeker01] heeft namelijk niet ingestemd met deze opzegging en evenmin is gesteld of gebleken dat een van de uitzonderingen als genoemd in die bepaling zich voordoet. Deze handelwijze van YunExpress moet haar ernstig worden aangerekend en rechtvaardigt het toekennen van een billijke vergoeding ex artikel 7:681 lid 1 BW. [verzoeker01] heeft een vergoeding van € 140.000,- verzocht. Dit bedrag is gebaseerd op het loon dat betaald zou zijn tot het einde van het (tijdelijke) dienstverband. Geoordeeld wordt dat deze enkele onderbouwing te mager is om te komen tot de toekenning van een vergoeding met een dergelijke omvang, waarbij in aanmerking is genomen dat de arbeidsovereenkomst tussen partijen tussentijds opzegbaar was.
2.7.
Voor de vraag wat dan wel een passende vergoeding is, wordt in het nadeel van YunExpress meegenomen dat zij is overgegaan tot het ontslag van [verzoeker01] , terwijl hij juist degene is geweest die een melding van bedreigingen op het werk had gedaan. Van een goed werkgever had in zo’n situatie zonder meer mogen worden verwacht dat zij zorgvuldig met die melding was omgegaan en in ieder geval [verzoeker01] als de werknemer tegen wie de bedreigingen waren geuit in bescherming zou hebben genomen. Van het besef van enig goed werkgeverschap heeft YunExpress echter geen enkele blijk gegeven. Integendeel, zij is zonder duidelijke tekst en uitleg in haar ontslagbrief overgegaan tot de beëindiging van de arbeidsovereenkomst en heeft vervolgens ook nooit gereageerd op verschillende brieven en mails van de gemachtigde van [verzoeker01] .
2.8.
Het enige aspect dat niet zozeer ten nadele van YunExpress wordt meegewogen, is dat zij het ontslag financieel heeft afgewikkeld op een wijze alsof sprake was van een regelmatige opzegging. De opzegtermijn van een maand is in acht genomen, het salaris over die periode is betaald en [verzoeker01] heeft een ontslagvergoeding van € 6.036,60 ontvangen. Met die vergoeding zal bij het bepalen van de hoogte van de toe te kennen billijke vergoeding rekening worden gehouden. Een andere omstandigheid die een rol speelt, is het gegeven dat [verzoeker01] , die aanvankelijk de vernietiging van het ontslag had verzocht, zich bij nader inzien bij dat ontslag heeft neergelegd en de switch heeft gemaakt. Verder is de verwachting dat [verzoeker01] gelet op zijn leeftijd, opleidingsniveau en functie van IT Projectmanager op korte termijn bij een nieuwe werkgever in dienst kan zijn. Hierbij komt dat [verzoeker01] die zich op 23 augustus 2023 ziek had gemeld inmiddels, naar eigen zeggen, weer in staat is om fulltime te werken. Een en ander overziend, dus ook rekeninghoudend met de al ontvangen ontslagvergoeding, wordt aanleiding gezien om de billijke vergoeding te bepalen op
€ 34.000,- bruto.
Proceskosten
2.9.
YunExpress moet de proceskosten betalen. De kantonrechter stelt deze kosten aan de kant van [verzoeker01] tot vandaag vast op € 693,- aan griffierecht en € 793,- aan salaris voor de gemachtigde. Dit is totaal € 1.486,-. Voor kosten die [verzoeker01] maakt na deze uitspraak moet YunExpress € 132,- betalen. Hier kan nog een bedrag bijkomen als de uitspraak wordt betekend. In deze beschikking hoeft hierover niet apart te worden beslist.
Uitvoerbaarheid bij voorraad
2.10.
Deze beschikking wordt uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

3.De beslissing

De kantonrechter:
3.1.
veroordeelt YunExpress om aan [verzoeker01] een totale vergoeding van € 39.792,96 bruto, bestaande uit € 5.792,96 aan transitievergoeding en € 34.000, - aan billijke vergoeding,
te betalen, met de wettelijke rente zoals bedoeld in artikel 6:119 BW over dat bedrag vanaf vandaag tot de dag van volledige betaling;
3.2.
veroordeelt YunExpress in de proceskosten, die aan de kant van [verzoeker01] tot vandaag worden vastgesteld op € 1.486,-;
3.3.
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad;
3.4.
wijst al het andere af.
Deze beschikking is gegeven door mr. V.F. Milders en in het openbaar uitgesproken.
465