ECLI:NL:RBROT:2023:12093

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
6 december 2023
Publicatiedatum
20 december 2023
Zaaknummer
C/10/669742 / FA RK 23-8810
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Mondelinge uitspraak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voortzetting van de crisismaatregel op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg

Op 6 december 2023 heeft de Rechtbank Rotterdam een mondelinge uitspraak gedaan over de voortzetting van een crisismaatregel op verzoek van de officier van justitie. De zaak betreft een betrokkene die op 1 december 2023 is opgenomen na een incident waarbij hij in het water sprong. De officier verzocht om voortzetting van de crisismaatregel, maar de rechtbank oordeelde dat niet voldaan was aan de criteria voor verplichte zorg volgens de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). Tijdens de mondelinge behandeling werd duidelijk dat de betrokkene geen medicatie gebruikt en rustig aanwezig is op de afdeling. De rechtbank maakte zich wel zorgen over de betrokkene, gezien zijn eerdere gedrag en de onduidelijkheid over de oorzaak van zijn problemen. De rechtbank besloot het verzoek tot voortzetting van de crisismaatregel af te wijzen, maar gaf de betrokkene de kans om vrijwillig zorg te accepteren. De beslissing werd op 20 december 2023 schriftelijk uitgewerkt.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

Team familie
Zaak-/rekestnummer: C/10/669742 / FA RK 23-8810
Referentienummer: [nummer01]
Schriftelijke uitwerking van de mondelinge beslissing van 6 december 2023 betreffende een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel als bedoeld in artikel 7:7 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (hierna: Wvggz)
op verzoek van:
de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam,hierna: de officier,
met betrekking tot:
[betrokkene01],
geboren op [geboortedatum01], [geboorteplaats01] ,
hierna: betrokkene,
wonende te [woonplaats01],
op dit moment verblijvende in [instelling01] te [plaats01] ,
advocaat mr. M.H. de Lange te Vlaardingen.

1.Procesverloop

1.1.
Bij verzoekschrift, ingekomen ter griffie op 4 december 2023, heeft de officier verzocht om voortzetting van de op 1 december 2023 opgelegde crisismaatregel.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
  • een afschrift van de beslissing tot het nemen van de crisismaatregel van 1 december 2023;
  • de medische verklaring opgesteld door [naam01] , psychiater, van 1 december 2023;
  • het historisch overzicht, waarop geen eerder afgegeven machtigingen staan vermeld;
  • de relevante politiegegevens van betrokkene;
  • het bericht dat er geen relevante strafvorderlijke en justitiële gegevens van betrokkene zijn.
1.2.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 6 september 2023. Bij die gelegenheid zijn verschenen:
  • betrokkene met zijn hiervoor genoemde advocaat;
  • [naam02] , arts in opleiding tot specialist, verbonden aan Antes (hierna: de behandelaar).
1.3.
De officier is niet tijdens de mondelinge behandeling verschenen, omdat hij een nadere toelichting op of motivering van het verzoek niet nodig achtte.

2.Beoordeling

2.1.
Het vermoeden bestaat dat betrokkene lijdt aan een middelengeïnduceerd psychotisch beeld. Op 1 december 2023 is betrokkene opgenomen nadat hij in de nacht in Spijkenisse in het water was gesprongen. Uit de politiegegevens blijkt dat betrokkene zichtbaar aan het onderkoelen was. Uit de politiegegevens blijkt dat betrokkene eerder ‘stabiel verward’ is aangetroffen. Bij opname was sprake van een opwindingstoestand en spreekdrang. Ook deed hij verwarde uitspraken en was dwingend in contact.
2.2.
Tijdens de mondelinge behandeling licht de behandelaar toe dat het goed is als betrokkene nog even in de accommodatie blijft. Het is onduidelijk wat de aanleiding was van de gebeurtenis en ze willen dat daarom goed in kaart brengen. Er bestaat een kans op gevaarlijk gedrag, maar het is nog niet duidelijk of het gedrag door middelen geluxeerd is. Hij heeft namelijk een opdracht gekregen van vrienden waar hij geld voor zou krijgen. Met die opdracht zou hij zichzelf in gevaar brengen. Het is onduidelijk waar dat vandaan komt, oftewel er is sprake van onzekerheid. Verder vindt betrokkene het niet nodig om het te onderzoeken en wil naar huis.
2.3.
Namens betrokkene wordt aangevoerd dat er geen sprake is van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel. Ondanks dat het gewenst is, is de noodzaak van de crisissetting niet aanwezig. Betrokkene geeft aan dat hij geen drugs gaat gebruiken als hij naar buiten zou mogen. Hij is bereid om mee te werken en heeft contact met een ambulant team.
2.4.
De rechtbank volgt het standpunt van de advocaat. Betrokkene gebruikt op dit moment geen medicatie en is rustig aanwezig op de afdeling. Verder is er op dit moment geen sprake van onmiddellijk dreigend ernstig gevaar. Gelet op het voorgaande oordeelt de rechtbank dat niet is voldaan aan de criteria voor verplichte zorg als bedoeld in de Wvggz. Het verzoek zal daarom worden afgewezen. De rechtbank heeft wel aangegeven zich veel zorgen te maken over betrokkene, ook omdat uit de politiegegevens blijkt dat het al een tijdje niet goed gaat met betrokkene en onduidelijk is wat de oorzaak is. Betrokkene heeft zijn leven op het spel gezet. Betrokkene krijgt voor nu de kans om vrijwillig de benodigde zorg te accepteren, een tweede kans wordt niet snel gegeven.

3.Beslissing

De rechtbank wijst het verzoek af.
Deze beschikking is op 6 december 2023 mondeling gegeven door mr. S.L. Raphael, rechter, in tegenwoordigheid van L. Mast, griffier, en op 20 december 2023 schriftelijk uitgewerkt en getekend.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.