ECLI:NL:RBROT:2023:12038
Rechtbank Rotterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Herstel van ouderlijk gezag in een kinderbeschermingszaak met betrekking tot twee minderjarige kinderen
In deze beschikking van de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam, gedateerd 23 oktober 2023, wordt het verzoek van de moeder om hersteld te worden in het ouderlijk gezag over haar twee kinderen, [kind01] en [kind02], behandeld. Het ouderlijk gezag van de moeder en de vader was eerder beëindigd bij beschikking van 15 december 2020, waarbij de gecertificeerde instelling Regiecentrum Bescherming en Veiligheid als voogd was aangesteld. De moeder heeft in de periode na de beëindiging van het gezag aangetoond dat zij in staat is om voor de kinderen te zorgen, wat heeft geleid tot hun terugplaatsing bij haar in september 2023. De kinderrechter heeft de mondelinge behandeling op 23 oktober 2023 gehouden, waarbij de moeder, haar advocaat, vertegenwoordigers van de GI en de Raad voor de Kinderbescherming aanwezig waren. De vader was niet verschenen, maar was wel opgeroepen.
De kinderrechter heeft vastgesteld dat de moeder sinds de terugplaatsing van de kinderen goed voor hen zorgt en dat er geen signalen zijn van problemen in de thuissituatie. Zowel de GI als de Raad hebben het verzoek van de moeder ondersteund, wat de kinderrechter heeft doen besluiten om het gezag van de moeder te herstellen. De kinderrechter oordeelt dat het herstel van het gezag in het belang van de kinderen is, omdat de moeder duurzaam de verantwoordelijkheid voor hun verzorging en opvoeding kan dragen. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en de griffier is verzocht om een aantekening van deze beslissing in het centraal gezagsregister te maken.