ECLI:NL:RBROT:2023:11307
Rechtbank Rotterdam
- Raadkamer
- Rechtspraak.nl
Afwijzing bevel gevangenhouding en opheffing inbewaringstelling van verdachte onder art. 138aa Sr.
Op 28 november 2023 heeft de Rechtbank Rotterdam in de zaak met parketnummer 10-300776-23 uitspraak gedaan in de raadkamer. De verdachte, geboren in 2000 en momenteel gedetineerd, was eerder op 2 september 2023 aangetroffen op een afgesloten haventerrein, wat leidde tot verdenkingen van betrokkenheid bij criminele activiteiten, specifiek onder artikel 138aa van het Wetboek van Strafrecht. De officier van justitie had gevangenhouding gevorderd, maar de rechtbank heeft na het horen van de verdachte en zijn raadsvrouw, mr. M.C.A. Schulpen, besloten om de vordering af te wijzen. De rechtbank oordeelde dat de ernstige bezwaren en het recidivegevaar nog steeds aanwezig zijn, maar dat er geen aanleiding is voor een onvoorwaardelijke vrijheidsstraf. De rechtbank heeft artikel 67a lid 3 van het Wetboek van Strafvordering toegepast en het bevel tot inbewaringstelling opgeheven. De beslissing is genomen in de raadkamer, waarbij de rechtbank de relevante artikelen van het Wetboek van Strafvordering in overweging heeft genomen.