2.3.De lening van Skihut aan [eiseres] is achtergesteld aan de lening van ING aan [eiseres] . In verschillende overeenkomsten is hierover het volgende bepaald.
a.
de offerte van ING voor de kredietfinanciering
Deze offerte is op 23 januari 2020 voor akkoord getekend door onder meer [eiseres] . Hierin staat onder het kopje ‘Persoonlijke/Oneigenlijke zekerheden’ onder meer:
“9. Achterstelling van de lening met een hoofdsom ad € 500.000,- (zegge: VIJFHONDERDDUIZEND EURO en NUL EUROCENT) verstrekt aan [naam] [vzr: [eiseres] ] door Skihut Holding B.V. op de financiering van de Bank middels een separate akte.”
en verder in de offerte onder het kopje ‘andere verplichtingen’:
“23. Een lid van de Groep mag geen aflossingen op de Achtergestelde Leningen [vzr: in bijlage 1 bij de offerte is de lening van Skihut aan [eiseres] gedefinieerd als één van de Achtergestelde Leningen] voldoen, tenzij (i) vanaf boekjaar 2021, (i) voldaan uit de Overtollige Kasmiddelen verminderd met de Investeringen en rentebetalingen op de Achtergestelde Leningen, (ii) de Bank voor een bedrag dat gelijk is aan de aflossing op de Achtergestelde lening wordt afgelost en deze betaling op dezelfde wijze wordt aangewend als is beschreven in het artikel omtrent 'Aanwending van de opbrengsten van de Verplicht Vervroegde Aflossing' en (iii) er geen sproke is van een (Potentiële) Opeisingsgrond en er door de betalingen geen (Potentiële) Opeisingsgrond zal ontstaan. Het voorgaande te beoordelen per jaar op basis van de definitieve jaarcijfers, voor het eerst over boekjaar 2020.”
De achterstellingsakte vorderingen
Deze akte is gesloten tussen Skihut, [eiseres] en diverse aan [eiseres] gelieerde (of over te nemen) vennootschappen en ING. Deze akte is eveneens van 23 januari 2020. Hierin staat onder meer:
“1. De achtergestelde vordering is voor de crediteur [vzr: [eiseres] ] pas opeisbaar en voldoening van de achtergestelde vordering is pas toegestaan, wanneer:
i. de kredietnemer [vzr: [eiseres] en gelieerde en over te nemen vennootschappen] al hetgeen hij aan de bank, uit welken hoofde ook voldaan heeft; of
ii. de kredietnemer voorafgaand hieraan schriftelijke toestemming gekregen heeft van de bank.
Bovengenoemde is van toepassing voor de geheel of gedeeltelijke voldoening van de achtergestelde vordering als het gaat om aflossing en het betalen van rente en andere bedragen. Deze achterstelling zal aflopen 5 jaar na de Closing Datum zoals omschreven in de Offerte. (…)”
Een notariële akte houdende achtergestelde geldleningsovereenkomst
Deze akte bevat de geldlening van Skihut aan (onder meer) [eiseres] van € 500.000,00. Ook deze akte is van 23 januari 2020. De akte bepaalt onder meer:
“B. Partijen zijn tevens overeengekomen dat [eiseres] een gedeelte van de Koopprijs, te weten vijfhonderd duizend euro (€ 500.000,00) zal schuldig blijven aan Skihut. Blijkens de in overweging A genoemde akte is de verbintenis van [eiseres] tot betaling van een gedeelte van de koopprijs, groot vijfhonderd duizend euro (€ 500.000,00) omgezet in een verbintenis van [eiseres] tot betaling van vijfhonderd duizend euro (€ 500.000,00) uit hoofde van een overeenkomst van geldlening. Partijen wensen hun afspraken aangaande deze lening vast te leggen in onderhavige akte ("Akte"). Deze geldlening zal zijn achtergesteld op de leningen/kredietfaciliteiten die door de ING Bank N.V. zijn verstrekt, te vermeerderen met de rente, aan [eiseres] en/of een van haar groepsmaatschappijen voor de financiering van een gedeelte van de Koopprijs ("ING Faciliteiten"). Het vorenstaande met dien verstande dat nog een definitieve afrekening over het jaar tweeduizend negentien zal plaatsvinden tussen partijen, welke definitieve afrekening niet zal zijn achtergesteld op de ING Faciliteiten.
(…)
Artikel 4. Aflossing
4. 1. Aflossing van de Lening geschiedt jaarlijks, in vier jaarlijkse termijnen van vijfenzeventigduizend euro (€ 75.000,00), voor het eerst op één april tweeduizend eenentwintig en dan jaarlijks dit bedrag, met uiteindelijk algehele aflossing ad tweehonderd duizend (€ 200.000,00) op één januari tweeduizend vijfentwintig, mits
a. de aflossing wordt voldaan vanaf boekjaar tweeduizend eenentwintig;
b. uit de Overtollige Kasmiddelen (zoals gedefinieerd in de op heden gesloten offerte tussen [eiseres] en ING Bank N.V., hierna te noemen: "Offerte") verminderd met de Investeringen (zoals gedefinieerd in de Offerte) en rentebetalingen op de Lening;
c. ING Bank N.V. wordt afgelost voor een bedrag dat gelijk is aan de aflossing op de Lening, en deze betaling op dezelfde wijze wordt aangewend als is beschreven in het artikel omtrent 'Aanwending van de opbrengsten van de Verplicht Vervroegde Aflossing' in de Offerte;
d. er geen sprake is van een (potentiële) opeisingsgrond en er door de betalingen geen (potentiële) opeisingsgrond zal ontstaan,
zulks te beoordelen per jaar op basis van de definitieve jaarcijfers, voor het eerst over boekjaar tweeduizend twintig.
(…)
Artikel 8. Opeisingsgronden