In deze beschikking heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam op 9 november 2023 uitspraak gedaan in een zaak betreffende de voorlopige voogdij over een minderjarige, aangeduid als [kind01]. De zaak is aangespannen door de Raad voor de Kinderbescherming regio Rotterdam - Dordrecht, die verzocht om de voorlopige voogdij over [kind01] te verlenen. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de ouders van [kind01], de moeder en de vader, niet bereikbaar zijn en dat zij niet in staat zijn om de noodzakelijke praktische zaken voor hun kind te regelen. Dit heeft geleid tot de conclusie dat de belangen van [kind01] in het geding zijn, aangezien zij geen paspoort, zorgverzekering en inschrijving op een Nederlands adres heeft. De kinderrechter heeft de kinderbescherming belast met de voorlopige voogdij, met de mogelijkheid dat de gecertificeerde instelling Leger des Heils in de toekomst als voogd kan worden benoemd. De kinderrechter heeft benadrukt dat de maatregel dringend en onverwijld noodzakelijk is om de belangen van [kind01] te behartigen, en dat de huidige voogd zo snel mogelijk praktische zaken voor haar moet regelen. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en de voorlopige voogdij eindigt van rechtswege na drie maanden, tenzij er eerder een verzoek tot wijziging van het gezag wordt ingediend.