Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 29 september 2023, met producties;
- de producties van de zijde van PA;
- de aantekeningen van mr. Van Wijk;
- de aantekeningen van mr. Van der Horst;
- de aantekeningen van de griffier van de mondelinge behandeling.
2.Het geschil en de beoordeling daarvan
De kern van de zaak
aanmerkelijk zwaarderis gaan drukken. Aangenomen moet daarom worden dat het concurrentiebeding zijn geldigheid niet heeft verloren. Dit betekent dat ook de subsidiaire vordering van [eiser] moet worden afgewezen.
onbillijkwordt benadeeld. Zo is het concurrentiebeding geografisch en in tijd beperkt. Niet gebleken is dat [eiser] geen gelijkwaardige functie kan bekleden buiten de Randstad of bij een onderneming die geen concurrerende werkzaamheden verricht. Om die reden wordt geen aanleiding gezien om het beding te schorsen, zoals [eiser] meer subsidiair vordert. Ook deze vordering wordt daarom afgewezen.