ECLI:NL:RBROT:2023:11089
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Toewijzing van de toepassing van de schuldsaneringsregeling met betrekking tot de goede trouw van de verzoeker
Op 11 mei 2023 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende de toepassing van de schuldsaneringsregeling. Verzoeker heeft een verzoekschrift ingediend tot toepassing van deze regeling, omdat hij in een situatie verkeert waarin hij heeft opgehouden te betalen of redelijkerwijs niet in staat is om zijn schulden te voldoen. Tijdens de zitting is verzoeker gehoord en is de uitspraak op dezelfde dag gedaan. De rechtbank heeft vastgesteld dat het verzoekschrift voldoet aan de gestelde eisen en dat verzoeker in de afgelopen vijf jaar niet te goeder trouw is geweest met betrekking tot het ontstaan of onbetaald laten van zijn schulden. Dit is met name het geval voor recente schulden die voortvloeien uit een leaseovereenkomst en aansprakelijkheid door een serviceorganisatie. Ondanks het ontbreken van goede trouw, heeft de rechtbank geoordeeld dat verzoeker zijn omstandigheden onder controle heeft gekregen door gebruik te maken van budgetbeheer en hulp van de Kredietbank Rotterdam. Verzoeker heeft zijn onderneming gestaakt en laat geen nieuwe schulden meer ontstaan. De rechtbank heeft het vertrouwen dat verzoeker de verplichtingen uit de schuldsaneringsregeling naar behoren zal nakomen. De rechtbank is bevoegd deze procedure te openen, aangezien het centrum van voornaamste belangen van verzoeker in Nederland ligt. De rechtbank heeft de toepassing van de schuldsaneringsregeling uitgesproken, mr. M. Aukema benoemd tot rechter-commissaris en een voorschot op de vergoeding van de bewindvoerder toegekend. De uitspraak is openbaar gedaan op 11 mei 2023.