Op 20 november 2023 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een zaak waarin verzoeker een voorlopige voorziening vroeg op grond van artikel 287b van de Faillissementswet. Verzoeker, die een eenmanszaak heeft als elektromonteur, had op 7 november 2023 een verzoekschrift ingediend om te voorkomen dat verweerster, D&S Vastgoed B.V., het vonnis van 1 juni 2022 tot ontruiming van zijn woning ten uitvoer zou leggen. Tijdens de zitting op 14 november 2023 werd duidelijk dat verzoeker in een problematische financiële situatie verkeert, met een aanzienlijke huurachterstand en wisselende inkomsten. Verweerster voerde aan dat verzoeker zijn huurverplichtingen niet nakomt en dat er geen vertrouwen is dat hij in de toekomst zijn verplichtingen zal kunnen voldoen. De rechtbank oordeelde dat er sprake was van een bedreigende situatie, maar dat verzoeker onvoldoende aannemelijk had gemaakt dat hij in staat zou zijn om de lopende huurtermijnen te voldoen. De rechtbank weegt het belang van verzoeker om in de huurwoning te blijven tegen het belang van verweerster om het vonnis tot ontruiming uit te voeren. Uiteindelijk heeft de rechtbank het verzoek tot voorlopige voorziening afgewezen en verzoeker niet-ontvankelijk verklaard in zijn verzoek tot toelating tot de schuldsaneringsregeling. Verzoeker kan in de toekomst een nieuw verzoek indienen indien nodig.