ECLI:NL:RBROT:2023:10632

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
31 oktober 2023
Publicatiedatum
14 november 2023
Zaaknummer
10.133623.22
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Nietigheid van dagvaarding aan rechtspersoon wegens betekening aan postbusadres

Op 31 oktober 2023 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte rechtspersoon, vertegenwoordigd door raadsvrouw mr. S. Kegreisz. De zaak betrof de geldigheid van een dagvaarding die aan een postbusadres was betekend. De verdediging stelde dat de dagvaarding niet rechtsgeldig was, omdat deze niet op een van de wettelijk voorgeschreven plaatsen was betekend. De officier van justitie betoogde dat er wel degelijk een poging was gedaan om de dagvaarding op het postbusadres te betekenen, en dat deze ook aan het Openbaar Ministerie was betekend.

De rechtbank heeft de argumenten van beide partijen zorgvuldig gewogen. Volgens artikel 36j van het Wetboek van Strafvordering moet de betekening aan een rechtspersoon plaatsvinden op de woonplaats, het kantoor of de woonplaats van een bestuurder. De rechtbank concludeerde dat de betekening aan het postbusadres niet voldeed aan deze vereisten. Bovendien was er geen bewijs dat de dagvaarding op een andere wettelijk voorgeschreven manier was betekend.

Daarom heeft de rechtbank geoordeeld dat de dagvaarding nietig is, omdat de verdachte rechtspersoon niet ter terechtzitting is verschenen en er geen omstandigheden waren die erop wezen dat de dag van de zitting bekend was. De rechtbank heeft de dagvaarding nietig verklaard en de beslissing is op 31 oktober 2023 openbaar uitgesproken.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team straf 1
Parketnummer: 10.133623.22
Datum uitspraak: 31 oktober 2023
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte rechtspersoon:
[verdachte rechtspersoon01] ,
statutair gevestigd te [vestigingsplaats01] ,
raadsvrouw mr. S. Kegreisz, advocaat te Rotterdam.

1.Onderzoek op de terechtzitting

Gelet is op het onderzoek op de terechtzitting van 31 oktober 2023.

2.Tenlastelegging

Aan de verdachte rechtspersoon is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding. De tekst van de tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3.Geldigheid dagvaarding

3.1.
Standpunt verdediging
De dagvaarding is niet rechtsgeldig betekend aangezien dit aan een postbusadres is geschied.
3.2.
Standpunt officier van justitie
De dagvaarding is op juiste wijze betekend. Het is weliswaar niet gelukt om de dagvaarding uit te reiken op het postbusadres van de verdachte rechtspersoon, maar duidelijk is wel dat een poging is gedaan. Daarnaast is de dagvaarding betekend aan het Openbaar Ministerie en is een afschrift per gewone post aan het postbusadres verstuurd, zijnde het bij de Kamer van Koophandel geregistreerde correspondentieadres in Nederland van de verdachte rechtspersoon.
3.3.
Beoordeling en conclusie
Op grond van artikel 36j, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering (Sv) geschiedt de betekening van een dagvaarding aan een rechtspersoon op a) de woonplaats van de rechtspersoon, b) de plaats van het kantoor van de rechtspersoon, of c) de woonplaats van een van de bestuurders.
Uit de stukken blijkt het volgende.
Op 3 oktober 2023 is de dagvaarding betekend aan het Openbaar Ministerie en is een
afschrift verzonden aan het Nederlandse postbusadres van de verdachte rechtspersoon. Een postbusadres is niet een van de hiervoor genoemde plaatsen waar betekening aan een rechtspersoon kan plaatsvinden. Daarnaast is niet eerst getracht de dagvaarding op één van de door de wet voorgeschreven plaatsen uit te reiken.
Op 7 oktober 2023 is wel gepoogd de dagvaarding uit te reiken aan het Nederlandse woonadres van de bestuurder, maar uit de stukken blijkt niet dat deze niet geslaagde poging is gevolgd door een betekening aan het Openbaar Ministerie met verzending van een afschrift aan dit adres, zoals voorgeschreven in artikel 36l Sv.
Gelet op het voorgaande kan de rechtbank niet vaststellen dat de dagvaarding op de bij wet voorgeschreven wijze aan de verdachte rechtspersoon is betekend.
Nu de verdachte rechtspersoon niet ter terechtzitting is verschenen en zich anderszins niet een omstandigheid heeft voorgedaan waaruit voortvloeit dat de dag van de terechtzitting hem bekend was, wordt de dagvaarding nietig verklaard.

4.Bijlage

De in dit vonnis genoemde bijlage maakt deel uit van dit vonnis.

5.Beslissing

De rechtbank:
verklaart de dagvaarding nietig.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.J.P. van Essen, voorzitter,
en mrs. R.H. Kroon en J.L. Luiten, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. H.P. Eekhout, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting op 31 oktober 2023.
Bijlage I
Tekst tenlastelegging
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
1
Zaaksdossier [naam schip01]
zij
in de periode van 13 november 2017 tot en met 27 december 2018 te Ridderkerk,
in ieder geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een of anderen, althans alleen, meermalen, althans éénmaal één of meerdere voorwerpen, te weten
- ( een) of meer (contant) geldbedrag(en) een geldbedrag van in totaal EUR 350.000,--, (althans $ 50.000,--), ( EUR 42.015,15)) en/of
- een geldbedrag van in totaal EUR 95.010,--, ( [proces verbaalnummer] .D15 p. 753) en/of
- een geldbedrag van in totaal EUR 82.500,--, ( [proces verbaalnummer] .D16 p. 754) en/of
- een geldbedrag van in totaal EUR 12.500,--, ( [proces verbaalnummer] .D20 p. 758) en/of
- een geldbedrag van in totaal EUR 65.000,--, en/of
een geldbedrag van in totaal EUR 21.010,35 en/of
een geldbedrag van in totaal EUR 2.362,50, althans enig geldbedrag,
en/of
- een motorschip, m/v [naam schip01] , met IMO registratienummer [nummer01] , althans een
motorschip,
de werkelijke aard en/of herkomst en/of vindplaats en/of vervreemding en/of de
verplaatsing heeft verborgen en/of heeft verhuld en/of heeft verborgen en/of verhuld wie de rechthebbende was en/of heeft verworven en/of voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen en/of heeft omgezet en/of gebruik heeft gemaakt, terwijl hij wist dan wel redelijkerwijs moest vermoeden, dat dit voorwerp c.q. die voorwerpen,
geheel of gedeeltelijk, onmiddellijk en/of middellijk, afkomstig was c.q. waren uit
enig misdrijf en/of uit enig eigen misdrijf;
2
Zaaksdossier [naam schip02]
zij in de periode van 30 november 2018 tot en met 17 december 2018 te Ridderkerk,
althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een of anderen, althans alleen, meermalen, althans
éénmaal één of meerdere voorwerpen, te weten
- een (contant) geldbedrag van in totaal EUR 275.000,--, althans enig geldbedrag,
en/of
- een motorschip, m/v [naam schip02] , met IMO registratienummer [nummer02] , althans
een motorschip,
heeft verworven en/of voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen en/of
heeft omgezet en/of gebruik van heeft gemaakt, terwijl zij wist dan wel redelijkerwijs moest vermoeden, dat dit voorwerp c.q. die voorwerpen, geheel of gedeeltelijk, onmiddellijk en/of middellijk, afkomstig was c.q. waren uit enig misdrijf en/of uit enig eigen misdrijf.