ECLI:NL:RBROT:2023:10624

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
19 juli 2023
Publicatiedatum
14 november 2023
Zaaknummer
C/10/662327 / FA RK 23-5231
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Mondelinge uitspraak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toewijzing zorgmachtiging op basis van zelfbindingsverklaring in het kader van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg

Op 19 juli 2023 heeft de Rechtbank Rotterdam een mondelinge uitspraak gedaan over een verzoek tot zorgmachtiging naar aanleiding van een zelfbindingsverklaring, ingediend door de officier van justitie. De zaak betreft betrokkene, die lijdt aan een paranoïde psychotisch toestandsbeeld in het kader van schizofrenie. De rechtbank heeft vastgesteld dat betrokkene, als gevolg van zijn psychische stoornis, ernstig nadeel ondervindt, waaronder levensgevaar en ernstige verwaarlozing. De zelfbindingsverklaring, opgesteld door betrokkene en zijn zorgverantwoordelijke, is op 16 mei 2023 ondertekend en beschrijft de omstandigheden waaronder verplichte zorg moet worden verleend.

Tijdens de mondelinge behandeling is gebleken dat betrokkene niet in staat was om noodzakelijke zorg op vrijwillige basis te accepteren, waardoor verplichte zorg noodzakelijk is. De rechtbank heeft de verzoeken van de officier beoordeeld en geconcludeerd dat alleen de in de zelfbindingsverklaring opgenomen vormen van zorg, zoals het toedienen van medicatie en medische controles, noodzakelijk zijn. De overige door de officier verzochte vormen van zorg zijn niet noodzakelijk geacht.

De rechtbank heeft de zorgmachtiging verleend voor de duur van drie maanden, met ingang van de uitspraak, en heeft het verzoek tot voortzetting van de crisismaatregel afgewezen. De beschikking is mondeling gegeven door rechter S.L. Raphael en schriftelijk uitgewerkt op 2 augustus 2023. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

Team familie
Zaak-/rekestnummers:
C/10/662327 / FA RK 23-5231 (zorgmachtiging naar aanleiding van een zelfbindingsverklaring) en
C/10/662274 / FA RK 23-5214 (voortzetting crisismaatregel)
Referentienummer: [nummer01]
Schriftelijke uitwerking van de mondelinge beslissing van 19 juli 2023 betreffende een zorgmachtiging naar aanleiding van een zelfbindingsverklaring als bedoeld in artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (hierna: Wvggz) en een voortzetting crisismaatregel
op verzoek van:
de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam,hierna: de officier,
met betrekking tot:
[betrokkene01],
geboren op [geboortedatum01] te [geboorteplaats01] ,
hierna: betrokkene,
wonende te [woonplaats01] ,
op dit moment verblijvende in [ instelling01] te [plaats01] ,
advocaat mr. T.R. Hüpscher te Rotterdam.

1.Procesverloop

1.1.
Het verzoek betreffende een zorgmachtiging naar aanleiding van een zelfbindingsverklaring (C/10/662327 / FA RK 23-5231) is tegelijk behandeld met het verzoek van de officier tot het verlenen van een Machtiging tot voortzetting crisismaatregel (C/10/662274 / FA RK 23-5214). Deze beschikking ziet op beide verzoeken waarbij tijdens de mondelinge behandeling uitsluitend het verzoek betreffende een zorgmachtiging inhoudelijk is besproken. In het hiernavolgende zal, als gesproken wordt over het verzoekschrift, steeds het verzoekschrift betreffende de zorgmachtiging bedoeld worden.
1.2.
Het verloop van de procedure blijkt uit het verzoekschrift van de officier, ingekomen op 17 juli 2023.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
  • de medische verklaring opgesteld door [naam01] , psychiater, van 17 juli 2023;
  • de zorgkaart van 1 januari 2023;
  • het zorgplan van 16 mei 2023;
  • de bevindingen van de geneesheer-directeur over het zorgplan;
  • de gegevens over eerder afgegeven machtigingen op grond van de Wet Bopz en de Wvggz;
  • de zelfbindingsverklaring ondertekend op 16 mei 2023.
1.3.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 19 juli 2023. Bij die gelegenheid zijn verschenen:
  • betrokkene met zijn hiervoor genoemde advocaat;
  • [naam02] , afdelingsarts, en [naam03] , sociaal-psychiatrisch verpleegkundige, verbonden aan [ instelling01] .

2.Beoordeling

2.1.
Betrokkene heeft samen met zijn zorgverantwoordelijke een zelfbindingsverklaring opgesteld op grond van artikel 4:1 Wvggz, vergezeld van een zorgplan. De zelfbindingsverklaring is op grond van artikel 4:2 Wvggz op 16 mei 2023 ondertekend door betrokkene, de zorgverantwoordelijke en de geneesheer-directeur. De geneesheer-directeur [naam04] heeft een verklaring op grond van artikel 4:1 lid 7 Wvggz opgesteld waaruit blijkt dat betrokkene ten tijde van het opstellen van de zelfbindingsverklaring tot een redelijke waardering van zijn belangen in staat was.
2.2.
In de zelfbindingsverklaring staat onder welke omstandigheden verplichte zorg dient te worden verleend te weten wanneer betrokkene clozapine weigert.
2.3.
Uit de overgelegde stukken en de mondelinge behandeling blijkt dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, te weten een paranoïde psychotisch toestandsbeeld in het kader van schizofrenie.
2.4.
Het gedrag van betrokkene leidt als gevolg van zijn psychische stoornis tot ernstig nadeel, gelegen in het bestaan van of het aanzienlijk risico op levensgevaar, ernstig lichamelijk letsel en ernstige verwaarlozing.
Uit de overgelegde stukken is gebleken dat betrokkene enkele dagen beperkt vocht innam en niet of nauwelijks heeft gegeten, waardoor hij acht kilo is afgevallen in vijf dagen tijd. Als gevolg van de ontregeling ligt betrokkene meerdere dagen passief op bed en heeft hij zijn shag door het toilet gespoeld, omdat hij deze niet meer vertrouwde. Tijdens een eerder vergelijkbaar toestandsbeeld heeft dit geleid tot fysieke agressie vanuit achterdocht en tot een ziekenhuisopname. De arts heeft tijdens de mondelinge behandeling naar voren gebracht dat betrokkene psychotisch is ontregeld nadat hij de clozapine niet meer had ingenomen. Nu betrokkene ingesteld wordt op medicatie gaat het veel beter met hem. Betrokkene zal op korte termijn terug kunnen keren naar Kliniek R.
2.5.
Gelet op het bovenstaande is de rechtbank van oordeel dat de omstandigheden waaronder verplichte zorg aan betrokkene moet worden verleend om ernstig nadeel af te wenden, zoals beschreven in de zelfbindingsverklaring, zich voordoen.
2.6.
Gebleken is dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn. Uit de medische verklaring blijkt dat betrokkene, als gevolg van de psychotische ontregeling, niet meer in staat was om de noodzakelijke of zorg op vrijwillige basis te accepteren. Om die reden is verplichte zorg nodig.
2.7.
De officier heeft in zijn verzoekschrift meer vormen van verplichte zorg verzocht dan in de zelfbindingsverklaring zijn opgenomen. Tijdens de mondelinge behandeling hebben de arts en de sociaal-psychiatrisch verpleegkundige naar voren gebracht dat enkel de vormen van zorg opgenomen in de zelfbindingsverklaring, te weten “het toedienen van medicatie” en “verrichten van medische controles” (in de zelfbindingsverklaring staat “somatische controles” waarmee “medische controles” zijn bedoeld) noodzakelijk zijn om het ernstig nadeel af te kunnen wenden. De resterende vormen van verplichte zorg zijn niet noodzakelijk. Gelet op de zelfbindingsverklaring, de medische verklaring, het zorgplan en de bevindingen van de geneesheer-directeur acht de rechtbank de volgende vormen van verplichte zorg noodzakelijk om het ernstig nadeel af te wenden:
- het toedienen van medicatie alsmede het verrichten van medische controles.
2.8.
De overige door de officier verzochte vormen van verplichte zorg, te weten het toedienen van vocht en voeding, andere medische handelingen en therapeutische maatregelen, het beperken van de bewegingsvrijheid, het onderzoek aan kleding of lichaam, het onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedragsbeïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen, het controleren op de aanwezigheid van gedragsbeïnvloedende middelen, het aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, en het opnemen in een accommodatie, worden door de rechtbank niet noodzakelijk geacht, omdat de noodzakelijkheid daarvan niet (afdoende) is gemotiveerd of de behandelaar tijdens de mondelinge behandeling gemotiveerd heeft verklaard dat deze niet nodig zijn om het ernstig nadeel af te wenden.
2.9.
Voor de toegewezen vormen van verplichte zorg zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben. Verder is de voorgestelde verplichte zorg evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt dat bij het bepalen van de juiste zorg rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
2.10.
Gelet op het voorgaande is voldaan aan de criteria voor en doelen van verplichte zorg als bedoeld in de Wvggz.
De officier heeft verzocht om de machtiging voor de duur van zes maanden te verlenen. Niet gemotiveerd is waarom wordt afgeweken van de maximale duur zoals is opgenomen in de zelfbindingsverklaring te weten drie maanden. In de zelfbindingsverklaring en het zorgplan wordt een termijn van drie maanden noodzakelijk geacht. Tijdens de mondelinge behandeling heeft de sociaal-psychiatrisch verpleegkundige naar voren gebracht dat ook op dit punt de zelfbindingsverklaring in de zorgmachtiging kan worden overgenomen. De advocaat heeft namens betrokkene aangevoerd dat hij akkoord gaat met het verlenen van de zorgmachtiging voor de duur van drie maanden. Gelet op de verklaring van de sociaal-psychiatrisch verpleegkundige, de zelfbindingsverklaring en het zorgplan zal de zorgmachtiging worden verleend voor de duur van drie maanden met ingang van vandaag.
2.11.
Omdat het verzoek tot het verlenen van een zorgmachtiging is toegewezen, zal de rechtbank het verzoek tot voortzetting van de crisismaatregel bij gebrek aan belang afwijzen.

3.3. Beslissing

De rechtbank:
3.1.
wijst de voortzetting crisismaatregel af;
3.2.
verleent een zorgmachtiging ten aanzien van [betrokkene01] voornoemd;
3.3.
bepaalt dat bij wijze van verplichte zorg de maatregelen zoals opgenomen in rechtsoverweging 2.7. kunnen worden getroffen;
3.4.
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met 19 oktober 2023;
3.5.
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is op 19 juli 2023 mondeling gegeven door mr. S.L. Raphael, rechter, in tegenwoordigheid van M.L. Regales, griffier, en op 2 augustus 2023 schriftelijk uitgewerkt en getekend.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.