ECLI:NL:RBROT:2023:10449

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
6 november 2023
Publicatiedatum
9 november 2023
Zaaknummer
ROT 23/1916
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beëindiging WIA-uitkering wegens minder dan 35% arbeidsongeschiktheid na zorgvuldig medisch onderzoek

In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 6 november 2023 uitspraak gedaan in het beroep van eiseres tegen de beslissing van het UWV om haar WIA-uitkering per 23 november 2022 te beëindigen. Eiseres, die voorheen als medewerker in een schoonmaakbedrijf werkte, was sinds 2015 ziek en werd in 2017 volledig arbeidsongeschikt geacht. Na een herbeoordeling door het UWV, waarbij haar arbeidsongeschiktheid op 0% werd vastgesteld, heeft eiseres bezwaar gemaakt. De rechtbank heeft het beroep beoordeeld aan de hand van de medische situatie van eiseres op de datum van de beëindiging van de uitkering.

De rechtbank concludeert dat het UWV terecht heeft vastgesteld dat eiseres op 23 november 2022 voor 0% arbeidsongeschikt was. De rechtbank oordeelt dat het medisch onderzoek door de verzekeringsarts B&B zorgvuldig is uitgevoerd en dat alle relevante klachten van eiseres zijn meegenomen in de beoordeling. Eiseres had diverse gezondheidsklachten, waaronder psychische en lichamelijke klachten, maar de rechtbank oordeelt dat deze niet leiden tot een hogere mate van arbeidsongeschiktheid dan vastgesteld door het UWV.

De rechtbank heeft ook de arbeidskundige beoordeling van het UWV gevolgd, waarbij is vastgesteld dat eiseres in staat is om bepaalde functies te vervullen, ondanks haar klachten. De rechtbank verklaart het beroep van eiseres ongegrond, wat betekent dat de beëindiging van de WIA-uitkering door het UWV rechtmatig was. Eiseres krijgt geen proceskosten vergoed, omdat zij in het ongelijk is gesteld.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM
Inloopteam bestuursrecht
zaaknummer: ROT 23/1916

uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen

[naam eiseres], uit [plaatsnaam], eiseres

(gemachtigde: mr. N. Kose-Albayrak),
en
de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen(hierna: het UWV), verweerder
(gemachtigde: [naam]).

Inleiding

Het UWV heeft bepaald dat de uitkering van eiseres op grond van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (Wet WIA) niet wijzigt, omdat er niets is veranderd in de mogelijkheden van eiseres om te werken. De mate van arbeidsongeschiktheid blijft 80-100%.
Het UWV heeft het bezwaar gegrond verklaard en besloten dat de WIA-uitkering per 23 november 2022 wordt beëindigd. De mate van arbeidsongeschiktheid is daarbij vastgesteld op 0%.
In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiseres tegen deze beslissing op bezwaar (het bestreden besluit) van 6 februari 2023.
Het UWV heeft op het beroep gereageerd met een verweerschrift, een rapport van een verzekeringsarts bezwaar en beroep (verzekeringsarts B&B) en een rapport van een arbeidsdeskundige bezwaar en beroep (arbeidsdeskundige B&B).
Met (stilzwijgende) toestemming van partijen is een zitting achterwege gebleven. De rechtbank heeft het onderzoek gesloten.

Wat ging aan deze procedure vooraf

1. Eiseres heeft voor het laatst gewerkt als medewerker schoonmaakbedrijf voor 14,56 uur per week. Op 16 april 2015 heeft eiseres zich ziekgemeld vanwege gezondheidsklachten terwijl zij een uitkering op grond van de Werkloosheidswet ontving. Na een wachttijd van 104 weken werd zij per 13 april 2017 volledig arbeidsongeschikt geacht op arbeidskundige gronden.
2. Eiseres heeft een herbeoordeling aangevraagd. Zij stelt dat haar klachten zijn toegenomen en duurzaam zijn. Eiseres stelt daarom dat zij recht heeft op een IVA-uitkering. [1] Na medisch onderzoek heeft het UWV met het besluit van 28 december 2021 bepaald dat de WIA-uitkering van eiseres niet wijzigt.
3. Eiseres heeft bezwaar gemaakt. Na een nieuw medisch en een arbeidsdeskundig onderzoek heeft het UWV medegedeeld dat hij voornemens is om het besluit van 28 december 2021 te wijzigen. Het UWV is voornemens om de WIA-uitkering van eiseres per 23 november 2022 te beëindigen omdat zij 0% arbeidsongeschikt is. Het UWV heeft vervolgens het bestreden besluit genomen zoals genoemd in de inleiding.

Wat vindt het UWV

4. Het UWV vindt dat eiseres op 23 november 2022 voor 0% arbeidsongeschikt is en heeft daarom besloten om de WIA-uitkering met ingang van deze datum te beëindigen.
5. Het UWV heeft de medische grondslag van het bestreden besluit gebaseerd op de rapporten van een verzekeringsarts B&B van 5 september 2022 en 16 januari 2023. De medische belastbaarheid van eiseres is opgenomen in de Functionele Mogelijkhedenlijst (FML) van 5 september 2022.
6. Het UWV heeft de arbeidskundige grondslag van het bestreden besluit gebaseerd op de rapporten van een arbeidsdeskundige B&B van 15 september 2022 en 30 januari 2023
.

Wat vindt eiseres

7. Eiseres is het niet eens met het UWV. Zij verzoekt om de in bezwaar naar voren gebrachte gronden als herhaald en ingelast te beschouwen. Eiseres meent dat door de verzekeringsarts B&B geen juiste beoordeling is gemaakt en dat de FML een onjuist beeld geeft van haar (on)mogelijkheden. Eiseres is van mening dat zij op grond van haar gezondheidsklachten niet in staat is om de door de arbeidsdeskundige B&B geduide functies te verrichten. Eiseres verzoekt om een nieuwe FML op te stellen waarin de juiste beperkingen worden opgenomen om daarna te bezien of er op grond van een juiste FML gangbare functies te duiden zijn. Eiseres onderbouwt haar standpunt met (medische) informatie.
8. Het bestreden besluit is volgens eiseres in strijd met de beginselen van behoorlijk bestuur, in ieder geval met het zorgvuldigheidsbeginsel.

Wat vindt de rechtbank

9. De vraag is of het UWV terecht stelt dat eiseres geen recht heeft op een WIA-uitkering omdat zij minder dan 35% arbeidsongeschikt is. De rechtbank moet die vraag beantwoorden aan de hand van wat eiseres daartegen in heeft gebracht. Belangrijk punt is dat het gaat om de medische toestand van eiseres op 23 november 2022 en de vraag welke beperkingen daaruit volgen.
10. De rechtbank vindt dat het UWV terecht heeft beslist dat eiseres op
23 november 2023 voor 0% arbeidsongeschikt is en dus geen recht heeft op een WIA-uitkering. Hierna legt de rechtbank uit hoe zij tot dit oordeel komt en welke gevolgen dit oordeel heeft.
11. Voor zover eiseres in haar beroepschrift verwijst naar dat wat zij in bezwaar heeft aangevoerd, overweegt de rechtbank dat het aan eiseres is om in beroep gemotiveerd en specifiek aan te voeren waarom zij het niet eens is met het bestreden besluit. De verwijzing naar het bezwaarschrift wordt niet als zo’n gemotiveerde en specifieke betwisting opgevat. Daarop is immers gereageerd in het bestreden besluit. Eiseres zal dus moeten aanvoeren waarom zij het met die reactie niet eens is. Gelet hierop zal de rechtbank de beoordeling van het beroep plaatsen in het licht van de in beroep nader uitgewerkte gronden en niet in het licht van hetgeen in bezwaar is aangevoerd.
Medische grondslag van het bestreden besluit
Het onderzoek
12. De rechtbank is van oordeel dat het medisch onderzoek zorgvuldig is verricht. De verzekeringsarts B&B heeft kennis genomen van het dossier en het bezwaar van eiseres. De verzekeringsarts B&B heeft de door eiseres in bezwaar ingediende stukken meegenomen bij de beoordeling. Op 5 september 2022 heeft een medisch onderzoek plaatsgevonden en op 16 januari 2023 heeft de verzekeringsarts B&B eiseres gezien tijdens een fysieke hoorzitting. De rechtbank vindt ook dat de verzekeringsarts B&B op een zorgvuldige en duidelijke manier alle naar voren gebrachte klachten heeft betrokken bij de medische beoordeling. De rechtbank ziet geen reden om aan te nemen dat de verzekeringsarts B&B aspecten van de medische situatie van eiseres heeft gemist.
De beoordeling van de belastbaarheid
13. De rechtbank is verder van oordeel dat de verzekeringsarts B&B de medische belastbaarheid van eiseres op 23 november 2022 op inhoudelijk overtuigende wijze en zonder tegenstrijdigheden heeft gemotiveerd.
14. Eiseres is van mening dat het UWV onvoldoende rekening heeft gehouden met haar medische klachten. De klachten van eiseres variëren van depressieve klachten tot lichamelijke beperkingen. Zij ervaart onder andere rugklachten, nekklachten, beenklachten, psychische en psychiatrische klachten, paniekaanvallen, depressie, maagklachten en kortademigheidsklachten. Eiseres krijgt na vijftien minuten lopen, staan of zitten al pijn in de rug, nek en benen. Ook heeft zij beperkte inspanningsintolerantie en ervaart zij beperkingen bij staan, bukken, knielen en tillen. Verder heeft eiseres last van stress en is zij gespannen. Eiseres heeft behandelingen gehad, maar geen een behandeling heeft volgens haar gewerkt. Zij is nog steeds onder behandeling voor haar maagklachten, longaandoening, rug-, nek- en beenklachten, psychische klachten, nierklachten en buikklachten. Ook ontvangt eiseres van de gemeente een Wmo-arrangement (Wet maatschappelijke ondersteuning) omdat uit onderzoek is gebleken dat er een noodzaak bestaat tot ondersteuning bij de huishoudelijke taken en bij het sociaal en persoonlijk functioneren.
15. In het rapport van 5 september 2022 stelt de verzekeringsarts B&B dat er sprake is van dysthymie en een angststoornis, waarbij de depressieve stoornis gedeeltelijk in remissie is. Daarnaast is er volgens hem sprake van een stoornis in het gebruik van opioïden en andere psychofarmaca. De verzekeringsarts B&B stelt dat eiseres in grote lijnen blijft aangewezen op de reeds aangenomen beperkingen in persoonlijk en sociaal functioneren. Wel ziet hij aanleiding om de belastbaarheid aan te passen op het gebied van persoonlijk risico in werk. Daarnaast is volgens hem geen rekening gehouden met de luchtwegpathologie en de vastgestelde allergieën. De verzekeringsarts B&B heeft de FML aangepast bij de items 1.6 (werk zonder verhoogd persoonlijk risico), 3.5 (stof, rook gassen en dampen) en 3.8.1 (allergie). In het rapport van 16 januari 2023 voegt de verzekeringsarts B&B hieraan toe dat bij het opstellen van de belastbaarheid in voldoende mate rekening is gehouden met de depressieve stoornis en pijnklachten in het kader van de somatoforme stoornis. Ook is rekening gehouden met de aanwezigheid van luchtwegpathologie en allergie. Daarnaast leiden de controles voor nierstenen niet tot aanvullende beperkingen in normaal functioneren. De rechtbank kan dit volgen.
16. De rechtbank is verder van oordeel dat verzekeringsarts B&B in het nadere rapport van 31 mei 2023 voldoende heeft gemotiveerd dat de informatie uit de behandelend sector die eiseres in beroep heeft ingestuurd geen aanleiding geeft om de FML aan te passen. De verzekeringsarts B&B stelt dat de ingebrachte gronden en onderliggende stukken geen wezenlijk ander beeld geven van de medische situatie op de datum in geding. De informatie van de gemeente in het kader van de Wmo geeft geen inhoudelijk beeld van de medische situatie. De aangeboden ondersteuning past volgens hem in het beeld van de bestaande beperkingen. Het toekennen van bepaalde voorzieningen vindt echter plaats aan de hand van een ander beoordelingskader dan dat van de Wet WIA en maakt niet dat er meer beperkingen ten aanzien van arbeid zijn. Ook de overige door eiseres ingediende stukken beiden geen nieuwe inzichten volgens de verzekeringsarts B&B. Deze stukken bestaan uit afspraakbevestigingen en informatie van de huisarts die in de bezwaarfase beoordeeld is. Hij merkt hierbij op dat uit de afspraakbevestiging van het behandelcentrum voor overgewicht en obesitas niet kan worden opgemaakt dat sprake is van objectieve problematiek waarvoor beperkingen aanwezig zijn op de datum in geding. Ook ten aanzien van de astma wordt geen aanvullende informatie aangeleverd en zijn er geen objectieve gegevens om beperkingen aan te nemen voor de geur van textiel, lijm of etenswaren. Verder worden geen objectieve nieuwe feiten of omstandigheden naar voren gebracht die aanleiding geven om meer beperkingen in de statische of dynamische belastbaarheid aan te nemen. Het potentiële neveneffect van medicatiegebruik is verdisconteerd onder persoonlijk risico. Ook de aanwezigheid van vleesbomen geeft volgens de verzekeringsarts B&B op zichzelf geen aanvullende beperkingen in het functioneren ten opzichte van de FML. De rechtbank is van oordeel dat de verzekeringsarts B&B voldoende heeft gemotiveerd waarom niet meer of andere beperkingen zijn aangenomen.
17. De rechtbank vindt dat het UWV terecht heeft geoordeeld dat eiseres op 23 november 2022 in staat moet worden geacht arbeid te verrichten als daarbij rekening wordt gehouden met de beperkingen die de verzekeringsarts B&B heeft vastgesteld.
Arbeidskundige grondslag van het bestreden besluit
18. De arbeidsdeskundige B&B heeft op grond van de FML van 5 september 2022 vastgesteld dat eiseres niet geschikt is voor haar eigen werk als medewerker schoonmaakbedrijf, omdat deze functie haar belastbaarheid overschrijdt. De arbeidsdeskundige B&B heeft vervolgens functies gezocht die eiseres in theorie nog wel kan uitvoeren. Dat heeft drie functies en twee reservefuncties opgeleverd.
Het gaat om:
- ( SBC-code 111071) Snackbereider (handmatig);
- ( SBC-code 111160) Textielproductenmaker (excl. vervaardigen textiel);
- ( SBC-code 111161) Medewerker kleding en textielreiniging.
En de reservefuncties (SBC-code 111190) Inpakker (handmatig) en (SBC-code 111112) Medewerker beddenreiniging.
19. Eiseres stelt dat zij de functies gelet op haar klachten niet kan verrichten, onder andere vanwege haar beperkingen met betrekking tot zitten, lopen en staan. Zij stelt dat zij vanwege haar fysieke klachten de functies Inpakker en Medewerker beddenreiniging niet kan verrichten. Verder stelt eiseres dat zij is aangewezen op werk zonder veelvuldige deadlines, eindverantwoordelijkheid en samenwerken. Volgens haar is bij de werkzaamheden sprake van deadlines en stressbestendigheid. Wat betreft eindverantwoordelijkheid stelt eiseres dat er niet wordt ingegaan op de verschillende facetten van het werk waarbij er toch zeker een mate van eindverantwoordelijkheid is voor haar. Het gaat daarbij niet om de eindfase van de productie maar om de eindverantwoordelijkheid van de taak van eiseres. Voor haar beleving zit hier reeds een eindverantwoordelijkheid in die zij niet op zich wenst te nemen en waarmee geen rekening wordt gehouden. Wat betreft de functie Textielproductenmaker stelt eiseres dat de verzekeringsarts B&B stelt dat er geen specifieke allergie bekend is voor textielproducten, verf of lijm, terwijl dit volgens eiseres producten zijn met een sterke chemische geur die de medische situatie van een longpatiënt, zoals eiseres, enkel zullen verergeren. Wat betreft de functie Snackbereider stelt eiseres dat zij een longpatiënt is met astma wat betekent dat zij door sterk kruidige etenswaren met een hevige geur, zoals het geval is bij shoarma en loempia, onwel wordt. Vooral bij langdurige blootstelling aan deze rook zal de astma van eiseres opspelen en zal zij nog meer ademhalingsproblemen ontwikkelen.
20. Wat betreft de fysieke klachten stelt de arbeidsdeskundige B&B in het rapport van 28 juni 2023 dat er voor lopen en staan geen signaleringen zijn in het CBBS, waardoor er geen sprake is van het overschrijden van de belastbaarheid. Voor zitten en knielen/hurken en buigen is eiseres niet beperkt in de FML. Veder verwijst de arbeidsdeskundige B&B naar haar rapport van 30 januari 2023 waarin zij is ingegaan op de gronden met betrekking tot deadlines, eindverantwoordelijkheid en samenwerken. Zij merkt hierbij op dat eiseres in haar ogen conclusies trekt waarbij de belasting in de functies op een eigen manier wordt ingevuld. Daarnaast wordt volgens haar uitgegaan van ernstigere beperkingen dan medisch is vastgesteld en is omkaderd in de FML van 5 september 2022. Naar het oordeel van de rechtbank heeft de arbeidsdeskundige B&B in dit rapport en de rapporten van 15 september 2022 en 30 januari 2023 voldoende uitgelegd waarom deze functies geschikt zijn voor eiseres. De arbeidsdeskundige B&B heeft de knelpunten beoordeeld en toegelicht waarom de functies passend zijn. Deze toelichtingen zijn voor de rechtbank begrijpelijk. Wat betreft de stelling van eiseres dat zij de functies van Textielproductenmaker en Snackbereider niet kan verrichten vanwege haar longklachten verwijst de rechtbank naar het rapport van de verzekeringsarts B&B van 31 mei 2023. Zoals al eerder opgemerkt stelt de verzekeringsarts B&B in dit rapport dat ten aanzien van de astma geen aanvullende informatie wordt aangeleverd en dat er geen objectieve gegevens zijn om beperkingen aan te nemen voor de geur van textiel, lijm of etenswaren.
21. De stelling van eiseres dat zij de functies gezien haar klachten en beperkingen niet kan verrichten is in feite gericht tegen de vastgestelde FML. De rechtbank heeft hiervoor al geoordeeld dat er geen reden is om aan de vaststelling van de FML te twijfelen.
22. De arbeidsdeskundige B&B heeft berekend dat eiseres op 23 november 2022 met de middelste van de drie geduide functies 100% kan verdienen van het loon dat zij verdiende met haar eigen werk, zodat zij 0% arbeidsongeschikt is.

Conclusie en gevolgen

23. Het UWV heeft terecht besloten om de WIA-uitkering te beëindigen per 23 november 2022 omdat zij per die datum minder dan 35% arbeidsongeschikt is, namelijk 0%.
24. Het beroep van eiseres is ongegrond. Dit betekent dat zij geen gelijk krijgt. Omdat eiseres in beroep geen gelijk krijgt, worden de door haar gemaakte proceskosten of het betaalde griffierecht niet vergoed.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan op 3 november 2023 door mr. M. de Vries, rechter, in aanwezigheid van mr. J.G.M. Koning, griffier.
griffier
rechter
De uitspraak is verzonden op
en zal binnen een week na deze datum openbaar gemaakt worden door publicatie op rechtspraak.nl.

Informatie over hoger beroep

Een partij die het niet eens is met deze uitspraak, kan een hogerberoepschrift sturen naar de Centrale Raad van Beroep waarin wordt uitgelegd waarom deze partij het niet eens is met deze uitspraak. Het hogerberoepschrift moet worden ingediend binnen zes weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden.

Voetnoten

1.IVA = inkomensverzekering voor volledig en duurzaam arbeidsongeschikten.