Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van de onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde feiten;
- veroordeling van de verdachte tot een voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 9 maanden, met een proeftijd van 2 jaar;
- tenuitvoerlegging van het voorwaardelijk opgelegde strafdeel in de zaak met parketnummer 10.231888.19, met omzetting van het voorwaardelijk opgelegde deel van de gevangenisstraf in een taakstraf van 40 uren;
- tenuitvoerlegging van het voorwaardelijk opgelegde strafdeel in de zaak met parketnummer 22.001287.18, met omzetting van het voorwaardelijk opgelegde deel van de gevangenisstraf in een taakstraf van 120 uren.
4.Waardering van het bewijs
primair
n, te weten aan [naam01] ,
5.Strafbaarheid feiten
diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van verbreking;
diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak;
diefstal, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van verbreking.
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straffen
8.Vorderingen tenuitvoerlegging
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Bijlagen
11.Beslissing
bewezendat de verdachte de onder 1 primair, 2 en 3 ten laste gelegde feiten, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;
gevangenisstraf voor de duur van 6 (zes) maanden;
niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
proeftijd, die wordt gesteld
op 2 (twee) jaar;
taakstrafvoor de duur van
140 (honderdveertig) uren,waarbij de Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
70 (zeventig) dagen;