Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
HA ZA 23-356
GEMEENTE DORDRECHT,
GEMEENTE DORDRECHT,
1.De procedures
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
Beoordelingskader
Documenten over onteigening die niet zijn opgenomen in het zaaksdossier”, ongelukkig geformuleerd is. Anders dan deze tekst doet vermoeden, bestaat er wel degelijk een dossier, alleen is dat dossier niet ondergebracht in het gebruikelijke zaaksysteem van de RvS, aldus de gemeente. Deze uitleg komt overeen met wat de medewerker van de RvS in voormelde e-mail daarover schrijft. De rechtbank volgt deze uitleg, die door gedaagden niet is weersproken.
Gelet hierop en omdat het door gedaagden opgegeven bedrag de rechtbank in verhouding tot andere onteigeningszaken hoog voorkomt, ziet de rechtbank aanleiding om te bepalen dat de gemeente aan gedaagden bij wijze van voorschot op de vergoeding van de door hen gestelde kosten voor juridische en andere deskundige bijstand het door de gemeente genoemde totaalbedrag van € 29.157,98 betaalt, gelijk te verdelen tussen beide gedaagden. De rechtbank heeft daarbij in aanmerking genomen dat het om twee identieke zaken gaat, één advocaat voor beide zaken is opgetreden en de behandeling van de beide zaken door de rechtbank gelijktijdig heeft plaatsgevonden. Daarnaast bestaat aanleiding om te bepalen dat de gemeente de door gedaagden betaalde griffierechten van in totaal € 17.038,00 vergoedt, gelijk te verdelen tussen beide gedaagden (die ook feitelijk hetzelfde bedrag aan griffierecht hebben betaald). De rechtbank gaat ervan uit dat de gemeente deze bedragen binnen vier weken na dit vonnis uitbetaalt.