ECLI:NL:RBROT:2023:10179

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
3 november 2023
Publicatiedatum
2 november 2023
Zaaknummer
10322551 CV EXPL 23-4053
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Pensioenverevening tussen ex-echtgenoten en de toepassing van de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding

In deze zaak, die voor de Rechtbank Rotterdam is behandeld, gaat het om de pensioenverevening tussen twee ex-echtgenoten, [persoon01] en [persoon02]. De eiseres, [persoon01], heeft bij dagvaarding op 25 januari 2023 gevorderd dat [persoon02] wordt veroordeeld om een mededelingformulier in te vullen dat noodzakelijk is voor de pensioenverevening. In reactie hierop heeft [persoon02] als tegeneis gevorderd dat [persoon01] ook een mededelingformulier invult voor haar opgebouwde pensioen en dat zij de helft van de ouderdomspensioenuitkeringen aan hem uitkeert. De kantonrechter heeft de eis van [persoon01] afgewezen, terwijl de tegeneis van [persoon02] gedeeltelijk is toegewezen.

De rechtbank heeft vastgesteld dat de Nederlandse rechter bevoegd is om over de vorderingen te oordelen, aangezien [persoon02] in Nederland woont en de Nederlandse nationaliteit heeft. De zaak betreft de toepassing van de Wet Verevening Pensioenrechten (Wvps), die van toepassing is op het pensioen dat tijdens het huwelijk door beide partijen is opgebouwd. De rechtbank heeft geoordeeld dat de Wvps ook van toepassing is op het Duitse pensioen van [persoon01], omdat het huwelijksvermogensregime onder Nederlands recht valt.

De kantonrechter heeft geoordeeld dat [persoon02] aan de eis van [persoon01] heeft voldaan, waardoor deze eis werd afgewezen. De vordering van [persoon02] om [persoon01] te veroordelen tot het invullen van het mededelingformulier werd afgewezen, omdat er geen wettelijke grondslag voor was. Echter, de vordering om [persoon01] te veroordelen om vanaf haar pensioengerechtigde leeftijd het voor [persoon02] opgebouwde gedeelte van de pensioenuitkeringen aan hem uit te betalen, werd toegewezen. De proceskosten werden gecompenseerd, wat betekent dat iedere partij zijn eigen kosten draagt. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Rotterdam
zaaknummer: 10322551 CV EXPL 23-4053
datum uitspraak: 3 november 2023
Vonnis van de kantonrechter
in de zaak van
[persoon01] ,
woonplaats: [woonplaats01] , Duitsland,
eiseres in conventie,
verweerster in reconventie,
gemachtigde: Volker Gensch Rechtsanwalt,
tegen
[persoon02],
woonplaats: [woonplaats02] ,
gedaagde in conventie,
eiser in reconventie,
gemachtigde: mr. J.S. Bijsterbosch.
De partijen worden hierna ‘ [persoon01] ’ en ‘ [persoon02] ’ genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:
  • de dagvaarding van 25 januari 2023, met bijlagen;
  • het antwoord met eis in reconventie (tegeneis), met bijlagen;
  • de e-mail van de gemachtigde van [persoon01] van 25 maart 2023, met bijlagen;
  • de brief van de gemachtigde van [persoon01] van 4 mei 2023, met bijlagen;
  • de akte wijziging van eis van [persoon02] , met bijlagen;
  • het proces-verbaal van de mondelinge behandeling op 31 mei 2023;
  • de brief van de gemachtigde van [persoon02] van 12 juli 2023,
  • de brief van de gemachtigde van [persoon02] van 18 augustus 2023.
1.2.
Op 31 mei 2023 is de zaak tijdens een mondelinge behandeling (via Teams) besproken. Daarna zijn partijen in de gelegenheid gesteld een akte te nemen. [persoon02] heeft daarvan gebruik gemaakt. [persoon01] heeft niet gereageerd.

2.De beoordeling

Wat is de kern?

2.1.
[persoon02] en [persoon01] zijn gehuwd geweest en hebben tijdens hun huwelijk pensioen opgebouwd. [persoon01] heeft bij dagvaarding gevorderd dat [persoon02] wordt veroordeeld om het mededelingformulier in te vullen dat nodig is voor de pensioenverevening. [persoon02] vordert als tegeneis dat [persoon01] ook een mededelingsformulier invult voor het door haar opgebouwde pensioen en dat zij wordt veroordeeld om de helft van de ouderdomspensioenuitkeringen uit hoofde van het pensioen dat zij tijdens hun huwelijk heeft opgebouwd aan hem uit te keren. De eis van [persoon01] wordt afgewezen. De tegeneis van [persoon02] wordt gedeeltelijk toegewezen.
Rechtsmacht
2.2.
[persoon02] woont in Nederland en heeft de Nederlandse nationaliteit. De Nederlandse rechter is daarom bevoegd om over de vordering in conventie te oordelen. Omdat er voldoende samenhang bestaat tussen de vorderingen in conventie en in reconventie, is de Nederlandse rechter ook bevoegd kennis te nemen van de vorderingen in reconventie (artikel 7 lid 2 Rv).
Toepasselijk recht
2.3.
Het gaat in deze zaak om pensioenverevening op grond van de Wet Verevening Pensioenrechten (‘Wvps’). De Wet Verevening Pensioenrechten is van toepassing op het tijdens het huwelijk door [persoon02] opgebouwde pensioen. De Wet Verevening Pensioenrechten geldt ook voor het pensioen dat [persoon01] tijdens het huwelijk heeft opgebouwd op grond van een Duitse pensioenregeling, die wordt uitgevoerd door een Duitse pensioenuitvoerder. De Wet Verevening Pensioenrechten geldt namelijk voor een buitenlandse pensioenregeling als op het huwelijksvermogensregime Nederlands recht van toepassing is (artikel 1 lid 8 Wvps). Uit de echtscheidingsbeschikking van 20 oktober 1999 van de Rechtbank Almelo volgt dat op het huwelijksvermogensregime Nederlands recht van toepassing is. Daarom is de Wvps in dit geval van toepassing, zowel op de vorderingen in conventie als in reconventie.
De eis van [persoon01]
2.4.
[persoon02] heeft na ontvangst van de dagvaarding aan de eis van [persoon01] voldaan. Daarom wordt de eis van [persoon01] afgewezen.
De tegeneis van [persoon02]
2.5.
[persoon01] heeft tijdens het huwelijk pensioen opgebouwd op grond van een pensioenregeling die is ondergebracht bij een Duitse pensioenuitvoerder, de Deutsche Rentenversicherung. Partijen zijn het erover eens dat [persoon02] wat betreft dit pensioen recht heeft op pensioenverevening (artikel 1 lid 8 Wvps en artikel 2 lid 1 Wvps). De eis om [persoon01] te veroordelen het mededelingsformulier te ondertekenen en in te dienen bij de Duitse pensioenuitvoerder zal echter worden afgewezen omdat een wettelijke grondslag hiervoor ontbreekt. Voor een buitenlandse pensioenregeling geldt namelijk geen recht op rechtstreekse uitkering jegens het uitvoeringsorgaan. Het recht op uitbetaling bestaat alleen tegenover [persoon01] (artikel 1 lid 8 Wvps). De eis om [persoon01] te veroordelen om vanaf het moment dat zij de pensioengerechtigde leeftijd bereikt telkens het voor [persoon02] opgebouwde gedeelte van de bruto-pensioenuitkeringen aan [persoon02] uit te betalen, zal gelet op het voorgaande wel worden toegewezen, zij het dat de pensioenuitvoerder(s) van [persoon01] niet opgedragen kunnen worden uit te rekenen wat [persoon02] toekomt. Dat zal hij zelf moeten doen.
De proceskosten worden gecompenseerd
2.6.
Gelet op de relatie tussen partijen zullen de proceskosten in conventie en in reconventie tussen hen worden gecompenseerd, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt.
Uitvoerbaarheid bij voorraad
2.7.
Dit vonnis wordt uitvoerbaar bij voorraad verklaard (artikel 233 Rv).

3.De beslissing

De kantonrechter:
in conventie
3.1.
wijst de vorderingen af;
in reconventie
3.2.
veroordeelt [persoon01] om vanaf het moment dat zij de pensioengerechtigde leeftijd bereikt telkens het voor [persoon02] opgebouwde gedeelte van de bruto-pensioenuitkeringen aan [persoon02] uit te betalen;
in conventie en in reconventie
3.3.
compenseert de kosten van deze procedure tussen partijen, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt;
3.4.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
3.5.
wijst al het andere af.
Dit vonnis is gewezen door mr. S.H. Poiesz en in het openbaar uitgesproken.
34650