ECLI:NL:RBROT:2022:9933

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
15 november 2022
Publicatiedatum
17 november 2022
Zaaknummer
71/078389-22 ; 71/117643-22 ; 71/117679-22 ; 71/117760-22 ; 71/116811-22 ; 71/116988-22 ; 71/117039-22 ; 71/117542-22
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Tussenbeschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Tussenbeslissing in het onderzoek naar de financiering van verkiezingscampagnes van lokale politieke partijen

Op 15 november 2022 heeft de Rechtbank Rotterdam een tussenbeslissing genomen in het strafrechtelijk onderzoek naar de financiering van verkiezingscampagnes van lokale politieke partijen. Deze beslissing volgde op de regiezittingen van 14 en 17 oktober 2022, waar verschillende procespartijen hun zorgen uitten over onduidelijkheden rondom deze financiering. De officier van justitie heeft de rechtbank erop gewezen dat het aan hen is om de reikwijdte van het begrip corruptie in deze zaak te bepalen. Gezien deze context heeft de rechtbank besloten om deskundigen te horen over de financiering van de verkiezingscampagnes.

De rechtbank zal een selectie maken van mogelijke deskundigen en hen benaderen om te vragen of zij bereid zijn om op te treden als deskundige tijdens het onderzoek ter terechtzitting. Indien deskundigen zich beschikbaar stellen, zullen de procespartijen hierover worden geïnformeerd en krijgen zij de gelegenheid om hun mening te geven over de deskundige(n). Vervolgens zal de rechtbank overgaan tot de oproeping van de deskundige(n). Deze beslissing is genomen door de voorzitter en de rechters in het bijzijn van de griffier, waarbij de jongste rechter niet in staat was om de beslissing mede te ondertekenen.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam
Team straf 1
Parketnummers:
71/078389-22 ( [verdachte01] );
71/117643-22 ( [verdachte02] );
71/117679-22 ( [verdachte03] );
71/117760-22 ( [verdachte04] );
71/116811-22 ( [verdachte05] );
71/116988-22 ( [verdachte06] );
71/117039-22 ( [verdachte07] );
71/117542-22 ( [verdachte08] ).
Tussenbeslissing van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachten:

[verdachte01] ,

geboren te [geboorteplaats01] (Marokko) op [geboortedatum01] 1972,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres
[adres01] , [postcode01] te [plaats01] ,
raadsman: mr. J.P. Plasman, advocaat te Amsterdam,

[verdachte02] ,

geboren te [geboorteplaats02] op [geboortedatum02] 1968,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres
[adres02] [postcode02] te [plaats02] ,
raadsman: mr. M.C.J. Teurlings, advocaat te Amsterdam,

[verdachte03] ,

geboren te [geboorteplaats03] op [geboortedatum03] 1976,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres
[adres03] [postcode03] te [plaats03] ,
raadsman: mr. J.P. Plasman, advocaat te Amsterdam,

[verdachte04] ,

geboren te [geboorteplaats04] (Turkije) op [geboortedatum04] 1968,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres
[adres04] [postcode04] te [plaats01] ,
mr. E. Manders, advocaat te Rotterdam,

[verdachte05] ,

geboren te [geboorteplaats04] (Turkije) op [geboortedatum05] 1967,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres
[adres05] [postcode05] te [plaats01] ,
Raadsman: mr. A.S. van der Biezen, advocaat te ’s-Hertogenbosch,

[verdachte06] ,

geboren te [geboorteplaats05] (voormalig Sovjet-Unie) op [geboortedatum06] 1983,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres
[adres04] [postcode04] te [plaats01] ,
raadsman: mr. H. Sytema, advocaat te ’s-Gravenhage,

[verdachte07] ,

geboren te [geboorteplaats06] op [geboortedatum07] 1969,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres
[adres06] [postcode06] te [plaats07] ,
raadslieden: mrs. J.N. de Boer en L.M. Smithuijsen, advocaten te Amsterdam,
en

[verdachte08] ,

geboren te [geboorteplaats02] op [geboortedatum08] 1967,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres
[adres07] , [postcode07] te [plaats01] ,
raadslieden: mrs. J.N. de Boer en L.M. Smithuijsen, advocaten te Amsterdam.

Beslissing van de rechtbank

Deze tussenbeslissing is gegeven naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 14 en 17 oktober 2022.
Tijdens de regiezitting van 17 oktober 2022 heeft de rechtbank uitgesproken dat zij met de gedachte speelt om een deskundige te horen tijdens het onderzoek op de zitting.
Op beide regiezittingen is door verschillende procespartijen naar voren gebracht dat er onduidelijkheden bestaan rondom de financiering van (de verkiezingscampagnes van) (lokale) politieke partijen. De officier van justitie heeft bovendien aangegeven dat het aan de rechtbank is om in deze zaak te bepalen wat de reikwijdte is van het begrip corruptie.
Met dit in het achterhoofd, acht de rechtbank het voor het onderzoek en (daarmee) mogelijk in het licht van de beantwoording van de vragen van de artikelen 348 en 350 van het Wetboek van Strafvordering, van belang om zichzelf en de procespartijen te laten informeren over voornoemde financiering. Daarom heeft de rechtbank besloten om een of meerdere deskundigen op te roepen.
In praktische zin zullen de volgende stappen genomen worden.
De rechtbank zal een selectie maken van mogelijke deskundigen. Deze deskundigen zal zij benaderen met de vraag of zij bereid en beschikbaar zijn om op te treden als deskundige tijdens het onderzoek ter terechtzitting. Indien een of meer deskundigen zich bereid verklaren, zal de rechtbank de procespartijen daaromtrent informeren, waarbij hun gelegenheid zal worden geboden om zich uit te laten over de deskundige(n). Tot slot zal de rechtbank overgaan tot oproeping van de deskundige(n).
Deze beslissing is op 15 november 2022 genomen door mr. J.H. Janssen, voorzitter,
en mrs. C. Laukens en T.M. Riemens, rechters, in het bijzijn van mr. C.J. Voogel-van Buuren, griffier.
De jongste rechter is buiten staat deze beslissing mede te ondertekenen.