ECLI:NL:RBROT:2022:9841

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
15 november 2022
Publicatiedatum
15 november 2022
Zaaknummer
10/087645-22
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van stalking, bedreiging en vernieling door onvoldoende bewijs van stelselmatige inbreuk op persoonlijke levenssfeer

Op 15 november 2022 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de verdachte, geboren in Polen in 1976, die werd beschuldigd van stalking, bedreiging en vernieling. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van alle ten laste gelegde feiten. De rechtbank oordeelde dat uit het dossier onvoldoende bewijs naar voren kwam dat de verdachte stelselmatig en wederrechtelijk inbreuk heeft gemaakt op de persoonlijke levenssfeer van de aangeefster. De relatie tussen de verdachte en de aangeefster was problematisch, met periodes van toenadering en heftige ruzies, maar dit leidde niet tot de conclusie dat er sprake was van stalking. De bedreigingen die de verdachte zou hebben geuit, werden in de context van hun tumultueuze relatie bezien, waardoor de rechtbank oordeelde dat de aangeefster niet redelijkerwijs vrees kon hebben voor de misdrijven waarmee werd gedreigd. Ook de beschuldigingen van vernieling konden niet worden bewezen, aangezien er onvoldoende bewijs was dat de verdachte daadwerkelijk schade had veroorzaakt aan de eigendommen van de aangeefster. De vordering van de benadeelde partij werd niet-ontvankelijk verklaard, omdat de verdachte van de ten laste gelegde feiten werd vrijgesproken. De rechtbank veroordeelde de benadeelde partij in de kosten van de verdediging, die op nihil werden begroot.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team straf 2
Parketnummer: 10.087645.22
Datum uitspraak: 15 november 2022
Verstek
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[verdachte01] ,
geboren te [geboorteplaats01] (Polen) op [geboortedatum01] 1976,
niet ingeschreven in de basisregistratie personen,
zonder bekende feitelijke woon- of verblijfplaats in Nederland,
niet gemachtigde raadsman mr. E. Kaya, advocaat te Rotterdam.

1..Onderzoek op de terechtzitting

Gelet is op het onderzoek op de terechtzitting van 1 november 2022.

2..Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding. De tekst van de tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3..Eis officier van justitie

De officier van justitie mr. L. de Jong heeft gevorderd:
  • bewezenverklaring van het onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde;
  • veroordeling van de verdachte tot een taakstraf voor de duur 150 uren, subsidiair 75 dagen, met aftrek van voorarrest alsmede een gevangenisstraf voor de duur van 1 maand voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar, en primair oplegging van de maatregel als bedoeld in artikel 38v van het Wetboek van Strafrecht, inhoudende een contactverbod met de aangeefster en een locatieverbod, subsidiair als bijzondere voorwaarden een contact- en locatieverbod en het bevel tot dadelijke uitvoerbaarheid van die voorwaarden.

4..Motivering vrijspraak

Standpunt officier van justitie
De ten laste gelegde feiten kunnen wettig en overtuigend bewezen worden verklaard. De aangiftes van de aangeefster worden ondersteund door twee getuigenverklaringen, de Whatsapp-gesprekken en de bestanden die door de aangeefster zijn verstrekt.
Beoordeling
De verdachte en de aangeefster hebben een relatie gehad. Zij hebben ook vaak ruzie – al dan niet onder invloed van alcohol bij beiden – met elkaar gemaakt. Daarbij heeft de verdachte zich wel eens onbehoorlijk gedragen. Zo heeft de verdachte erkend dat hij een tv-kabel in de tuin van de aangeefster kapot heeft getrokken. Uit het dossier blijkt echter onvoldoende dat de verdachte in de periode van 1 juni 2021 tot en met 1 september 2021 een stelselmatige en wederrechtelijke inbreuk op de persoonlijke levenssfeer van de aangeefster heeft gemaakt. Daarbij is van belang dat de aangeefster de verdachte in ieder geval op 2 juni 2021 en 29 juli 2021 zelf in haar woning heeft gelaten. De verstandhouding tussen de verdachte en de aangeefster is al langer problematisch: de politie heeft op 16 juni 2020 een stopgesprek gevoerd met zowel de verdachte als de aangeefster. Het in het strafdossier gevoegde proces-verbaal van bevindingen vermeldt hiervoor als reden dat “ze zelf ook lasterlijk/stalkerig gedrag vertoont”, en onderbouwt dit met een overzicht van alle politie bemoeienissen met beiden. Het is de rechtbank niet gebleken dat het patroon van de stormachtige verstandhouding tussen de aangeefster en de verdachte – waarbij periodes van (kennelijke) toenadering en heftige ruzies elkaar afwisselden – op enig moment zodanig is veranderd, dat het gedrag van de verdachte vanaf dat moment als een stelselmatige en wederrechtelijke inbreuk op de persoonlijke levenssfeer van de aangeefster moet worden aangemerkt.
De uitlatingen die de verdachte tegenover de aangeefster zou hebben gedaan en die als bedreiging ten laste zijn gelegd, beziet de rechtbank in de context van de hiervoor omschreven stormachtige verstandhouding tussen hen beiden. Het dossier bevat transcripties van (vertaalde) opnames van gesprekken tussen de verdachte en de aangeefster. Daaruit blijkt dat zij meermaals lelijke dingen naar elkaar hebben geschreeuwd. Dat de verdachte in het heetst van de strijd de aangeefster zou hebben gezegd dat hij haar zou vermoorden en laten verkrachten, kon gelet op deze context bij aangeefster niet leiden tot de redelijke vrees voor de misdrijven waarmee werd gedreigd. Daarom kan niet worden bewezen dat de verdachte de aangeefster in strafrechtelijke zin heeft bedreigd.
De verdachte heeft op 3 augustus 2021 het bureau van de aangeefster omver gegooid. Uit het dossier blijkt echter onvoldoende dat de zaken die in de tenlastelegging worden opgesomd daardoor zijn vernield, beschadigd of onbruikbaar gemaakt. Weliswaar bevindt zich in het dossier een foto van wat kabels, maar hieruit valt niet op te maken hoe en wanneer deze in welke mate schade hebben opgelopen. Daarom kan ook het onder 3 ten laste gelegde niet worden bewezen.
Conclusie
Het onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde is niet wettig en overtuigend bewezen. De verdachte wordt daarvan vrijgesproken.

5..Vordering benadeelde partij

Als benadeelde partij heeft zich in het geding gevoegd [slachtoffer01] ter zake van de ten laste gelegde feiten. De benadeelde partij vordert een vergoeding van € 6.147,83 aan materiële schade en een vergoeding van € 3.500,00 aan immateriële schade.
Standpunt officier van justitie
De officier van justitie heeft geconcludeerd tot niet-ontvankelijkverklaring van de benadeelde partij in de vordering ten aanzien van de materiële schade, nu de vordering niet is onderbouwd danwel geen causaal verband bestaat met de ten laste gelegde feiten. Ten aanzien van de immateriële schade heeft zij geconcludeerd tot toewijzing van de vordering, vermeerderd met de wettelijke rente en de oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
Beoordeling
De benadeelde partij zal in de vordering niet-ontvankelijk worden verklaard, nu de verdachte van het ten laste gelegde zal worden vrijgesproken.
Nu de benadeelde partij niet-ontvankelijk zal worden verklaard, zal de benadeelde partij worden veroordeeld in de kosten door de verdachte ter verdediging van de vordering gemaakt, welke kosten tot op heden worden begroot op nihil.
Conclusie
In deze procedure wordt over de gevorderde schadevergoeding geen inhoudelijke beslissing genomen.

6..Bijlagen

De in dit vonnis genoemde bijlage maakt deel uit van dit vonnis.

7..Beslissing

De rechtbank:
verklaart niet bewezen, dat de verdachte de onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde feiten heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij;
verklaart
de benadeelde partij [slachtoffer01]niet-ontvankelijk in haar vordering;
veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door de verdachte ter verdediging tegen de vordering gemaakt, en begroot deze kosten op nihil.
Dit vonnis is gewezen door mr. C.H. van Breevoort-de Bruin, voorzitter,
en mrs. G.P. van de Beek en R.J.P. Ferwerda, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. K. Dere, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting op de datum die in de kop van dit vonnis is vermeld.
Bijlage I
Tekst tenlastelegging
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
1.
hij, in of omstreeks de periode van 1 juni 2021 tot en met 1 september 2021 te Dordrecht, althans in Nederland,
wederrechtelijk stelselmatig opzettelijk inbreuk heeft gemaakt op eens anders persoonlijke levenssfeer, te weten die van [slachtoffer01] , door
- veelvuldig althans meermalen (zonder toestemming van die [slachtoffer01] ) in/bij de tuin en/of woning van die [slachtoffer01] te komen en/of te verblijven en/of (daarbij) te schreeuwen (tegen die [slachtoffer01] ) en/of die [slachtoffer01] te intimideren en/of
- veelvuldig althans meermalen een deur van die woning en/of een schuttingsdeur/poort die toegang geeft tot die tuin en/of een schuurdeur open te breken althans te vernielen en/of te beschadigen en/of over die schuttingsdeur/poort en/of de schutting te springen en/of te klimmen teneinde in woning en/of tuin van die [slachtoffer01] te komen en/of
- veelvuldig althans meermalen voor de woning van die [slachtoffer01] staan en vervolgens door de/een ra(a)m(en) en/of de/een deur(en) van deze woning naar binnen kijken en/of
- veelvuldig althans meermalen althans eenmaal, de/een ra(a)m(en) en/of de/een deur(en) en/of de/een wand(en) van de woning van die [slachtoffer01] met vloeistof(fen) en/of water onder te spuiten althans dit water en/of deze vloeistof(fen) daar op aan te brengen en/of dit water en/of deze vloeistof(fen) in de tuin van deze woning te spuiten althans daar in aan te brengen en/of
- veelvuldig althans meermalen althans eenmaal in de brievenbus van die [slachtoffer01] te kijken en/of (vervolgens) (een) brief/brieven uit deze brievenbus te pakken en/of die/deze brief/brieven te bekijken en/of te openen en/of te lezen en/of
- veelvuldig althans meermalen althans eenmaal, meerdere althans één kabel(s) van die [slachtoffer01] te vernielen en/of te beschadigen en/of onbruikbaar te maken en/of
- meermalen althans eenmaal de schuur/poortdeur en/of meerdere althans één camera('s) en/of een deurbel en/of een deur en/of een bureau en/of een computer en/of een harde schijf en/of een printer en/of meerdere althans één kabel(s), althans enig goed, toebehorend aan die [slachtoffer01] , te vernielen en/of te beschadigen en/of onbruikbaar maken en/of
- veelvuldig altans meermalen althans eenmaal die [slachtoffer01] heeft bedreigd, door die [slachtoffer01] dreigend de woorden toe te voegen - zakelijke weergegeven - dat hij, verdachte die [slachtoffer01] dood zou maken en/of door (turkse) mannen op die [slachtoffer01] zou afsturen om haar te laten verkrachten en/of de familie van die [slachtoffer01] zou dood maken, althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking en/of
- veelvuldig althans meermalen die [slachtoffer01] (een) bericht(en) te sturen en/of te bellen althans op andere wijze conact (te blijven) op (te) nemen met die [slachtoffer01]
- meerdere althans één document(en) en/of meerdere althans een sleutel(s) en/of geld, toebehorend aan die [slachtoffer01] weg te nemen met het oogmerk die [slachtoffer01] , te dwingen iets te doen, niet te doen, te dulden en/of vrees aan te jagen;
( art 285b lid 1 Wetboek van Strafrecht )
2.
hij, op of omstreeks 3 augustus 2021 te Dordrecht
opzettelijk en wederrechtelijk een bureau en/of computer en/of camera en/of harde schijf en/of printer en/of meerder althans één kabel(s), in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer01] , in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft vernield, beschadigd, onbruikbaar gemaakt en/of weggemaakt;
( art 350 lid 1 Wetboek van Strafrecht )
3.
hij, in of omstreeks de periode van 15 juli 2021 tot dinsdag 3 augustus 2021 te Dordrecht, althans in Nederland
[slachtoffer01] heeft bedreigd met
- verkrachting, en/of
- feitelijke aanranding van de eerbaarheid, en/of
- enig misdrijf tegen het leven gericht, en/of
- zware mishandeling, en/of
door die [slachtoffer01] dreigend de woorden toe te voegen -zakelijke weergegeven - dat hij, verdachte die [slachtoffer01] dood zou maken en/of door (turkse) mannen op die [slachtoffer01] zou afsturen om haar te laten verkrachten en/of de familie van die [slachtoffer01] zou dood maken, althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking.
( art 285 lid 1 Wetboek van Strafrecht )