Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..Onderzoek op de terechtzitting
2..Tenlastelegging
3..Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het tenlastegelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van zeven maanden met aftrek van voorarrest, waarvan drie maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaren en als bijzondere voorwaarden een meldplicht bij de reclassering, ambulante behandeling, begeleid wonen of maatschappelijke opvang, een contactverbod met de slachtoffers en meewerken aan middelencontrole;
- bewaring van de onder de verdachte in beslag genomen voorwerpen;
- gedeeltelijke tenuitvoerlegging van het voorwaardelijk opgelegde strafdeel in de zaak met parketnummer 10-167308-18, te weten van een gevangenisstraf van eenentwintig dagen.
4..Waardering van het bewijs
5..Strafbaarheid feit
6..Strafbaarheid verdachte
7..Motivering straf
8..In beslag genomen voorwerpen
9..Vordering tenuitvoerlegging
10.. Toepasselijke wettelijke voorschriften
11.. Bijlagen
12.. Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 7 (zeven) maanden;
3 (drie) maandenniet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
- gelast de bewaring ten behoeve van de rechthebbende van de voorwerpen, genummerd 1 tot en met 20 op de lijst van inbeslaggenomen en nog niet teruggegeven voorwerpen (als bijlage gehecht aan dit vonnis);
tenuitvoerleggingvan een deel van het voorwaardelijk gedeelte van de bij vonnis van 20 maart 2019 van de politierechter in deze rechtbank aan de veroordeelde opgelegde straf, te weten
21 (eenentwintig) dagengevangenisstraf.