ECLI:NL:RBROT:2022:9221

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
19 oktober 2022
Publicatiedatum
1 november 2022
Zaaknummer
10/158515-22
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor het voorhanden hebben van een geladen vuurwapen op de openbare weg

In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 19 oktober 2022 uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de verdachte, die zich schuldig heeft gemaakt aan het voorhanden hebben van een geladen vuurwapen op de openbare weg. De verdachte, geboren in 1978 en ten tijde van de zitting preventief gedetineerd, had een omgebouwd gaspistool en bijbehorende munitie in zijn jaszak. De officier van justitie eiste een gevangenisstraf van 12 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, maar de rechtbank oordeelde anders.

De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte het ten laste gelegde feit heeft bekend en dat er geen verweer is gevoerd dat tot vrijspraak zou leiden. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 8 maanden, met aftrek van voorarrest. De rechtbank heeft daarbij rekening gehouden met de ernst van het feit, de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, en het advies van de reclassering.

De verdachte heeft een strafblad en is gediagnosticeerd met schizofrenie, wat zijn functioneren beïnvloedt. De rechtbank heeft besloten dat, gezien de ernst van het feit en de risico's van vuurwapenbezit, een onvoorwaardelijke gevangenisstraf passend is. De in beslag genomen voorwerpen, waaronder het vuurwapen en munitie, zijn onttrokken aan het verkeer. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer voor strafzaken.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team straf 1
Parketnummer: 10.158515.22
Datum uitspraak: 19 oktober 2022
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[verdachte01] ,
geboren te [geboorteplaats01] op [geboortedatum01] 1978,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres:
[adres01] , [postcode01] [plaats01] ,
ten tijde van het onderzoek op de terechtzitting preventief gedetineerd in de Penitentiaire Inrichting [detentieadres01] ,
raadsman mr. H. Folkers, advocaat te Gorinchem.

1..Onderzoek op de terechtzitting

Gelet is op het onderzoek op de terechtzitting van 5 oktober 2022.

2..Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding. De tekst van de tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3..Eis officier van justitie

De officier van justitie mr. S.I. Eijfferts heeft gevorderd:
  • bewezenverklaring van het ten laste gelegde;
  • veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 12 maanden met aftrek van voorarrest, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar en oplegging van de bijzondere voorwaarden zoals geadviseerd door de reclassering, met bevel tot dadelijke uitvoerbaarheid van deze voorwaarden;
  • onttrekking aan het verkeer van de bij de verdachte in beslag genomen voorwerpen, te weten een omgebouwd gaspistool, 4 stuks kogelpatronen en 18 zakjes met wit poeder.

4..Waardering van het bewijs

4.1.
Bewezenverklaring
In bijlage II heeft de rechtbank een opgave gedaan van wettige bewijsmiddelen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Met deze opgave wordt volstaan, nu de verdachte het bewezen verklaarde heeft bekend en geen verweer is gevoerd dat strekt tot vrijspraak. Op grond daarvan is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan op die wijze dat:
hij, op 26 juni 2022 te Rotterdam, een wapen als bedoeld in art. 2 lid 1 Categorie III onder 1º van de Wet wapens en munitie, te weten een omgebouwd gaspistool naar pistool voor het verschieten van kogelpatronen, van het merk Ekol, type Volga Agent, kaliber 7.65mm(.32Auto) zijnde een vuurwapen in de vorm van een pistool en voor voornoemd wapen geschikte munitie te weten munitie in de zin van art. 1 onder 4º van de Wet wapens en munitie, te weten munitie als bedoeld in art. 2 lid 2 van die wet, van de Categorie III te weten 4 kogelpatronen van het kaliber 7.65mm(.32Auto) voorhanden heeft gehad.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.

5..Strafbaarheid feit

Het bewezen feit levert op:
de eendaadse samenloop van
handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie en het feit begaan met betrekking tot een vuurwapen van categorie III
en
handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het feit uitsluiten. Het feit is dus strafbaar.

6..Strafbaarheid verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit. De verdachte is dus strafbaar.

7..Motivering straf

7.1.
Algemene overweging
De straf die aan de verdachte wordt opgelegd, is gegrond op de ernst van het feit, de omstandigheden waaronder het feit is begaan en de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. Daarbij wordt in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
7.2.
Feiten waarop de straf is gebaseerd
De verdachte heeft op de openbare weg een geladen vuurwapen voorhanden gehad. Het vuurwapen zat in de jaszak van de verdachte. Het onbevoegd voorhanden hebben van vuurwapens met bijbehorende munitie brengt een onaanvaardbaar risico voor de veiligheid van personen met zich mee. Vuurwapenbezit leidt meer dan eens tot vuurwapengebruik waarbij slachtoffers kunnen vallen.
7.3.
Persoonlijke omstandigheden van de verdachte
7.3.1.
Strafblad
De rechtbank heeft acht geslagen op een uittreksel uit de justitiële documentatie van 2 september 2022, waaruit blijkt dat de verdachte eerder is veroordeeld voor soortgelijke strafbare feiten.
7.3.2.
Rapportage
Reclassering Nederland heeft een rapport over de verdachte opgemaakt, gedateerd
3 oktober 2022. Dit rapport houdt onder meer het volgende in. De reclassering ziet risicofactoren op het gebied van psychosociaal functioneren, de verslavingsproblematiek, het sociaal netwerk, de financiële situatie, de houding van de verdachte en de huisvesting. De verdachte heeft geen vaste woon- of verblijfplaats en hij wil verder geen gebruik maken van de nachtopvang. De verdachte is gediagnosticeerd met schizofrenie, is medicatie-ontrouw, gebruikt daarnaast dagelijks cocaïne en cannabis en ondervindt hierdoor problemen in zijn dagelijks functioneren. Ook is de verdachte kwetsbaar en gevoelig voor de negatieve invloed van anderen. Eerdere zorg- en begeleidingstrajecten op vrijwillige basis bleken niet haalbaar. De reclassering schat de kans op herhaling als hoog in en denkt geen positieve veranderingen te kunnen bereiken met ambulante hulpverlening.
Geadviseerd wordt om aan de verdachte een (deels) voorwaardelijke straf op te leggen, met als bijzondere voorwaarden een meldplicht bij de reclassering, opname in een zorginstelling, en een ambulante behandeling met mogelijkheid tot kortdurende klinische opname, begeleid wonen of maatschappelijke opvang en meewerken aan middelencontrole. Geadviseerd wordt deze bijzonder voorwaarden dadelijk uitvoerbaar te verklaren.
De rechtbank heeft acht geslagen op dit rapport.
7.4.
Conclusies van de rechtbank
Gelet op hetgeen de rechtbank hierboven heeft overwogen, komt zij tot de volgende conclusies.
Gezien de ernst van het feit kan niet anders worden gereageerd dan met het opleggen van een gevangenisstraf. Uitgangspunt bij het voorhanden hebben van een geladen vuurwapen is een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van behoorlijke duur. Nu de verdachte op zitting heeft verklaard niet mee te willen meewerken aan een deel van de bijzondere voorwaarden die onderdeel uitmaken van een totaalpakket, namelijk de opname in een zorginstelling, ziet de rechtbank geen aanleiding om een deel van de op te leggen gevangenisstraf voorwaardelijk aan de verdachte op te leggen. Uit het reclasseringsrapport blijkt immers dat de overige bijzondere voorwaarden, waaraan de verdachte wel mee zou willen werken, zonder klinische opname niet zullen leiden tot een verminderde kans op recidive.
Alles afwegend acht de rechtbank de hierna te noemen gevangenisstraf passend en geboden.
Tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat de veroordeelde in aanmerking komt voor deelname aan een penitentiair programma, als bedoeld in artikel 4 Penitentiaire beginselenwet, dan wel de regeling van voorwaardelijke invrijheidsstelling, als bedoeld in artikel 6:2:10 Wetboek van Strafvordering, aan de orde is.

8..In beslag genomen voorwerpen

Het in beslag genomen omgebouwde gaspistool Ekol, type Volga Agent, de vier stuks kogelpatronen en de achttien zakjes met wit poeder zullen worden onttrokken aan het verkeer. Het ongecontroleerde bezit daarvan is in strijd met de wet of het algemeen belang.

9..Toepasselijke wettelijke voorschriften

Gelet is op de artikelen 36b, 36c, 36d en 55 van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 26 en 55 van de Wet wapens en munitie.

10..Bijlagen

De in dit vonnis genoemde bijlagen maken deel uit van dit vonnis.

11.. Beslissing

De rechtbank:
verklaart bewezen, dat de verdachte het ten laste gelegde feit, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;
stelt vast dat het bewezen verklaarde oplevert het hiervoor vermelde strafbare feit;
verklaart de verdachte strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstraf voor de duur van 8 (acht) maanden;
beveelt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht, voor zover deze tijd niet reeds op een andere vrijheidsstraf in mindering is gebracht;
beslist ten aanzien van de inbeslaggenomen en nog niet teruggegeven voorwerpen, als volgt:
onttrekt aan het verkeer
1. STK vuurwapen (pistool), merk/type: Ekol Volga Agent, kleur: zwart.
4 STK munitie (kogelpatroon), merk/type: Cbc Kogelpatroon, kaliber: 7.65mm
18 STK zak plastic, kleur: wit
Dit vonnis is gewezen door mr. M.V. Scheffers, voorzitter,
en mrs. R.H. Kroon en M.J.C. Spoormaker, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. Y. Ouarssani, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank op 19 oktober 2022.
De jongste rechter en de griffier zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage I
Tekst tenlastelegging
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
hij, op of omstreeks 26 juni 2022 te Rotterdam, (een) wapen(s) als bedoeld in art. 2 lid 1 Categorie III onder 1º van de Wet wapens en munitie, te weten een omgebouwd gaspistool naar pistool voor het verschieten van kogelpatronen, van het merk Ekol, type Volga Agent, kaliber 7.65mm(.32Auto) zijnde een vuurwapen in de vorm van een geweer, revolver en/of pistool en/of voor voornoemd wapen geschikte munitie te weten munitie in de zin van art. 1 onder 4º van de Wet wapens en munitie, te weten munitie als bedoeld in art. 2 lid 2 van die wet, van de Categorie III te weten 4 kogelpatronen van het kaliber 7.65mm(.32Auto) voorhanden heeft gehad.