In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam op 22 september 2022 uitspraak gedaan over de verlenging van de ondertoezichtstelling van een minderjarige, geboren in 2013. De zaak is aanhangig gemaakt door de William Schrikker Stichting Jeugdbescherming en Jeugdreclassering, die als gecertificeerde instelling betrokken is bij de hulpverlening aan het gezin. De ouders van de minderjarige, die samenwonen, hebben te maken met verschillende problemen, waaronder spanningen in hun relatie en de noodzaak van gezinsbegeleiding. De kinderrechter heeft de zaak behandeld met gesloten deuren, waarbij de ouders en vertegenwoordigers van de GI zijn gehoord.
De kinderrechter heeft vastgesteld dat de minderjarige nog steeds ernstig in haar ontwikkeling wordt bedreigd, ondanks dat zij goed functioneert op school. De thuissituatie is instabiel door de ruzies en spanningen tussen de ouders, wat leidt tot de conclusie dat de hulpverlening niet kan worden beëindigd. De kinderrechter heeft daarom besloten de ondertoezichtstelling van de minderjarige te verlengen voor de duur van een jaar, met als doel de ouders te ondersteunen in hun opvoedvaardigheden en hen te helpen stabiliteit te creëren in hun relatie.
De beslissing van de kinderrechter is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, met de mogelijkheid voor hoger beroep binnen drie maanden na de uitspraak. De kinderrechter heeft de beschikking uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de beslissing onmiddellijk van kracht is, ongeacht een eventueel hoger beroep.