Uitspraak
Weergave bestreden besluit, verzoek en beroep
2..Spoedeisend belang
3..Kortsluiten met afwijzen verzoek voorlopige voorziening
Beoordeling beroep
Beoordeling voorlopige voorziening
Proceskosten
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Rotterdam op 26 september 2022 uitspraak gedaan over een verzoek om voorlopige voorziening en een beroep tegen een huisverbod dat was opgelegd door de burgemeester van Maassluis. Het huisverbod was op 19 september 2022 opgelegd aan de verzoeker, die in een situatie van oplopende spanningen met zijn partner verkeerde. De burgemeester had het huisverbod opgelegd omdat de aanwezigheid van de verzoeker in de woning van de achterblijfster een ernstig en onmiddellijk gevaar voor de veiligheid van de bewoners opleverde. De verzoeker heeft hiertegen beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening.
De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat er ten tijde van het incident sprake was van ernstig en onmiddellijk gevaar, maar heeft ook geconstateerd dat er inmiddels een voorlopige voorziening was getroffen in de echtscheidingsprocedure, waardoor de situatie was veranderd. De rechter heeft het bestreden besluit vernietigd, maar de rechtsgevolgen van het huisverbod in stand gelaten tot een bepaalde datum, om ervoor te zorgen dat de situatie veilig bleef voor de betrokkenen. Het verzoek om voorlopige voorziening is afgewezen, omdat de rechter onmiddellijk uitspraak deed in de hoofdzaak.
De voorzieningenrechter heeft verweerder in de proceskosten veroordeeld tot een bedrag van € 1.518, en heeft de beslissing ondertekend. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.