Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..[eiser 1],
1..De procedure
- de dagvaarding van 19 november 2021, met bijlagen;
- het antwoord;
- het vonnis van 7 februari 2022 waarin een mondelinge behandeling is bepaald;
- akte houdende overlegging overzicht huurachterstand tot en met april 2022.
2..De feiten
3..Het geschil
- de huurovereenkomst te ontbinden en [gedaagde] te veroordelen om het gehuurde te ontruimen;
- [gedaagde] te veroordelen aan [eisers] te betalen € 2.989,17 met rente;
- [gedaagde] te veroordelen om aan [eisers] € 875,50 per maand te betalen vanaf 1 december 2021 tot en met de maand waarin de ontruiming heeft plaatsgevonden;
- [gedaagde] te veroordelen in de proceskosten;
- het vonnis uitvoerbaar bij voorraad te verklaren.
4..De beoordeling
januari2022 wel een betaling van [gedaagde] te hebben ontvangen ter hoogte van € 650,00. Die betaling is niet in mindering gebracht op het door [eisers] overgelegde overzicht van de huurachterstand tot en met april 2022. Gelet hierop dient het bedrag van de huurachterstand tot en met april 2022 te worden verminderd met € 650,00, zodat het deel van de vordering dat ziet op de huurachterstand € 6.098,92 bedraagt.