ECLI:NL:RBROT:2022:8163

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
13 oktober 2022
Publicatiedatum
3 oktober 2022
Zaaknummer
8659946
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Schadevergoeding bij non-conformiteit van onroerend goed en deskundigenrapport

In deze zaak hebben eisers, die eind 2019 een woning hebben gekocht van gedaagden, schade geleden door non-conformiteit van de woning. De stelplaats voor de wasmachine en droger is niet aangesloten op het gemeentelijke riool, wat leidt tot extra kosten voor de eisers. De kantonrechter heeft in een tussenvonnis geoordeeld dat de schade bestaat uit de kosten voor het aansluiten van de stelplaats op het gemeentelijke riool. Partijen hebben verschillende offertes ingediend, variërend van € 3.675,- tot € 14.654,75 exclusief btw, maar de kantonrechter kon geen oordeel vellen over de juistheid van deze offertes zonder deskundige kennis. Daarom is een deskundige benoemd om de kosten te ramen.

De deskundige heeft de kosten vastgesteld op € 7.500,- exclusief btw, maar de kantonrechter heeft de schade van eisers uiteindelijk vastgesteld op € 8.000,- exclusief btw, en heeft een bedrag van € 9.680,- inclusief btw toegewezen. Beide partijen zijn verantwoordelijk voor 50% van de kosten van het deskundigenonderzoek. Daarnaast zijn de buitengerechtelijke incassokosten en rente toegewezen aan eisers, omdat aan alle voorwaarden voor vergoeding is voldaan. Gedaagden zijn in de proceskosten veroordeeld, die zijn vastgesteld op € 1.464,29. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

De kantonrechter heeft geoordeeld dat gedaagden tekort zijn geschoten in de nakoming van hun verplichtingen uit de koopovereenkomst en heeft hen hoofdelijk veroordeeld tot betaling van de schadevergoeding, de buitengerechtelijke incassokosten en de proceskosten aan eisers. Het vonnis is openbaar uitgesproken door mr. W.P.M. Jurgens op 13 oktober 2022.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Dordrecht
zaaknummer: 8659946 \ CV EXPL 20-3506
datum uitspraak: 13 oktober 2022
Vonnis van de kantonrechter
in de zaak van

1..[eiser 1],

2.
[eiser 2],
beiden wonende te [woonplaats eisers],
eisers,
gemachtigde: DAS Nederlandse Rechtsbijstand Verzekeringsmaatschappij N.V.,
tegen

1..[gedaagde 1],

2.
[gedaagde 2],
beiden wonende te [woonplaats gedaagden],
gedaagden,
gemachtigde: Achmea Rechtsbijstand.
Partijen worden hierna aangeduid als ‘[eisers]” en “[gedaagden]”.

1..De procedure

1.1.
Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:
  • het tussenvonnis van 22 juli 2022 en de daarin genoemde stukken;
  • het deskundigenrapport van 8 februari 2022;
  • de conclusie van [eisers], en
  • de conclusie van [gedaagden], met bijlagen.
1.2.
De zaak is overgenomen door een nieuwe rechter. Partijen zijn conform de daarvoor geldende regels in de gelegenheid gesteld om aan te geven of zij een nieuwe mondelinge behandeling wensten. [gedaagden] wilden dat. Daarom is de zaak op 26 september 2022 opnieuw met partijen en hun gemachtigden besproken door de nieuwe rechter. Vastgesteld is dat de akte van [gedaagden] van 7 juli 2021 met twee bijlagen onderdeel uitmaakt van het procesdossier.

2..De verdere beoordeling

Waar gaat de zaak over?
2.1.
[eisers] hebben eind 2019 een woning gekocht van [gedaagden]. De woning is non-conform, omdat de stelplaats voor de wasmachine en droger in de berging niet is aangesloten op het gemeentelijke riool. [gedaagden] moeten de schade die [eisers] hierdoor lijden betalen.
2.2.
In het tussenvonnis is geoordeeld dat de schade bestaat uit de kosten die moeten worden gemaakt om de huidige stelplaats voor de wasmachine en de droger in de berging en de spoelbak in de praktijkruimte op een voldoende doelmatige en legale manier aan te laten sluiten op de gemeentelijke riolering. Partijen hebben verschillende offertes in het geding gebracht die uiteenlopen van € 3.675,- tot € 14.654,75 exclusief btw. Beide partijen hebben in reactie op elkaar offertes toegelicht waarom hun offerte uitgaat van de juiste uitgangspunten en werkzaamheden en die van de wederpartij niet. Over de juistheid van die stellingen kon de kantonrechter geen oordeel geven, vanwege het ontbreken van de daarvoor benodigde kennis van en over rioleringen. Daarom is voor het vaststellen van de hoogte van de kosten voor het verrichten van de benodigde (herstel)werkzaamheden een deskundige benoemd.
de schade is € 8.000,- exclusief btw
2.3.
De deskundige raamt de kosten op € 7.500,- exclusief btw. Hij heeft uitgelegd hoe de situatie nu is. In de straat voor het woonhuis is geen gemeentelijk vuilwaterriool aanwezig. De woning is aangesloten op het gemeentelijk vuilwaterriool dat loopt tussen twee percelen door, achter een ander perceel langs en onder een sloot door. Het nieuw te realiseren riool van het bijgebouw moet volgens de deskundige worden aangesloten op het riool van de woning. Partijen hebben over die gekozen oplossing geen opmerkingen gemaakt, zodat er voor de verdere beoordeling vanuit wordt gegaan dat dit een passende oplossing is.
2.4.
De opmerkingen van beide partijen gaan over de pomp die de deskundige noemt in het definitieve rapport. [eisers] willen een betere (duurdere) pomp, [gedaagden] een simpelere (goedkopere). Juist omdat partijen zelf niet tot een gezamenlijke keuze konden komen over de hoogte van de prijs voor de herstelwerkzaamheden, is een deskundige benoemd. Van zijn conclusie wordt in beginsel uitgegaan. Hetgeen door partijen is aangevoerd, geeft geen aanleiding om aan de taakopvatting [1] van de deskundige te twijfelen. De deskundige heeft in het definitieve rapport een andere pomp opgenomen dan in het voorlopige rapport. Dat dat mogelijk is naar aanleiding van opmerkingen van [eisers] betekent niet dat de deskundige zich door hen heeft laten beïnvloeden op een manier die zijn onpartijdigheid aantast. Partijen worden in de gelegenheid gesteld om opmerkingen te maken over het voorlopige rapport, zodat de deskundige nader kan onderzoeken of er reden is om het rapport aan te passen. De deskundige heeft er in het rapport blijk van gegeven dat hij dat nader onderzoek heeft verricht en dat hij inderdaad aanleiding heeft gezien om zijn rapport op dit onderdeel, het soort pomp, aan te passen. Daar is niets mis mee.
2.5.
[eisers] voeren in hun conclusie na het deskundigenbericht aan dat uitgegaan moet worden van een degelijkere en professionelere pompvoorziening dan waar de deskundige rekening mee houdt, omdat er met de voorgestelde voorziening geen sprake is van een gelijkwaardige voorziening ten opzichte van een normale rioolaansluiting. Daarmee miskennen [eisers] dat al is geoordeeld dat de schade bestaat uit de kosten die moeten worden gemaakt om de huidige stelpost voor de wasmachine en de droger in de berging en de spoelbak in de praktijkruimte op een voldoende doelmatige en legale manier aan te laten sluiten op de gemeentelijke riolering. Niet is betwist dat met de door de deskundige voorgestelde uitvoeringsmaateregelen dat doel wordt bereikt.
2.6.
De deskundige heeft toegelicht op welke uitgangspunten de kostenraming gebaseerd is. Daarbij is hij uitgegaan van een stabiele marktsituatie, terwijl hij ook constateert dat de bouw ‘op moment’ (februari 2022) gespannen is en schrijft hij dat ‘de constatering bij zogenaamd “besmet werk” voor aannemers zeer prijsverhogend zal kunnen werken.’ Het is een feit van algemene bekendheid dat de huidige marktsituatie in de bouw op z’n minst nog steeds gespannen is. Het is ook niet onaannemelijk dat het werk wordt aangemerkt als ‘besmet’: dat betekent dat het werk door een ander is gestart, maar is neergelegd, en nu door de nieuwe opdrachtnemer moet worden afgemaakt. Dat is anders dan een klus waarbij je vanaf het begin betrokken bent. Gelet op deze omstandigheden stelt de kantonrechter de schade van [eisers] vast op een bedrag van € 8.000,- exclusief btw. Toegewezen wordt een bedrag van € 9.680,- inclusief btw.
beide partijen betalen de helft van de kosten voor het deskundigenonderzoek
2.7.
De kantonrechter ziet in de feiten en omstandigheden van deze zaak en de uitkomst van het deskundigenonderzoek aanleiding om de kosten van het deskundigenonderzoek voor rekening van beide partijen voor 50% te laten blijven. Aan voorschot is totaal betaald € 5.225,- (door beide partijen € 2.612,50). De factuur van de deskundige bedraagt € 3.900,59 inclusief btw. Dat betekent dat er nog een bedrag van € 1.324,41 in depot staat. Aan beide partijen wordt 50% daarvan teruggestort.
buitengerechtelijke incassokosten en rente
2.8.
De buitengerechtelijke incassokosten worden toegewezen, omdat aan alle voorwaarden is voldaan om een vergoeding voor deze kosten te krijgen. De rente wordt toegewezen, omdat uit de stellingen van [eisers] volgt dat deze moet worden betaald en [gedaagden] deze stellingen niet hebben betwist.
proceskosten
2.9.
[gedaagden] krijgen voor het grootste deel ongelijk en moeten daarom de proceskosten betalen. De kantonrechter stelt deze kosten aan de kant van [eisers] tot vandaag vast op € 109,29 aan dagvaardingskosten, € 236,- aan griffierecht en € 933,- aan salaris voor de gemachtigde (3 punten x € 311,- tarief). Dit is totaal € 1.464,29. Ook de over dit bedrag gevorderde wettelijke rente wordt toegewezen.
uitvoerbaarheid bij voorraad
2.10.
Dit vonnis wordt, zoals gevorderd, uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

3..De beslissing

De kantonrechter:
3.1.
verklaart voor recht dat [gedaagden] tekort zijn geschoten in de nakoming van de uit de tussen partijen gesloten koopovereenkomst voortvloeiende verplichtingen;
3.2.
veroordeelt [gedaagden] hoofdelijk om aan [eisers] te betalen € 9.680,- inclusief btw met de wettelijke rente zoals bedoeld in artikel 6:119 BW vanaf 6 april 2020 tot de dag van volledige betaling;
3.3.
veroordeelt [gedaagden] hoofdelijk om aan [eisers] te betalen € 889,65 aan buitengerechtelijke incassokosten;
3.4.
veroordeelt [gedaagden] hoofdelijk in de proceskosten, aan de kant van [eisers] tot vandaag vastgesteld op € 1.278,29 met de wettelijke rente zoals bedoeld in artikel 6:119 BW over dat bedrag vanaf de vijftiende dag na betekening van dit vonnis tot de dag van volledige betaling;
3.5.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
3.6.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. W.P.M. Jurgens en in het openbaar uitgesproken.
703

Voetnoten

1.Artikel 198 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering