Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..De procedure
- de dagvaarding van 25 mei 2022 met producties 1 tot en met 7
- de toevoeging van eiseres
- de bijlagen A tot en met D van eiseres
- de conclusie van antwoord met producties 1 tot en met 4
- de mondelinge behandeling gehouden op 8 juni 2022
- de aanhouding van de zaak ten behoeve van de doorverwijzing naar mediation
- de terugmelding op 20 juni 2022 dat de mediation in verband met de gezondheidssituatie van gedaagde niet wordt gestart
- de nadere aanhouding tot 8 augustus 2022
- de e-mail van 2 augustus 2022 van mr. De Waard
- de e-mail van 2 augustus 2022 van mr. Frederiks.
2..De feiten
3..Het geschil
primair:
4..De beoordeling
te bepalen dat”. Een declaratoire vordering past niet bij het voorlopig karakter van een uitspraak in kort geding en is daarin niet toewijsbaar.