ECLI:NL:RBROT:2022:7282

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
12 augustus 2022
Publicatiedatum
30 augustus 2022
Zaaknummer
10/260116-21
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van diefstal met geweld in Rotterdam

Op 12 augustus 2022 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van diefstal met geweld. De rechtbank heeft de zaak behandeld in een meervoudige kamer voor strafzaken. Tijdens de zitting is het bewijs tegen de verdachte besproken, waarbij de officier van justitie, mr. M. Luijpen, vrijspraak heeft gevorderd. De rechtbank heeft geconcludeerd dat het ten laste gelegde niet wettig en overtuigend is bewezen. Hierdoor is de verdachte vrijgesproken van de beschuldiging.

De benadeelde partij, [naam slachtoffer], heeft een vordering tot schadevergoeding ingediend, maar deze is niet-ontvankelijk verklaard omdat de verdachte is vrijgesproken van het ten laste gelegde feit. De rechtbank heeft tevens bepaald dat de benadeelde partij in de kosten van de verdediging moet worden veroordeeld, maar deze kosten zijn begroot op nihil. De rechtbank heeft in haar beslissing de feiten en omstandigheden rondom de tenlastelegging en de vordering van de benadeelde partij zorgvuldig gewogen.

De uitspraak is gedaan door mr. E. Rabbie als voorzitter en mrs. L. Daum en R.J.P. Ferwerda als rechters, in aanwezigheid van griffier mr. J. Soeteman. De uitspraak vond plaats op een openbare terechtzitting, waarbij de jongste rechter en de griffier niet in staat waren om het vonnis mede te ondertekenen. De zaak betreft een incident dat plaatsvond op 4 februari 2021 in Rotterdam, waarbij de verdachte werd beschuldigd van het wegnemen van oordopjes van de benadeelde partij, vergezeld van geweld en bedreiging.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team straf 1
Parketnummer: 10/260116-21
Datum uitspraak: 12 augustus 2022
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[naam verdachte],
geboren op [geboortedatum verdachte] te [geboorteplaats verdachte] ,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres:
[adres verdachte] , [postcode verdachte] [woonplaats verdachte] ,
raadsman mr. M.G. Eckhardt, advocaat te Den Haag.

1..Onderzoek op de terechtzitting

Gelet is op het onderzoek op de terechtzitting van 12 augustus 2022.

2..Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding. De tekst van de tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3..Waardering van het bewijs

Met de officier van justitie, mr. M. Luijpen, die vrijspraak heeft gevorderd, en de verdediging is de rechtbank van oordeel dat het ten laste gelegde niet wettig en overtuigend is bewezen, zodat de verdachte daarvan zonder nadere motivering zal worden vrijgesproken.

4..Vordering benadeelde partij

De benadeelde partij, [naam slachtoffer] , zal in de vordering tot schadevergoeding niet-ontvankelijk worden verklaard, nu de verdachte zal worden vrijgesproken van het ten laste gelegde feit. De benadeelde partij zal worden veroordeeld in de kosten door de verdachte ter verdediging van de vordering gemaakt, welke kosten tot op heden worden begroot op nihil.

5..Bijlage

De in dit vonnis genoemde bijlage maakt deel uit van dit vonnis.

6..Beslissing

De rechtbank:
verklaart niet bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde feit heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij;
verklaart de benadeelde partij niet-ontvankelijk in de vordering;
veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door de verdachte ter verdediging tegen de vordering gemaakt, en begroot deze kosten op nihil.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. E. Rabbie, voorzitter,
en mrs. L. Daum en R.J.P. Ferwerda, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. J. Soeteman, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting op 12 augustus 2022.
De jongste rechter en de griffier zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage I
Tekst tenlastelegging
hij op of omstreeks 4 februari 2021 te Rotterdam oordopjes (Samsung, Galaxy Buds, kleur wit), in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [naam slachtoffer] , in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen welke diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [naam slachtoffer] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken, en/of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, door
- het vast grijpen van de fiets stuur van die [naam slachtoffer] , waardoor die [naam slachtoffer] niet
kon wegfietsen en/of (vervolgens)
- voor die [naam slachtoffer] te staan en/of dreigend de woorden toe te voegen: “wat heb je
bij?” en/of “Geef je oortjes”, althans woorden van gelijke dreigende aard en/of
strekking en/of
- een foto van die [naam slachtoffer] te nemen en/of dreigend de woorden toe te voegen: “als
jij niet opneemt, dan stuur ik mensen op jouw af. Ik doe dat zelf niet, Ik laat andere
mensen dat wel oplossen” en/of
- voornoemde oorjes uit de handen van die [naam slachtoffer] te trekken/pakken.